Den vaderland getrouwe. Uit het dagboek van een journalist
(1973)–Willem Oltmans– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 17]
| |
Djakarta - 11 juni 1957Alle Indonesische bladen brachten Sukarno's uitgestoken vriendschapshand aan Nederland in grote opmaak op de voorpagina's.Ga naar eindnoot1. Thuis, in Nederland, verscheen geen letter. De onzichtbare censuur zou haar werk doen. Om de kortzichtige politiek van halsstarrigheid en onverzettelijkheid jegens Sukarno te kunnen voortzetten was het noodzakelijk om het algemeen geldende beeld van een Sukarno, die Nederland en Nederlanders moest haten intact te laten. Tienduizenden landgenoten woonden en arbeidden nog altijd in Indonesië. Dikwijls op vitaal belangrijke plaatsen. De Koninklijke Paketvaart Maatschappij onderhield nog steeds de belangrijke strategische interinsulaire verbindingen. Nederlandse experts en deskundigen zorgden voor een constante produktie op plantages en landbouwbedrijven. Ontwikkelingshulp in tal van sectoren van de maatschappij, bij het onderwijs, de handel of industrie bleef noodzakelijk. De cijfers mogen hier en daar verschillen, maar in 1940, het jaar dat voor Nederland de tweede Wereldoorlog uitbrak, volgden in Indië, een land met 70 miljoen inwoners, slechts 637 Indonesiërs een universitaire opleiding. In 1940 studeerden 37 Indonesiërs af.Ga naar eindnoot2. Wie anders dan juist Nederlanders konden ná de Onafhankelijkheidsverklaring van 1945 op doeltreffende wijze de meest elementaire en onontbeerlijke ontwikkelingshulp verlenen? Sukarno wist dit. Hij gaf de voorkeur aan Nederlanders. Hij had, zoals ook uit deze reportage zal blijken, een zwak voor Nederlanders. Of zoals hij eens tegen de Amerikaanse schrijver Louis Fischer heeft gezegd: ‘Twee Nederlanders behoren tot mijn intiemste vrienden.’Ga naar eindnoot3. De Indonesische pers begeleidde Sukarno's woorden met hoofdartikelen waarin er op werd gewezen dat de basis van het zich toespitsende conflict met Nederland over Nieuw-Guinea niet gezocht moest worden bij anti-Nederlandse gevoelens, maar bij de arrogante houding van Den Haag, waar men bleef weigeren ruiterlijk de soevereiniteitsoverdracht van Indië te honoreren en waar men aan de hand van slimmigheidjes en gegoochel met legalistische holle frasen doorging met Irian uit de koloniale boedel proberen te houden. |
|