de minste bekoringh niet wederstaen, door eenen wederstant die eenigen loon verdient in den Hemel. Gy en kont van u selven niet een goed gepeys hebben, het welk een begin zy van uwe zaligheyd; en gy en kont van u selven niet anders hebben als den Niet en de zonden. Niemant heeft van syn selven iets, als de logen en de zonden, seght het Concilie van Orange Sess. 7. Indien een zuygend kint vuyl is, het en kan syn selven niet reynigen; indien het gevallen is, het en kan niet op-staen, indien het op syn beentiens staet, ten kan sy selve niet staende op houden, indien het kout is, ten kan syn selven niet verwermen, honger hebbende, en kan't sy selven niet spyzen; en indien het vervolght word, ten kan sy selven niet beschermen; jae ten kan selfs geen hulpe vragen in synen nood, nogh ook selfs synen nood kennen: maer in alle syne behoeftigheden moet het geholpen worden van de Moeder, of anders is het verloren. Nu zoodanigh en nogh ellendiger is u gesteltenis; en kont gy derhalve nogh plaets geven aen de Hooveerdy? Houd u vast aen den hals