ze nu voortaan alleen in de bank zou zitten, waar ze meer dan twee jaren met Mies samen had gezeten, dat Mies haar nu niet meer zou kunnen raden en troosten bij haar moeilijkheden, dat ze nu verder alleen zou moeten ploeteren tot ze examen zou doen.
Haar gezicht stond betrokken, toen de bel luidde en ze haar plaats in de eerste bank innam, allèèn. Ze had het eerste uur dicté van Van Heuvell. Hij zag hoe landerig Frans in de bank hing, hoe lusteloos ze haar schrift voor zich nam.
Hij opende het boek, waaruit het dictée moest worden voorgelezen, sloeg zich toen tegen het voorhoofd, alsof hij plots iets bedacht.
- Frans, ben je op de fiets?
- Ja mijnheer, antwoordde Frans verwonderd.
- Zou je me een groot genoegen willen doen? Ik heb vergeten een brief te bezorgen, die noodzakelijk vóór tien uur aan zijn adres moet wezen. Zou jij dat voor me willen doen? Als je er geen lust in hebt, kan je natuurlijk ‘neen’ zeggen, maar ik durf het jou te vragen, omdat je het dictée wel missen kunt. Wil je het voor me doen? Het is nogal achteraan op het Bezuidenhout.
Frans keek dankbaar op. Zou hij weten welk een genoegen hij haar deed met haar dit eerste uur uit de klasse te zenden, waar ze zich zoo ellendig voelde?
Maar op het gezicht van den jongen leeraar stond niets anders te lezen dan bezorgdheid over den brief, die zoo noodig zijn bestemming moest bereiken.
- Ik wil het graag doen mijnheer, heel graag.
Hij gaf haar een langwerpige gele enveloppe, die er gewichtig genoeg uitzag en Frans rende de klas uit.
- Als je om tien uur terug bent is het goed, rijd dus niet te hard, riep de leeraar haar nog na.
Een kwartiertje nadat Frans was vertrokken, kwam de directeur in de klasse: zijn blik viel op de eerste bank.
- Wie zijn er afwezig, meneer Van Heuvell?
- Alleen Francis Hooghwinckel meneer. Ik heb haar weggezonden en ik zal u na de les daarvan verklaring geven, antwoordde de leeraar strak.
- Nou doet ie net of Frans voor straf is weggestuurd, fluisterde er een.