Bijlage 27
Aangaande uw verzoek d.d. 2 februari kan ik u het volgende berichten. In de eerste helft van 1991 deed uw cliënt meerdere verzoeken om informatie. In 1992 liet hij weten geen prijs meer te stellen op stukken van vóór 1964. Vervolgens liet hij weten nog slechts stukken van na 1972 te willen ontvangen. (zie dezerzijdse brieven aan hem van 30 maart en 14 mei 1992 waarin een en ander schriftelijk aan hem werd bevestigd). Met verwijzing naar deze vroegere correspondentie zal ik thans overgaan tot verstrekking, in gedeelten van stukken uit het dossier vanaf 1972. Als en voorzover daarbij sprake zal zijn van een gehele of gedeeltelijke weigering, zal dit worden aangegeven en gemotiveerd. Gaarne verneem ik vooraf of vastgehouden wordt aan de vroeger gestelde eis dat geen brieven van uw cliënt zelf dienen te worden verstrekt, noch kranteknipsels en andere openbare stukken, daar uw cliënt daarover al beschikt. Bij ieder gedeelte zal aangegeven worden welk bedrag wegens copiekosten verschuldigd is.
DE MINISTER VAN BUITENLANDSE ZAKEN
voor deze
plv. Secretaris-Generaal,
Mr. J.G.S.T.M. van Hellenberg Hubar
|
|