Huis ter Heide - 12 december 1964
Ik bezocht vanmiddag mevrouw Verrips. Zij vroeg onmiddellijk wat generaal Parman precies over haar man tegen mij had gezegd. Ook zij scheen verband te zien tussen Parman's vragen aan mij en zijn plotselinge auto-ongeluk.
De agent Van Dijk uit Bosch en Duin was op 4 december 's middags omstreeks 14.15 uur bij haar gekomen. Meteen had zij gevraagd: ‘Is hij dood?’ Zij had een voorgevoel gehad. Bij zijn vertrek in de vroege ochtend had zij gezegd: ‘Wees voorzichtig. God weet wat ons boven het hoofd hangt.’ ‘Maak je niet ongerust. Ik ben voor het eten terug om Sinterklaas te vieren.’
Mevrouw Verrips vertelde dat haar man twee weken voor zijn dood een auto-ongeluk bij Bunnik had gehad. Hij werd door een andere auto gesneden en kwam in de berm terecht. Hij zou met een voorwerp of een zandzak in de nek zijn geslagen en bewusteloos zijn geraakt. Twee mannen reden met de bewusteloze Verrips in diens witte Mercedes SL190 sportwagen weg, maar kregen opnieuw een ongeluk en toen een voorbijganger stopte vluchtten de mannen. Enkele ooggetuigen brachten Verrips die avond bij zijn vrouw thuis in zijn bungalow in Huis ter Heide.
Mevrouw Verrips vertelde verder, dat haar man een nieuw hooglopend conflict met Zwolsman had gekregen. Web had gezegd: ‘Het is nu erop of eronder. Na deze battle stop ik er mee.’ De avond vóor de ramp: ‘Kaat (zo noemde Verrips zijn vrouw), ik heb goed nieuws. Wij krijgen een goeie Sinterklaas.’