XXIII
Met de jaren was het mr. Severus gelukt voorzitter van de Strafkamer van het Hof te worden.
Een eervolle positie. Vroeger noemde men het college wel eens smalend ‘de herkauwers’, omdat het in hoger beroep de vonnissen der rechtbank te behandelen kreeg, maar Severus zorgde voor een volledig eerherstel. Hij deed het zo nauwkeurig en met zo voorbeeldige gestrengheid, dat de veroordeelden nauwelijks in appèl dorsten te gaan. Het risico was te groot! Daartegenover stond het voordeel van een minder overladen rol. Er werd niet meer ‘herkauwd’, maar ‘geknauwd’ en dat verhoogde het prestige. Er ontstond ook meerdere gelegenheid om over de zaak heen het algemeen belang te dienen; de ‘generale preventie’. Dat hierdoor de rechter eigenlijk zijn plechtige tabbaard voor de tuniek van de koddebeier verwisselde, viel alleen de ingewijden op.
Mr. Severus groeide in zijn werk. Hij werd er nog groter door, nog rechter, nog indrukwekkender, hoewel steeds in het bezit van zijn, zij het dan behoedzaam toegepaste, charmante glimlach.
Mr. Tedeler was van dit alles terdege op de hoogte. Ook aan hem had, zoals hij het zelf uitdrukte, ‘de