Het papieren gevaar. Verzamelde geschriften (1917-1947) (3 delen)
(2011)–Willem Pijper– Auteursrechtelijk beschermdTussen Monteux en Mengelberg
| |
[pagina 233]
| |
Willem Andriessen, die na de pauze het Eerste pianoconcert van Beethoven speelde,Ga naar voetnoot163 leed ook onder de tegenslagen van deze middag. Het was matig, zeer matig. Solospel, orkestspel, ensemble. Het was matig van klank, van tempi, van dynamiek. Het was matige schoonheid. Dus: alledaags. Wij hadden dat kunnen missen, als een regenachtige dag. Er zouden nog enkele aanmerkingen gemaakt behoren te worden op de zeer onbelangrijke cadens die Andriessen in het eerste deel speelde (eigen inventie?), die met een triller met naslag in de dominant eindigde, ofschoon elk denkend wezen daar een dominantseptiemakkoord van de tonica zou wensen te horen.Ga naar voetnoot164 Aanmerkingen ook op het razende tempo van het laatste deel (in muzikantenjargon gezegd: een erg fris tempo). Maar vergeten wij ook de vele heldere, trefzekere momenten niet en een goed cantabile in het tweede deel. Met dat al hebben we nu tenminste drie van de pianoconcerten van Beethoven die ons voor dit seizoen beschoren waren, achter de rug. Nu nog maar twee. Tenzij we, wat de hemel moge verhoeden, nog herhalingen te wachten hebben. Ook wat de symfonieën betreft beginnen wij al mooi op te schieten. Dat is het ellendige van die herdenkingsseizoenen: men krijgt weerzin tegen de mooiste muziekstukken die in de historie bestaan. Maar werkelijk: Beethoven werd een cauchemar. En dat lijkt toch een zonderlinge methode om zijn nagedachtenis te eren. |
|