Zijne Doorluchtige Hoogwaardigheid Mgr. Andreas Ignatius Schaepman, door zijn nederigsten dienaar H. Schaepman.’
De hoogeerwaarde wist wel, dat de jongen iets bijzonders werd. Bij een bezoek 't vorig jaar in 't Seminarie was hem door een der paters Herman voorgesteld: ‘Monseigneur, laat uw neef een oogenblik toe. In dien persoon ligt een groot talent.’ Maar toch was 't een verrassing voor Monseigneur, de blijken daarvan te vinden op zijn zilveren priesterfeest in een boekje verzen, ten getale van 60 Fransche en 300 Nederlandsche, hem op kosten van vader Schaepman uit de drukkerij van Josua Witz in prachtuitgave vereerd.
De Fransche verzen zijn een hymne aan Monseigneur's patroon St. Ignace, evêque d'Antioche, martyr, l'an 107.’
‘Oui; lâches oppresseurs, que votre chant résonne,
Chantez, chantez longtemps; mais Ignace est vainqueur,
Enlendez vous la voix du tout Puissant, qui tonne:
On vengera Ignace - et Dieu sera vengeur’.
Die verzen zijn wat ze, als zuiver kopwerk, bij een student van 19 jaar kunnen zijn: een bewijs voor Herman's assimilatievermogen, en een Hollandsch toonbeeld van onberispelijk Fransch. Had Kloos bij dezen gymnasiast een lesje genomen - een lesje althans in de Fransche orthographie en grammatiek, dan zou hij nooit hebben gesonnetteerd van ‘un brebis’.
Het Hollandsche feestvers is een episch-lyrische proeve over den heiligen Radbodus, veertienden bisschop van Utrecht, van 900 tot 918, een episode uit de invallen der Noormannen.
Een verhaal, waarvan hij misschien in zijn kinderjaren uit den mond van pastoor van Coeverden wel iets had gehoord. Die was immers voorheen kapelaan in 't naburig Ootmarsum, waar de heilige gestorven was.
In den jaargang 1850 van De Katholiek, kon de student het heiligenleven nogal breedvoerig beschreven vinden.
Radbodus was de geleerdste man van zijn tijd, een groot beoefenaar der Latijnsche letterkunde, in proza en in vers.
Herman gaf twee zangen: ‘de Inval der Noren en ‘de Verschijningen der H. Maagd, het sterfbed en de voorspelling gedaan aan Balderik, des Heiligen opvolger.’
't Eerste is een krijgshaftig stuk met verzen op dreunenden marsch: