Het papieren gevaar. Verzamelde geschriften (1917-1947) (3 delen)
(2011)–Willem Pijper– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 111]
| |
Kamermuziek
| |
[pagina 112]
| |
Zij - Martine Dhont - heeft gisteravond beter gezongen dan ik haar het hele seizoen nog hoorde. Enkele liederen, bijvoorbeeld Mahlers Nicht wiedersehen! en haar lievelingslied Scheiden und Meiden waren zo subliem van geestelijk doorleefde emotie, dat ik geen woorden heb om haar te prijzen - dit zijn volstrekt congeniale herscheppingen. En Strauss' Ständchen zingt zij zo singulier, dat men het slechts te aanvaarden heeft. Met haar onfeilbare instinct evoceert zij elke half troebele emotie en het geheel wordt een wonder van pure schoonheid. De meester zelf schijnt zich van tijd tot tijd een beetje voor dit liedje te generen: hij noemde het eens een zijner jeugdzonden! Inderdaad staat het met zijn opus 17 iets of wat benepen tussen de brandende fantastische symfonie Aus Italien (opus 16) en de veel bezonkener Vioolsonate (opus 18). Van Richard Strauss zong Martine Dhont nog de drie mooiste liederen uit opus 27: Ruhe, meine Seele, Heimliche Aufforderung en het beroemde Morgen (het larmoyante Cäcilie goddank niet). En ook dit was zonder voorbehoud superieur. Toch jammer dat de mooiste Strauss-liederen (Freundliche Vision!) betrekkelijk zo weinig gezongen worden - te weinig tenminste in verhouding tot de oudere (Letzte Blätter). Jan Wagenaar heeft geen solo gespeeld, zoals oorspronkelijk het plan was. Het programma was nu ook inderdaad lang genoeg (men vergist zich gemakkelijk in de duur van Francks Vioolsonate!) en ik moet zeggen dat het van een helder inzicht getuigt dat hij geen werken heeft gespeeld waarmee sommigen hem op een gemakkelijke wijze in zijn nadeel zouden kunnen vergelijken met een der allergrootsten. Met zijn accompagneren heeft hij ons trouwens reeds genoeg genot geschonken. Eén opmerking wil uit mijn inktpot, op gevaar af dat hij zal denken dat ik hem voor de mal houd: in Tivoli, onlangs, domineerde hij niet genoeg - gisteravond domineerde hij iets te veel! Hij had het eenvoudige accompagnement van de Tartini-sonate bescheidener kunnen houden en ook de Heimliche Aufforderung was te lawaaiig. Ook had ik in César Francks sonate de vleugel liever niet halfstok gehad. |
|