Heron is erg sterk en hij leert het snel. Hoe gaat het met uw kleine meid?’
Mevrouw Sabaku dacht even na.
‘Tja, wat zal ik zeggen. Thula is heel gezond hoor en ze groeit erg hard, maar ze verveelt zich omdat ze geen broertje of zusje heeft en ze is echt nog te klein voor vliegles.’
‘Ik heb een goed idee’, zei mevrouw Blaw. ‘Zodra Heron weer gaat vliegen, stuur ik hem bij u langs, dan kan hij een poosje met Thula spelen. Hij is pas nog uit het nest geweest. Nu is hij nog moe, maar zodra hij is uitgerust, komt hij zeker!’
‘Dank u wel mevrouw Blaw, dat is inderdaad een heel goed idee.’
Pop ging gauw naar huis om het goede nieuws aan Thula te vertellen. Ze zou vast en zeker blij zijn met een speelkameraadje.
Maar Thula was helemaal niet blij. Toen Pop haar vertelde dat Heron de buurjongen op bezoek zou komen, werd ze zelfs boos op haar moeder.
‘Ik wil niet met dat domme buurkind spelen, ik wil zelf vliegen en mijn eigen vriendjes uitkiezen. Ik vind het helemaal niet leuk en ik vind die rare buurkinderen ook niet leuk!’ Pop schrok ervan, Thula praatte zo luid, dat de buren het bijna konden horen.
‘Maar Thula toch, wat doe je onaardig, waarom doe je dat nou? Praat zachtjes, straks horen ze je nog.’
‘Het kan me niets schelen’, gilde Thula.
‘Ik ga lekker toch niet met hem spelen!’
Pop wist niet meer wat ze moest zeggen. Ze hoopte dat Man gauw thuiskwam, hij zou wel weten hoe ze dit aan moesten pakken. Ze bleef piekeren over Thula. Hadden ze haar teveel verwend? Waren ze te voorzichtig? Thula groeide zo hard, misschien was ze al sterk genoeg voor een klein vlieglesje. Ze wist het niet, ze liet haar maar een poosje met rust, anders werd Thula misschien nog nijdiger en dat wilde Pop ook niet.
Man kwam thuis en Pop ging met Man in een hoekje van het nest zitten. Ze praatten zachtjes en Pop vertelde alles wat er gebeurd was. Man kon het bijna niet geloven, zijn kleine meid zo boos dat ze zelfs gilde?