Het papieren gevaar. Verzamelde geschriften (1917-1947) (3 delen)
(2011)–Willem Pijper– Auteursrechtelijk beschermdTivoli-concert - Ilona Durigo
| |
[pagina 510]
| |
compositie te bezielen en op deze wijze iedere uitvoering te maken tot een gebeurtenis. Denk aan Mengelbergs Brahms- en Tsjaikovski-reproducties. Gisteravond dwaalden mijn gedachten echter niet van de rechthoek van het programma af. Ik dacht aan een brief van Gustav Mahler, gericht aan Anna Bahr-Mildenburg en handelende over Johannes Brahms. Hier volgt hij: In den nächsten Tagen mache ich einen kleinen Ausflug nach Ischl, wo ich seit Jahren immer Brahms treffe. Hier kann ich wirklich mit Faust sagen: von Zeit zu Zeit seh' ich den Alten gern! Er ist ein knörriger und stämmiger Baum, aber reife, süsse Früchte, und eine Freude, den mächtigen, reichbelaubten BaumGa naar voetnoot285 anzusehen. - Wir passen allerdings nicht sehr zusammen und die ‘Freundschaft’ wird nur aufrecht erhalten, weil ich dem alten, grossen Meister als Junger, Werdender gerne die schuldige Rücksicht und Nachsicht zolle und mich von der Seite zeige, von der ich glaube dass sie ihm angenehm ist.Ga naar voetnoot286 Ja, dat zal wel juist zijn. ‘De kant die Brahms aangenaam was’... een ideale kunstenaarsverhouding! Wat worden Brahms en Mahler, onder dit licht gezien, beiden klein! Hoe ziet men Mahler zich beminnelijk, dociel voordoen. Herinner u dat Mahler door Brahms König der Umstürzler gescholden werd... En wat wordt de ‘herbe’ Brahms plotseling een goedaardige oom, die men op zijn schouder klopt en tot wie men spreekt met vele diminutieven... Decorum is toch een raar soort bordpapier. Johannes Brahms leeft nog voort in vele schijngestalten, ook in onze goede stad! En ze willen op de schouder geklopt worden en behandeld met egards en vooral de waarheid niet horen. Schrijf in ieder geval niet dat Brahms als componist heus niet gerangschikt behoort te worden onder de grootmeesters en, vóór alles: bewijs het hun niet uit zijn werken. De opinie van de man uit de krant - nu ja. We onderschrijven immers allen graag de mening van een mijner goedgezinde lezers, die zei: ‘Als-ie er wat van wist zou-d-ie ommers niet in de kránt schrijven?’... En desondanks schrijf ik heden weer - en in de krant! - dat de Tweede van Brahms een zeer respectabel werk is, doch niet de schepping van een groot Mens. Censeo Carthaginem esse delendam!Ga naar voetnoot287 Maar uitweiden over technische en psychische apartheden die de stelling bewijzen, zal ik ditmaal niet. Ilona Durigo zong na de pauze drie Mahler-liederen; vóór de pauze twee aria's van Händel. Mahler ligt haar wel beter: voor Um Mitternacht heeft zij de passende stem. Ich atmet' einen Linden Duft werd heel roerend, maar ik zou de mensen niet graag ongelijk geven die zich afvroegen of daar niet een teveel was. De begeleiding van dit laatste lied slaagde het minste. Wer hat dies Liedlein erdacht? lukte beter en is ook minder gevaarlijk. | |
[pagina 511]
| |
Dat de Tweede symfonie van Brahms niet slecht uitviel, vermeldde ik reeds. Bijna alle tempi waren juist; Brahms ligt Van Gilse wel. Er bleven wat ruwheden van klank en het koper en de pauken speelden doorgaans te sterk. Met name in de Finale. |
|