Het papieren gevaar. Verzamelde geschriften (1917-1947) (3 delen)
(2011)–Willem Pijper– Auteursrechtelijk beschermdGebouw - Jager-van Urk
| |
[pagina 737]
| |
niet ontwikkelde mezzo. De typische alttonen klinken bij haar stuk voor stuk niet (Kindertotenlieder nr. 3!). Haar borstregister ligt, voor een alt, ook minstens een terts te hoog. Zij heeft vier of vijf tonen, op dit ogenblik, die wel zouden kunnen gaan klinken, als men ermee begon te werken. Maar thans staat er nog niets. Geen enkele intonatie bleek betrouwbaar, geen enkele vocaal of consonant kon er zelfs maar mee door (de s, de l, de ä, de r...). Ieder ogenblik vreesde men voor de volgende noot, voor de volgende frase - het was angstig. Men moet mevrouw Jager-van Urk aanraden enige jaren het podium nog te mijden en intussen al hare muzische vaardigheden aan een grondige herziening te onderwerpen. De muzikale kwaliteiten van de heer en mevrouw Jager-van Urk verdragen een koel-kritisch onderzoek nog minder. Er is te veel blind en doof enthousiasme, te veel schoonvinderij, die tussen de geëntameerde kunstwerken en hun bedoelde interpretatie in staan. Zij menen, wellicht, van een stuk dat zij volop mooi vinden - laten we zeggen de Kindertotenlieder - al een ontroerende auditie te geven door hun eigen verruktheid. Dit is een geesteshouding, bij amateurs frequenter dan bij musici. Zij wordt gerugsteund door gebrek aan ervaring enerzijds, door een manco in de zelfkritiek anderzijds. Daar is bijvoorbeeld de frasering: wat maakte de heer Jager van Mahlers Um Mitternacht? Hij moet de partituur eens lezen en met die partituur in de hand de orkestuitvoering door een goed dirigent eens trachten te volgen... Daar is de spanning van een heel werk: wat kwam er terecht van het tweede deel der Appassionata? Daar is: tempo. Het vijfde der Kindertotenlieder ging ronduit acht metronoomgraden te langzaam en in het naspel sloegen wij plotseling op hol. Wat beduidt dat? Daar is: ritme. De heer Jager maakt het óf rechthoekig óf zo slap als een doek. Bijvoorbeeld het hoofdthema der Appassionata. Daar zijn de duizend tekenachtige en ontroerende accenten die, om met Mahler te spreken, ‘nicht in den Noten’ staan.Ga naar voetnoot264 Wat maakte de zangeres van ‘du musst sie ins ew'ge Licht versenken’? ‘Ins’ werd een voorslagje... Wat maakte de pianist voor een behangselpapierachtergrond van Wenn dein Mütterlein, met die onbeschrijfelijke Engelse-hoornstemmingen? Het heeft, dunkt mij, geen zin om nog meer vragen op te werpen. De antwoorden zouden even onbevredigend uitvallen. Men kan, resumerend, zijn oordeel aldus formuleren: het schijnt dat de heer en mevrouw Jager-van Urk bezield zijn van een waarlijk heel grote liefde voor de muziek. Dit sterke hun dan in de zware en bittere studiejaren die zij te wachten hebben. Nu is zelfs hun muzikaliteit nog niet eens concertrijp (de muzikale vaardigheden komen nog in het geheel niet in aanmerking; er zijn tientallen muziekschoolleerlingen die het vak al beter beheersen). Laten we mekaar over drie, vier jaren weer eens in een concertzaal ontmoeten; het zou verstandig zijn voor dan alvast een handzamer, lichter, program te kiezen. Dit was dilettantenwerk. En het is niet verheffend, zo'n avond moeizaam Proberen. Noch voor de bevoegde hoorders, noch voor de executanten, als die zichzelf, achteraf, durven te bekennen hoe veel er nog aan ontbrak... |
|