Gedichten(1935)–Paul van Ostaijen– Auteursrecht onbekend Vorige Volgende [pagina 122] [p. 122] Het dorp Een vleermuis aan de nacht hangt niet uw adem aan een vreemde adem zo gij dit beseft het dorp en de mensen nachtlij k huis aan huis één licht - wellicht bij den pastoor - en langs uw weg een late koe In de wig van weg en stroom is van de leegte zo het dorp alsof 't een boot was die maar voor korte tijd op anker ligt Om het staketsel kletst het donkere water gemeten en vreemder dan een moorden zonder gil Gij weet dat er geen gelaat is daar gij binnen kunt als in uw huis En gij stoot overal der dingen oppervlak een spiegel van uw eenzaamheid een teller van uw korte reis Vorige Volgende