Het papieren gevaar. Verzamelde geschriften (1917-1947) (3 delen)

Camille Saint-Saëns ✝
18 december 1921 (UD)

Het B.T.A.³⁶² seint ons uit Algiers het doodsbericht van Camille Saint-Saëns, de nestor der Franse componisten.

362 B.T.A.: Bulgarian Telegraph Agency.

[p. 547]

Saint-Saëns werd 9 oktober 1835 te Parijs geboren en bereikte dus de leeftijd van ruim 86 jaren.

Hij ontving het eerste onderricht van Halévy en Reber, later nog van Charles Gounod. Hij was enige tijd organist te Parijs, onder andere van 1858-1870 aan de Madeleine.

Na 1870 heeft hij een vooral reizend bestaan geleid: er bleven niet veel landen ter wereld over die hij niet bezocht heeft.

Saint-Saëns was een universele natuur, op de manier der encyclopedisten: hij schreef veel en goede verzen en prozastukken (Harmonie et mélodie, 1885); hij verdiepte zich in vele wijsgerige systemen, in sterrenkunde, in de politiek.

Saint-Saëns was een van Frankrijks veelzijdigste, geniaalste zonen. Zijn composities zouden, opgeteld, een lange lijst vormen. Geen genre bleef hem vreemd: hij componeerde drie symfonieën, vele opera's (Samson et Dalila), kamermuziek (zijn Trio in F³⁶³ is wereldberoemd), pianoconcerten, liederen, oratoria, kortom, hij beheerste alle vormen, en wat meer zegt, hij beheerste die als een groot meester.

Tot zijn werken uit de laatste jaren van zijn leven behoren: stukken voor blaasinstrumenten en piano, en fuga's voor piano.

363 Pianotrio nr. 1, op. 18 (1863).