Princelijcke deuijsen
(1563)–Claude Paradin, Gabriel Simeon– Auteursrechtvrij
[Folio 38v]
| |
Mihi terra, lacusque.Ga naar margenoot+Mecenas was in soo grooten autoriteyt ten tijde vanden Keyser Augustus, dat hy volle macht hadde ende tgeheel regiment, soo wel te water als te lande. Twelcke by auenture die redene was, dat hy eenen vorsch voerde voor zijn deuijse. Ten ware dat de selue eenen vorsch wt SeriphienGa naar margenoot+ ware, dwelcke, nae dat Plinius bescrijft, nemmermeer en roepen: want dan soudt beteekenen secreet ende stillicheyt oft swijgen: twelcke met hem soo ghemeene was, dat hy daer duer vanden Keyser Augustus gehouden was in grooter weerden, hem daer enGa naar margenoot+ bouen noch seere verwonderende vanden grooten haet die Mecenas was dragende den achterclap. |
|