Querela a Dio. Klachte tot God.
Een Vrouwe met een wit kleed, die welcke haer aengesicht droevigh houdende en beschreyt, 't gesicht ten hemel heeft gekeert, de rechter hand voor de borst hebbende, toonende mette ander hand, dat zy van eenige venijnige en doodelijcke Dieren en Slangen gebeeten is.
De droefheyd van 't gesichte druckt uyt, hoedanigh de benautheyd van de klachte is. De schreyende oogen ten hemel gekeert, seggen, dat zy heeft hare klachte tot God gekeert, die daer in den Hemel woont.
Met de Hand van de Slangen gebeeten wort uytgedruckt, dat de klachte geschiet uyt oorsaeck van datmen beschadight is, en de lasteringen worden door de Slangen verstaen. Het witte kleed en de hand voor de borst, betoonen de onnoselheyd en oprechtigheyd, waer door de klachte kracht heeft.