Amaritudine. Bitterheyt.
Om de Bitterheyt uyt te drucken, word van eenige een Dochter geschildert in 't swart gekleet, die in beyde handen houd een byekorf vol honig, waer uyt een plante van Alst komt opschieten, mogelijck daerom, wanneer wy zijn in de meeste voorspoet des levens, dat wy ons dan vinden in de meeste tegenspoet der fortuyne, of om dat wy alsdan kennen, alle de hoedanigheden van het tegenstrijdige, op datmen te beter en volkomender kennisse magh hebben van de soetigheyt, wanneer wy eenige uyt wendige Bitterheyt hebben geproeft; oock daerom, om dat men, by gelijcknisse, door den Alst een bitter en stijfhoofdigh Mensch plagh uyt te drucken. Daerom seght Ariosto:
Men kent geen Vree noch achtse niet,
Voor datmen eerst den Krijgh besiet,