Den vaderland getrouwe. Uit het dagboek van een journalist
(1973)–Willem Oltmans– Auteursrechtelijk beschermdNew York - 28 november 1961 (2)De heer Verrips trok meteen van leer. Hij vertelde, eigenlijk geen professor te zijn, maar hij had een tweelingbroer, die professor was. Men hield hem steeds voor zijn broer.Ga naar eindnoot1. ‘Ik heb voor drie weken een flat gehuurd,’ aldus Verrips, die enkele uren tevoren van Zain had willen weten of ik van het geheime plan op de hoogte was, ‘want Suurhoff en Goedhart zullen hier in het diepste vertrouwen met de Indonesiërs gaan onderhandelen.’ Verrips had lange tijd in Indonesië gezeten. Oorspronkelijk was hij als soldaat naar Indië vertrokken, was bij de politionele acties gedrost en naar het leger van Sukarno overgelopen, had vervolgens voor de inlichtingendienst van het Indonesische leger gewerkt en had van daar uit contacten met de cia opgebouwd. ‘Ik heb na de erkenning van de Indonesische soevereiniteit voor de Amerikanen een verzetsgroep opgebouwd die Sukarno moest wippen. Toen Washington haar koers wijzigde, kwam ik zonder geld te zitten. Ik wilde mijn Indonesische kameraden niet in de steek laten, dus heb ik met een knokploeg in een jeep de Javase Bank in Surabaja overvallen en 4 miljoen roepia's meegenomen. Ik moest mijn guerrilla's toch ergens van financieren? Ik ben later opgepikt, heb enkele jaren in Indonesië vastgezeten en toen ik eindelijk in Nederland terugkeerde ging ik nog eens de knijp in voor desertie. Maar nu ben ik er weer boven op.’ Hoe hij Suurhoff en Goedhart kende? ‘Uit het verzet in de oorlog.’ Voor mij had hij en passant een minder vriendelijke bedreiging in petto. ‘Nadat jij hebt laten uitlekken dat Nasution in het geheim met staatssecretaris Van Houten een ontmoeting in West-Duitsland had gehad, ziet hij de dood in je. Bedenk dus wel: ze kunnen je ieder moment dat ze willen laten verdwijnen.’Ga naar eindnoot2. Bovendien overhandigde Verrips mij een brief van Emile van Konijnenburg, bestemd voor professor Yamin. Ook verzocht hij mij, een brief van hemzelf gericht aan de Indonesische minister van Staat, Yamin, te willen overhandigen. ‘Lees die brief maar, want het gaat over jou,’ aldus Verrips. Het was een lange, in vrij slecht Nederlands gestelde tirade tégen mijn persoon en activiteiten, waarbij Yamin en de Indonesische regering dringend werd aangeraden zich van mij te distantiëren. Op weg naar het Plaza-hotel, die middag, heb ik dit historische stuk bij Van der Jagt in het klm-kantoor eerst gefotoco- | |
[pagina 172]
| |
pieerd en daarop het origineel aan Yamin afgegeven. In de late middag spoedde ik mij naar professor Yamin en Zain in het Plaza-hotel en legde uit, dat ‘professor’ Verrips een ex-gedetineerde, zowel uit Indonesië, als uit Nederland was, en zichzelf omschreef als ex-bankrover, agent voor de inlichtingendienst van het Indonesische leger, alsmede agent voor de cia. Yamin en Zain keken steeds somberder. Zij waren van mening, dat het opnieuw hoogst noodzakelijk was, dat ik nog dezelfde avond met de laatste klm-machine naar Nederland zou vertrekken om Van Konijnenburg te informeren, dat de figuur Verrips in groep-Rijkens-verband voor de Indonesische kant van het spel niet acceptabel zou zijn. Volgens Zain waren de spionagediensten thans in de Rijkens-lobby geïnfiltreerd. Ik reisde dus, na mijn tandenborstel in Kew Gardens, Long Island te hebben opgehaald, onmiddellijk naar Amsterdam af, ditmaal in het gezelschap van collega Henri Faas. |
|