Naaukeurige beschryving der uitwendige godtsdienst-plichten, kerk-zeden en gewoontens van alle volkeren der waereldt. Deel 5
(1736)–Bernard Picart– AuteursrechtvrijVierde hoofdstuk.
| |
[pagina 77]
| |
een Verzameling van Gebeeden, die bekwaam zyn om den Priester en den Communicanten de vereischte gemoedsgestalte tot het waerdiglyk ontfangen van het Nachtmaal in te boezemen. Ricaut vergelykt dien Dienst by den Dienst der Communie in de Liturgie van de Engelsche Kerk. Hy voegt 'er by, dat men ze voor de luiaarts des morgens ten elf uuren leest, maar dat men ze in Godsdienstige huizen ten negen uuren begint, op dat 'er voor andere Godvruchtige oefeningen geen tyd ontbreeke.Ga naar margenoot+ Echter moet men niet denken dat die lange en geregelde Devotien de Grieksche Monniken tot eerlyker luiden maakt: de Historien en Reisbeschryvingen spreken niet dan te veel ten nadeele van de Oostersche Monniken. Die geregeltheit is een vernis 't welk de gebreken voor de oogen van eenvoudige en lichtgelovige menschen verbergt. Zy wordt by de Grieken, gelyk elders, in gewoonte en onachtzaamheit verkeert. Die Monniken gelyken de onze, behalven dat deze hunne buurt baloorig makenGa naar voetnoot(a) met aan te kondigen dat zy hun Officie gaan opzeggen, dat is, zich quyten van een taak die den Conventen is opgelegt. Ga naar margenoot+ De Turken hebben den Grieken het gebruik van klokken verbodenGa naar voetnoot(b). ‘Zy hangen eenige stukken yzer door middel van touwen aan de takken van een boom op; die yzers zyn omtrent van gedaante als de banden waar mede de wielen der rytuigen bekleed zyn, namelyk krom, omtrent een halven duim dik, en drie of vier duimen breed, in de lengte met eenige gaten doorboort. Men maakt op die yzers een Klokkenspel met kleine yzere hamertjes, om den Monniken aan te kondigen dat zy ter Kerke moeten komen. Zy maken nog een ander soort van geluid, 't welk zy trachten te doen accorderen met dat der yzere platen. Men houdt in de eene hand een houten lat omtrent vier of vyf duimen breed, waar op men met een houten hamer slaat.’ En dewyl een Monnik zo veel te zeggen is als een soort van Devotaris die de strengheit van zynen regel met het vermaak weet te paren, moet ik 'er byvoegen, met de eigene woorden van Tournefort. ‘Dat zy op dagen van vrolykheit aan tafel zittende, geluid maken met een koper drinkschaaltjen, daar op telkens met het hecht van een mes kloppende, terwyl zy door den neus zingen gelyk de Capucynen.’ Het celebreeren van de Liturgie vereischtGa naar margenoot+ een zuiver geweten, een rein hart, Christelyke gedachtenGa naar voetnoot(c), met liefde, gematigtheit, enz. Men weet hoe moeilyk het zy die deugden te verkrygen, en dat het altoos onmogelyk zal zyn dezelve van de plechtigheden en de welvoegelykheit te konnen onderscheiden. Naar het verhaal van Ricaut, volgt na het houden van den Dienst het voorlezen van het leven van dezen of geenen Heilig, en die lezinge verstrekt voor een Sermoen of Predikatie. Volgens Tournefort is het gebruik der Sermoenen als afgeschaft, zo dat men byna geene Predikstoelen in de Kerken vindt. Indien de eene of de andere Papas zich tot prediken begeeft, gaat zulks zeer slecht toe. Men betaalt twee ryksdaalders voor een Sermoen, schoon zy zo veel niet waard is. 't Is een gehaspel van woorden, die, zo hy zegt, noch de Prediker, noch het volk verstaat. Zal ik hier melden van de gestalte dieGa naar margenoot+ zy in hunne gebeeden en de uiterlyke tekenen van hunne Devotie houden? Ik moet 'er van spreken. Schoon de Libertynen en waereldsche menschen die gebruikelykheden voor beuzelingen houden, echter maakt het gemeen daar werk van, en de Godvruchtige zyn daar yverig in. In het gebed wenden de Grieken zich naarGa naar voetnoot(d) het Oosten. Zy bidden overend staan- | |
[pagina 78]
| |
de, doch zy mogen ook leunen, en zelfs zitten. De Leeken zitten neder terwyl de Priester onderwyst, zy rechten zich op wanneer men God aanbidt, of wanneer men lofzangen zingt. Zo zegt een hedendaagsche GriekGa naar voetnoot(a). Plaats genomen hebbende, ontdekt men het hooft, en maakt het teken van 't Kruis. De manier der Grieken is, eerst de drie voorste vingers van de rechter hand zaam te voegen, waar door men betekenen wil dat de Godheit in drie personen bestaat. Dan brengt men die drie vingers van het voorhooft tot beneden de borst, en vervolgens van den rechter schouder tot den linker; 't geen niet minder zyne verborgenheit inheeft. In die verbeelding van het Kruis leeren ons de drie vingers, aan het voorhooft gebragt, dat de Drie-eenheit in de Hemelen woont. Van daar tot onder de borst gelegt, beduiden zy eensklaps vier grote Mysterien, namelyk de Vleeschwording, de Kruisiging, de begraving, en de nederdaling van Jezus Christus ter hellen. Die drie vingers op den rechter schouder gelegt, betekenen dat Jezus Christus opgewekt zynde gezeten is aan de rechter hand van God. Eindelyk de linker schouder de verwerping der Godlozen betekenende, bidt de Griek door de beweginge van zyne drie vingeren naar den linker schouder, dat hy niet onder het getal der Godlozen gestelt, maar van onder de magt des Duivels mag verlost worden. Indien ik my over de geheimenissen van verscheidene andere gestalten, den gelovigen in hunne devotien aanbevolen, ook zo wilde uitbreiden, zou ik een wydlopig verhaal konnen doen van Allegoriën, die verstandig schynen uitgedagt, doch van geene de minste nuttigheit zyn; ook zyn zommige zeer verre gezogt, en aan de Grondleggers van het Christendom gantsch onbekent geweest. By voorbeeld, men zou mogen verzekeren dat zy nooit geweten hebben, dat overend te staan by den Dienst op Paasch-zondag, betekent dat de Opstandinge van Jezus Christus ons verlost heeft van onze zonden. Daar moest een PatriarchGa naar voetnoot(b) van Constantinopolen verschynen om dat Geheim te openbaren. Het teken van 't Kruis en 't Gebedenboek dat men het uurwerk noemt, 't welk op de Uuren der Latynen uitkoomt, vervatten de geheele devotie der Grieken. Men ziet uit die Uuren, dat de Grieken de Heiligen, als mede deGa naar voetnoot(c) Heilige Maagd aanbidden. In hunne gebeden heeft de Maagd den naam van MoederGa naar margenoot+ Gods, Koninginne van 't Geheel-al, Glorie der Rechtzinnigen. De andere Heiligen hebben ook hunne tytels: naar dat men meer of min op hen betrouwt, of meer of min devoot is, voegt men hun bynamen toe, of neemt ze hun af.Ga naar voetnoot(d) De Beelden zyn plat of geschildert; en men vindt in hunne Kerken geen gesneden beeld werk. Ik moet niet vergeten, dat in zekereGa naar margenoot+ gevallen aan deGa naar voetnoot(e) vrouwen verboden is binnen in de Kerken te komen, en zy aan de deur moeten blyven staan, even of haar adem vergiftigt was; en dat het haar indien staat ongeoorloft is te communiceren, en de Beelden te kusschen. | |
[pagina t.o. 79]
| |
A. Pain de la Communion chez les Grecs. B. l'Etoile. C. l'Evêque tenant le chandelier à Trois et à deux branches. D. l'Evantail. E. Le Corban ou pain de la Communion des Cophtes.
|
|