Mijne porte-feuille

[p. 126]

Ik heb.

wijze: Liefhebbers van de vrolijkheid.

Ik heb, o ja, laat ik eens gul,

En vrijuit tot u spreken,

Ik heb aan wissels hier en daar,

Een tonne gouds, naar 'k reken,

Ik heb een boerderij vijf - zes,

Digt bij den Haag gelegen,

En met contanten trots ik elk,

Hoe zwaar hij ook moog' wegen.

Ik sta, voor geen geringe som,

Op 't grootboek ingeschreven,

Ja, 'k had, indien ik 't hebben wou,

Een lui en lekker leven;

Ik heb in 't bloeijend Amsterdam,

Diverse Reederijen,

Ik heb, maar 't meeste zwijg ik liefst,

Gij zoudt mij ligt benijen.

[p. 127]

 

Ik heb, dit zij voor 't laatst gezegd,

 

En 'k wil het u betogen,

 

Ik heb, voorwaar geen kleinigheid! -

 

De gansche boel gelogen;

 

Ik heb, o ja, laat ik eens gul,

 

En vrij uit tot u spreken,

 

Ik heb, stap in mijn woning maar!

 

Te malen noch te breken.