Het papieren gevaar. Verzamelde geschriften (1917-1947) (3 delen)
(2011)–Willem Pijper– Auteursrechtelijk beschermdConcert voor viool en orkest (1939)Première: Rotterdam, 1 en 3 maart 1939 Het werk is gecomponeerd in 1938. Orkestbezetting: strijkorkest, 2 fluiten, 2 hobo's (2e wisselt met Engelse hoorn), 2 klarinetten en basklarinet, 2 fagotten en contrafagot, 4 hoorns, 3 trompetten, 3 trombones en harp, geen slagwerk. Duur: ± 20 minuten. Het concert bestaat uit drie delen. Het eerste deel vertoont een combinatie van twee tempi: het orkest beweegt in langzame kwarten (Lento); de teleenheid van de solopartij is een tamelijk vlotte achtste (Allegretto grazioso). Het tweede deel is een zeer breed Adagio, het laatste deel een perpetuum mobile in snelle zestienden (Molto allegro). Harmonisch groeide het stuk uit een pluritonale combinatie op de grondtoon D. De sluitingen van de drie afzonderlijke delen zijn alle herkenbaar als een steeds hogere potentie van het tonale centrum, waarvan bij de compositie werd uitgegaan. Het is natuurlijk ondoenlijk in het bestek van een programma-inleiding een zelfs maar oppervlakkige formele en harmonische analyse te geven welke de hoorder tot leidraad zou kunnen dienen. In de praktijk is evenwel steeds nog gebleken dat de behoefte aan ‘begrijpen’ aanvankelijk niet zo bijzonder groot is, vooral niet wanneer het ‘volgen’ van de muzikale gedachtegangen niet stuit op moeilijkheden van akoestische aard. Het hoofdthema van het gehele werk wordt in de eerste twee maten geëxponeerd. Dit thema wordt vooral in het eerste en derde deel verwerkt; het Adagio heeft een eigen thematiek, welke ook in het laatste deel, ritmisch veranderd, gebruikt wordt. Het karakter van deze thema's en van alle secundaire motieven wordt bepaald door de techniek en de expressiemogelijkheden van het solo-instrument. Op het concertante element valt vooral in de beide korte cadensen (eerste en derde deel) de nadruk. |
|