Onder den hiel(1920)–Filip de Pillecyn, Jozef Simons– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 12] [p. 12] Door Fransch-Vlaanderen Van 't front weg gaan wij heen ter rust In langen stoet, langsheen de kust Van 't Fransche Vlaanderen, door de velden Van gele tarwe Waarop de zeewind baren welde. De paarden trekken, traag en mat, 't Kanon dat naschokt slijkbespat, Wijl de piotten dapper stappen - De nooit vermoeide - En ver ginds lansen-vendels flappen. De vlakte is vlaamsch, de dorpenbouw, En veld en boom, en hemelblauw, De naam van plaatsen en van menschen, Het volk zijn tale.... Geen ander rustoord wou ik wenschen. Wij zijn hier bij ons eigen volk, Geen heimwee broeit, hier deugt geen tolk; O Vlaanderen, uit al mijn krachten, O grooter Vlaanderen, Heb ik u lief bij dag en nachte. Juni 1917. Vorige Volgende