Concertgebouw
25 oktober 1926 (RN)
Concertgebouworkest o.l.v. Pierre Monteux (21 oktober 1926)
Beethoven: Ouverture Leonore nr. 3
Beethoven: Vierde pianoconcert (solist: Harold Bauer)
Rimski-Korsakov: Shéhérazade
Dit was het derde programma en alreeds de tweede halve Beethoven-avond. Verleden week: de Tweede symfonie,Ga naar voetnoot29 ditmaal de Derde Leonore en het Vierde pianoconcert.Ga naar voetnoot30 Voor de volgende donderdag staan het Derde pianoconcert en de Ouverture Zur Weihe des Hauses ons al dreigend op te wachten. Er schijnt geen ontkomen aan. En dit is om verschillende redenen betreurenswaard. Beethoven was gewis een groot componist, maar er zijn grenzen. Men zal niet onderstellen dat Beethovens werk door deze al te grote bedrijvigheid dood kan worden gespeeld, maar het is, zelfs in een herdenkingsjaar, niet aanbevelingswaardig aan Beethovens nagedachtenis nóg meer privileges toe te kennen dan alreeds geschied is. Monteux begint nu in dit tempo - wat moet er in het voorjaar dan van terechtkomen? Er zijn toch maar negen symfonieën, maar vijf pianoconcerten, enzovoort...
Wij zouden Beethoven niet gaarne missen, doch de mens zal bij dit brood alleen niet leven...
Wij kennen Beethovens idioom, wij zijn vertrouwd geraakt met zijn gedachtewereld, wij hebben duizend en één begrippen-Beethoven doorgewerkt; gipsafgietsels van ettelijke Beethoven-beeldjes versieren de huiskamerlijke piano's, naast de familieportretten en het bloemvaasje; Beethovens dodenmasker staart u aan in alle ‘artistieke’ kamers; ge kunt de Sonate pathétique kopen in anderhalfhonderd uitgaven, van dertig centen af; de bioscoopstrijkjes hebben hun nut van het Andante uit de Vijfde, als het over moederliefde en zo gaat; het schoenlappertje op de hoek neuzelt 's zondags AdelaideGa naar voetnoot31 uit zijn verkouden harmonium en als er iemand met iets te lange haren op lijn vijftien stapt, wordt hij door de conducteur voor Beethoven uitgemaakt.
Men vraagt zich af waarmee deze grote componist dat soort voetbalveldpopulariteit verdiend heeft.
Ach, het is populariteit en toch weer geen populariteit. Als Beethoven vandaag leefde, zou men hem, zonder de tussenkomst van een erecomité, kalm laten verhongeren, tenzij hij praktisch mens genoeg was om dure lessen te geven en al wat daarbij behoort.Ga naar voetnoot32 En dat zou hem, met zijn doofheid, kwalijk afgegaan zijn... Beethoven zou