Het papieren gevaar. Verzamelde geschriften (1917-1947) (3 delen)
(2011)–Willem Pijper– Auteursrechtelijk beschermdIHet Concertgebouw nam het loffelijke initiatief. De Kring Kosmos (een vereniging van moderne Amsterdamse kunstenaars) sloot zich aan.Ga naar voetnoot128 Er zijn pro's en contra's; iedereen weet een anekdote of houdt er een mening op na (eigen mening of uit de dode hand), kortom: deze Stravinsky-week schijnt een der ‘evenementen’ van het seizoen te worden. Donderdag was daar één eerste uitvoering: van de voor orkest gezette acht kinderquatre-mains, die indertijd in een mooi, moddergrijs omslagje bij Henn in Genève verschenen zijn. Voorts het Pianoconcert (de componist-pianist raakte er angstwekkend uit, in het eerste deel...) en de suite uit L'oiseau de feu. Zondagmiddag dirigeert Stravinsky zijn Sacre du printemps. Zaterdagmiddag voert de Kring Kosmos L'histoire du soldat uit, onder leiding van Paul F. Sanders.Ga naar voetnoot129 Vandaag, in de Concertgebouw-Kamermuziekavond, speelt de componist de Sonate benevens nog een Serenade voor pianosolo en verder gaat daar dan een aantal arrangementen. Naar aanleiding van dit vrij complete overzicht zullen wij de betekenis van de figuur Stravinsky nauwkeurig kunnen waarderen en het ligt voor de hand dat wij thans, na het eerste concert, liever volstaan met enige algemene notities. Het werd een merkwaardig publiek succes; nog geen jaar geleden zwom men in scholen de zaal uit na de Sacre.Ga naar voetnoot130 Dit is indertijd in Parijs ook ongeveer zo gegaan. De eerste keer ergert men zich, of fluit; de tweede maal winnen de frenetiek applaudisserenden het. De derde keer is nog niet aan de beurt gekomen... Zonder dwaasheid: het is merkwaardig | |
[pagina 60]
| |
op te merken hoe snel men, de concertbezoekende ‘men’, aan een zekere mate van dissonantie went. Of ‘men’ het ook al mooi vindt?... Stravinsky had dus hier donderdagavond een groot succes. Wij sluiten ons, in een zekere instantie, van harte hierbij aan. Want Stravinsky heeft enorm veel gedaan voor de verruiming van ons tonale en harmonische bewustzijn. Stukken als Pétrouchka, als zijn meesterwerk Le sacre du printemps hebben nu reeds een muziekhistorische betekenis. Laat ons verder vaststellen dat die renovaties thans reeds plusminus tien jaren oud zijn; wat Stravinsky ná 1918 voltooide, is voor hem niet bepaald een vooruitgang geworden: hij zakte in. Het Pianoconcert bleek een te gemakzuchtig geconcipieerd werk te zijn, dat telkenmale verouderder klinkt. Wij hoorden het stuk in mei 1924 in Parijs, in november van datzelfde jaar ten tweeden male en thans voor de derde keer. Het werk verdraagt niet zoveel attentie, het smolt weg. De gunstige eigenschappen zijn: een volstrekt ont- breken van breedsprakigheid, een goed evenwicht tussen de drie delen. Thematisch en harmonisch is het zwak; pianistisch is het te stug - ook het orkestrale coloriet is wel zeer monochroom. De Pièces enfantines wonnen niet door de instrumentatie. Het blijft altijd een hachelijke onderneming, zulke huiskamermuziekjes naar het winderige orkestpodium over te brengen. En wanneer dit dan nog aldus, met het grote apparaat en à grand spectacle geschiedt... Het werd vrijwel een bouffonnerie. De oude L'oiseau de feu-suite (bewerkt in 1919) bleek het sterkste stuk van de avond. De muziek is van 1910 en de climaxen bereiken nog niet de hoogten van de analoge momenten in Sacre of Pétrouchka. De lyriek is nog wat schools en wordt ons nog wat overvloedig toegediend. Doch de suite is gespannen en geladen en er staan enorme coloristische trouvailles in (het gebruik van de piano). |
|