8. De kleurig geklede vrouw
In de verte, vlak boven het geheimzinnig borrelende water van Het Magische Meer nadert een wolk die alle kleuren van de regenboog met zich meedraagt. Er klinkt zachte, vrolijke muziek. Als de golvende kleuren de oever bereiken, blijkt de wolk een vrouw te zijn die sprekend op Yandabitana lijkt. Haar haren zijn op dezelfde manier gevlochten. De kleuren vormen haar kleding. Yandabitana pakt haar hand en zegt: ‘Dit is Yandanaluma, mijn zuster. Ze verwachtte ons. Door over Het Magische Meer naar ons toe te komen heeft ze haar toestemming gegeven om verder te gaan.’
Nooit eerder hebben de jongens zo'n bijzondere vrouw gezien.
‘Mijn broer en ik brengen jullie naar de overkant’, zegt Yandanaluma.
Haar stem klinkt als de muziek die Ed en Rik hoorden. Ze begrijpen dat Yandanaluma zong toen ze over Het Magische Meer naar hen toe zweefde.
‘Ed, geef mij je hand zodat je binnen mijn lichtkring blijft als we boven het meer zijn’, zegt Yandabitana.
‘En jij Rik, geef jij me jouw hand zodat je zo dicht mogelijk bij mijn kleuren blijft’, zegt Yandanaluma.
Achter elkaar zweven ze over Het Magische Meer, ook de voeten van Ed en Rik raken het water niet. Af en toe klinkt er een griezelig ‘bbbllluppp’ uit het donkere water onder hen, maar bang zijn ze geen moment.
Al gauw hebben ze de andere oever bereikt en staan ze aan de voet van De Hoge Berg, klaar om die te beklimmen. Yandanaluma heeft de hand van Rik losgelaten en is op hetzelfde moment verdwenen. Vlug stapt Rik weer in Yandabitana's lichtkring.
Ze vervolgen hun weg. Het licht van Yandabitana en dat van de vele stondoifi-sterren is meer dan voldoende om het steile pad te kunnen zien. Bovendien zweven de jongens nog steeds een stukje boven de grond waardoor ze geen moeite hebben Yandabitana bij te houden tijdens het klimmen.