Den vaderland getrouwe. Uit het dagboek van een journalist
(1973)–Willem Oltmans– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 169]
| |
New York - 24 november 1961 (2)De Indonesische diplomaten waren woedend over het uitlekken van de ontmoeting Subandrio-Rijkens. Althans, men wekte van die zijde die indruk. Hoe publiek Den Haag, anders dan via ambassadeur Schurmann, of, wie weet, Luns zelf, over de ontmoeting werd ingelicht is niet uit de verf gekomen. Wel weet ik, dat ambassadeur Zain zijn oude vriend, de ambassadeur van Maleisië, bij de uno, inschakelde om Luns zelf te benaderen en - de lezer gelove het of niet - die zet zou eveneens slagen. Zain en collega Dato Nik Ahmed Kamil zetten een val. Luns tippelde erin. Professor Mohammed Yamin en Zairin Zain bezochten de Nederlandse minister in diens suite in het Sheraton East Hotel. Het gesprek duurde lang. Men kwam vanzelfsprekend geen stap verder naar een oplossing, maar nu had de minister van Buitenlandse Zaken zelf in het geheim met ‘dienaren van Sukarno’ geparlevinkt, terwijl er officieel geen diplomatiek contact meer was tussen beide landen. Evenals het bericht over Rijkens bij Subandrio lekte ook deze geheime conclave uit, ditmaal via William Oatis, Verenigde Naties-correspondent van het persbureau Associated Press naar buiten. Karakteristiek voor Luns' oneerlijkheid en uitzonderlijke lafheid was, dat hij tijdens hetzelfde gesprek met de pers op SchipholGa naar eindnoot1. Rijkens zo diep mogelijk in de puree drukte omdat hij, Rijkens, met de Indonesische minister van Buitenlandse Zaken, dr. Subandrio, zelf had gesproken. Terwijl hij zweeg in alle talen over zelf met Yamin en Zain te zijn gaan praten! Wilde hij dit verbergen omdat Yamin en Zain slechts adviseurs van Subandrio waren? Luns weigerde in alle toonaarden commentaar op vragen van journalisten of hij een ontmoeting had gehad met Indonesische diplomaten. Dát is de man, die in zijn memoires van Bung Karno schreef: ‘Hij was een gevaarlijke en een bedenkelijke man. Zijn levenswandel was er een van de soort die men, van hoeveel goeden wille men ook is, niet onbesproken kan noemen...’Ga naar eindnoot2. Het lijkt mij de hoogste tijd om aantekeningen over Luns' conduitestaat te publiceren! Men kan het genre hierboven vermelde incidenten bovendien onbeperkt uitbreiden.Ga naar eindnoot3. Voor diens dood, toen hij nog president was, zei Luns tegen Hans Knoop van De Telegraaf welk een ‘charmante indruk’ hij van Bung Karno had gekregen. Wat Luns durft te debiteren wanneer zijn eertijdse tegenstanders zijn overleden is in sommige gevallen onvoorstelbaar bruut en ongegeneerd. Het meest schokkende voorbeeld hiervan blijf ik vinden, wanneer hij in zijn memoires stelt, dat Sukarno ‘een te gedegenereerd’ man was om naast onze koningin te staan. Luns is daar wel de beoordelaar bij uitstek naar. |
|