Het papieren gevaar. Verzamelde geschriften (1917-1947) (3 delen)
(2011)–Willem Pijper– Auteursrechtelijk beschermdSymfonie van Steinberg
| |
[pagina 212]
| |
leiding deze compositieleraar van het Leningrader Conservatorium als representatief modern Russisch meester naar Amsterdam te halen. Het was een vergissing, na die volksuitvoering van zijn Metamorfosen, in de zomer van 1925,Ga naar voetnoot121 voor het abonnementspubliek te voorschijn te komen met een symfonie die bijna twintig jaar oud en viermaal zovele jaren verouderd is. Het was ten slotte een vergissing van de auteur dat hij de leiding van de uitvoering van zijn stuk niet aan Monteux had overgelaten, die het werk zonder twijfel gunstiger geïntroduceerd zou hebben dan hijzelf dit deed. Monteux, die lange en dikke stukken altijd interpreteert onder het motto ‘glissez, mortels, n'appuyez pas’...Ga naar voetnoot122 De Tweede symfonie van deze schoonzoon van Rimski-Korsakov is een dik en langdurig werk. De conceptie, de algehele verschijningsvorm van het werk, de metafysica - alles is reeds volkomen verouderd. De vraag is of het, tijdens de compositie in 1909, voor Rusland up-to-date was. Voor Europa was het dat niet. In 1909 had Mahler zijn oeuvre ongeveer voltooid, had Strauss zijn gehele inventie reeds uitgeput; in 1909 bestond de Pelléas van Debussy reeds bijna tien jaar. In 1909 zou geen West-Europeër de Tweede symfonie van Steinberg actuele muziek genoemd hebben. Hoe was dat toen voor Rusland? Niemand zal deze vragen voorlopig kunnen beantwoorden; niemand heeft op dit ogenblik een volstrekt overzicht van wat voor Rusland specifiek was en is. Het is - zonder de minste twijfel - heel muzikaal werk. Doch wij zien tussen Steinbergs ietwat eclectische muzikaliteit en die van Glazoenov of Rimski-Korsakov ternauwernood een verschil van gradatie. En Glazoenov en Rimski-Korsakov waren zijn leermeesters. Het befaamde Italiaanse gezegde: ‘Het is een slecht leerling die zijn meesters niet overtreft’, werd aan Steinberg niet bewaarheid. Of juist wel? Was hij wellicht een te goed, te dociel volger van de raadslagen zijner meesters? Steinberg heeft niets van de opstandige; hij herhaalt reeds geweten formules; nergens beschaamt hij de esthetiek van de ouderen, nergens ontkent hij een hunner hypothetische speculaties. Men zou dezelfde verwijten tot hem moeten richten als tot Glazoenov of Rimski en is dat soms vooruitgang? De structuur van de driedelige symfonie is conventioneler dan bij Tsjaikovski en bovendien minder exact, minder nauwkeurig. De thematiek vertoont overal de na-Wagner-deuken en -bulten, zelfs wanneer het op Saint-Saëns lijkt (het begin van Steinbergs tweede deel en Le rouet d'Omphale). Harmonisch blijft het steeds het bekende chromatisch-modulerende gemiddelde; ritmisch keerden de dagen van Florestan en Eusebius terug, zonderlinge revenants in het jaar 1909...Ga naar voetnoot123 Als de komst, in Amsterdam, van Maximilian Ossejevitsj Steinberg het voorspel is geweest tot andere verschijningen, zo er onder zijn leerlingen gevonden mochten worden wier werken voor de wereld der muziek betekenis hebben, wij zouden ons voldaan tonen. Wij wensten wel te weten of het Rusland na 1920 iets van een eigen | |
[pagina 213]
| |
muziekbesef heeft en een avond reële bolsjewistische muziek ware ons, ter oriëntering, van meer nut dan de in de mode komende Russland-Hefte van de Duitse vakbladen.Ga naar voetnoot124 Beschouwen wij het zo - het zou geen euvele roem voor Steinberg zijn als men hem hier in Europa als voorloper, initiateur, ging beschouwen. Representatief voor énige muzikale actualiteit van thans is hij zonder de minste twijfel niet. |
|