Het papieren gevaar. Verzamelde geschriften (1917-1947) (3 delen)
(2011)–Willem Pijper– Auteursrechtelijk beschermdMengelberg-concert
| |
[pagina 266]
| |
gedreven door een onverbiddelijk noodlot en soms glimmerde de zon van een ver-affe vreugde over het tragische landschap. Het was altijd groots en bijna immer tragisch. Men kan zich de Tweede ook anders denken; ikzelf voelde ze vroeger bijvoorbeeld lyrischer. Doch dat was vroeger, in de tijd dat de coda van dit eerste deel voor mij ongeveer het Einde-aller-muziek beduidde, mét het tweede thema uit Beethovens Coriolan. Ik weet thans, na een jaar of tien, beter. Een gans en al lyrische reproductie van Brahms' Tweede zou het werk bijster langwijlig maken. Mengelbergs impetuoze weergave is duizendmaal doelmatiger - geen schoonheid ging aldus verloren, geen noot leek overbodig, geen contrapunt bleek te zwaar. Het was bewonderenswaardig en het was meeslepend in zijn bewuste beheersing. Na de pauze Wagner. Men kan een opera van Wagner te machtig vinden voor zijn muzikale digestie, men gaat zich op zulk een feestavond, die van zes uur tot middernacht duurt, ergeren aan de vele tautologieën, men kan er zelfs een aversie tegen het bazuinentimbre van meebrengen. Maar Wagner was toch een gehallucineerde; zijn Siegfried, zijn Wotan waren in ieder geval gigantische gedachten. Mediterende over de meester kwam ik tot de verbijsterende slotsom dat het misschien alleen Wagners voorkeur voor de opera was, de opera met zijn dierenvellen en blikslagerswaar, met zijn altijd belachelijke bordpapieren zwaan, zijn onwaarschijnlijk langdurige erotische exclamaties (Tristan, II) die ons zijn muziek laat misprijzen. Zou het kunnen zijn dat een grootse gedachte, groots van vinding en uitvoering (Wotan bijvoorbeeld), vergankelijk blijkt, doordat de schepper ze projecteert op een manier die voor onze ogen en oren onaanvaardbaar is? (vergelijk de interessante, erg ‘tachtigerende’ studie van Van Eeden over Tristan.)Ga naar voetnoot139 Doodt de gebrekkige ‘voorstelling’ geniale vondsten op den duur? Of zou Wagners oeuvre ten slotte de eeuwen trotseren, ontdaan van de hinderende toneelkraam? Ik verwacht het en ik hoop het. Waarlijk, het is toch te groots om ter wille der voorstelling vergeten te worden. Zulk een Trauermarsch speelt niet op een toneel tussen brandende hersen,Ga naar voetnoot140 inspeciënten en changeerders - het gebeurt in de wolken, boven eindeloze, woeste heidevelden. De muziek welke Wagner eruit hoorde, is zeer kosmisch. Zonder voorstelling is het een gigantisch gebeuren; de motieven ‘bäumen sich auf’ als voorwereldlijke monsters - het is verpletterend en schoon. In de opera heb ik nimmer dergelijke machtige impressies opgedaan. Doch dit zegt niets tegen de muziek. Integendeel. De manier waarop Mengelberg en het orkest dit speelden, was onovertrefbaar. Ik heb geen woorden om mijn bewondering uit te spreken over zo vlekkeloze, geïnspireerde weergave. Maar ik denk dat wij voor van de winter voldoende Wagner hebben gehad, met de vorige keer mee. Wij smeken de heer Mengelberg om Bruckner, Strauss of Mahler. En aangezien het schijnt, volgens een advertentie, dat wij ons in Utrecht het volgend jaar van het zeldzame genot der Mengelberg-concerten te spenen zullen heb- | |
[pagina 267]
| |
ben - o, lokale politiek, die zulke negatieve resultaten boekt!Ga naar voetnoot141 - bidden wij de heer Mengelberg voor de volgende keren om de moderne meesterwerken! |
|