Over de bezittelijke voornaamwoorden.
De bijvoegelijke bezittelijke voornaamwoorden of die, welke gevolgd worden door een zelfstandig naamwoord, zijn:
Mijn – mijne – Mi |
Uw – uwe – Bo |
Zijn – zijne – Su |
Haar – hare – Su |
Ons – onze – Nos |
Uw – uwe – Boso |
Hun – hunne – Nan. |
De zelfstandige- of betrekkelijk- bezittelijke voornaamwoorden, of die, welke niet door een zelfstandig naamwoord kunnen gevolgd zijn, worden in 't Hollandsch steeds voorafgegaan door een bepalend lidwoord, doch in 't Papiamentsch worden zij door het woordje di voorafgegaan, b.v.
De mijne – het mijne – Di mi. |
enz. enz |
Uw huis en het mijne – Bo cas y di mi. |
De uitdrukking: