Dr. Schaepman. Deel 2
(1916)–Jules Persyn– Auteursrecht onbekendjuli 1870-juli 1880
LIII.
| |
[pagina 446]
| |
van dezen schoolmeester in ieder opzicht revolutionnair is. Zijn geheele regeeringswijsheid komt op ontchristelijking neer. Toen Jules Simon in 1848 zijn politieke loopbaan aanving, sprak hij van zijn “franchise bretonne” - want deze man, die zich door het vrije denken hoog boven het christendom verheft, is een Bretagner. Van deze rondborstigheid, deze openhartige en kloeke waarheidsliefde is weinig meer over dan een starre, trotsche onbeschaamdheid.... Gelukkig is de maarschalkstaf neergekomen op de schouders der mannen, die alleen hun partij dienden en tevens de onbeschaamdheid hadden om de edele Fransche natie te behandelen als Madame du Barry Lodewijk XV, en haar in kazernetaal de deur te wijzen: “La France, f.... moi le c....”Ga naar voetnoot1). In later dagen zal Schaepman dikwijls in stilte een Jules Simon aan 't Fransche bewind hebben teruggewenscht. De doctrinair streed immers altijd voor de vrijheid van onderwijs, ook ten gunste der Congregaties. En in zijn wijsbegeerte, die om haar zoeterigheid Schaepman antipathiek móest blijven, was er toch idealisme genoeg, opdat het Frankrijk van heden zijn voordeel zou doen met handboeken als ‘Le Devoir’, die dan ook vóor Schaepman stierf, zijn 17n druk beleefde. |
|