Voorwoord.
Gedurende onze ruim twaalfjarige studie over de Vogels van Guyana, zijn wij zoo
nu en dan in de gelegenheid geweest gegevens te verzamelen over Suriname's, oorspronkelijke
bewoners de Indianen. Toch dachten wij er in den beginne niet aan, deze gegevens in boekvorm
uit te geven. Maar later toen het ons bleek, hoe oppervlakkig onze Roodhuiden door de meeste
schrijvers beschreven worden, besloten wij eene systematische studie van het onderwerp te
maken. Welke middelen en moeite wij hebben moeten aanwenden om tot het doel te geraken,
blijft buiten bespreking, doch kan afgeleid worden uit de algemeen bekende stilzwijgendheid
der Roodhuiden en wat er tezamen in andere werken over Guiana staat.
Ons werk bevat geen reisbeschrijvingen, het handelt niet over de weelderigheid
der natuur of de beschrijving van dieren enz. Het is eene psychologische studie onzer
Indianen, inzonderheid Caraïben, m.a.w. eene studie der innerlijke gedachten,
wereldbeschouwing en logica van een volk van dichters, een volk van vrije menschen, die
zullen uitsterven zonder ooit den blanken onderdanig te zijn geweest.
Onze gegevens zijn dan ook in dit opzicht geheel origineel, uitgezonderd enkele
aanhalingen, welke wij uit andere werken hebben overgenomen als bewijzen tot onze meening dat
er zoowel in de legenden als in de taal der Indianen van Guiana eene treffende overeenkomst
bestaat met de mythologie der Oostersche volken en de Schepping der Wereld in het Oude
Testament.
In tegenstelling met andere moderne schrijvers, gelooven wij niet dat onze
Indianen zich in eene verschillende richting ontwikkeld hebben dan de Oostersche volken.
Integendeel schijnen zij nader te staan tot den semitischen stam dan de Chineezen en
Europeanen. Onjuist komt ons dan ook voor de theorie van Prof. Osborn, die aan
Auteursrecht onbekend