mers en geen advocaat kan, na het inzien van uw dossier, zeggen of gij vijf jaar of levenslang zult krijgen. Een pendelaar heeft zich ook met mij bemoeid en heeft gevonden dat ik naar huis zal gaan zonder voor de krijgsraad te verschijnen. Hij meende met een economisch collaborateur te doen te hebben.
Ik kan nu inzage nemen van mijn dossier en eindelijk zien wat er in die mappen zit waarmee de auditeur heeft gegoocheld. Wij zitten met een twintigtal in een hok dat een soort huiselijke beenhouwerij moet zijn geweest want een van de muren zit vol vleeshaken. Er zijn er die met verachting al die papieren aanschouwen die voor hen liggen; van tijd tot tijd is er een die zegt: ‘crapule’, als hij een getuigenis leest.
Het is een lijvig pak dat voor mij ligt. Zijn dat allemaal mijn ‘activiteiten’, zoals de auditeur dat noemt? Ik kan niet geloven dat hij het allemaal heeft gelezen. Er is een bundel bij, wel een vuist dik met alle soorten van omzendbrieven, toespraken, rapporten, waarvan ik het bestaan niet kende, en hopen verslagen van de Veiligheid over de algemene activiteit van De Vlag en V.N.V. waarmee ik persoonlijk zoveel te maken heb als de stoeltjeszetster van Sint Rombouts met de paus van Rome. Een politie-agent van Mechelen verklaart dat ik studenten van de von Bissing-universiteit heb benoemd, redacteur was aan de dagbladen ‘Volk en Staat’, ‘Ons Vaderland’ en ‘Volk zonder Jeugd’. Ik wist niet dat er dergelijke specialisten in het Mechelse zaten. En met walg lees ik de verklaringen van leraars die hun collega Goedhuys naar de executiepaal hebben gezonden. Dat ligt allemaal in mijn dossier omdat mijn naam er toevallig in vermeld wordt. Er ligt een foto-copie in van een werfplakkaat voor het Oostelijk front, en foto's van Borms, Staf De Clercq en Jef van de Wiele. In hoeveel dossiers hebben ze die foto's gestoken? Zij komen daar niets doen, maar de mannen van de krijgsraad zoeken niet naar het verband, zij krijgen alleen een rode kop als ze die foto's zien; dat is voldoende, dat is de bedoeling.
Ik kom voor de laatste maal naar de kelder van de Wet-