Verantwoording
De liedjes zijn uit zeventiende-, achttiende- en begin negentiende-eeuwse bronnen geseleeteerd en zodanig geordend dat de ‘Oostindische cyclus’ op de voet gevolgd kan worden. Ze komen slechts ten dele voor in de gepubliceerde verzamelingen van Scheurleer, Werumeus Buning, Wouters en Davids. Ze zijn afkomstig uit de collectie Scheurleer van liedboeken en losse liedjes (Koninklijke Bibliotheek Den Haag), de collectie Wouters (Koninklijke Bibliotheek Den Haag en het Nederlands Volksliedarchief te Amsterdam), de overige collecties van het Nederlands Volksliedarchief, de collectie ‘Volks- en straatliedjes’ van de Maatschappij der Nederlandse letterkunde te Leiden en de liedboekjes in de Universiteitsbibliotheek te Leiden en te Amsterdam (UvA).
In de geest van de Griffioenreeks is de interpunctie aangepast en de spelling gemoderniseerd, behalve in gevallen waar het om woorden in rijmpositie gaat. De aanduidingen voor het persoonlijke en bezittelijke voornaamwoord in de derde persoon meervoud manlijk zijn aan hedendaags gebruik aangepast. Het voorzetsel van in de lijdende vorm is door het thans gebruikelijke door vervangen. Enkele evident corrupte passages en enkele evidente zetfouten zijn verbeterd. Het verhaspelde Maleis is ongecorrigeerd gebleven, ook al omdat reconstructie niet altijd met zekerheid kon plaatsvinden. In de ‘Aantekeningen’ is voor zover mogelijk een verklaring gegeven.
Voor hun hulp bij het tot stand komen van deze bundel dank ik de medewerkers van het Nederlands Volksliedarchief te Amsterdam en die van de afdeling Oude drukken van de Koninklijke Bibliotheek te Den Haag. Adviezen kreeg ik voorts van Sander Adelaar, Eddy Grootes, Vibeke Roeper en Diederick Wildeman.