Bijlage 10
30 augustus 1995
Zeer geachte Heer Oltmans,
Mijn dank voor Uw brief van 20 augustus jl, waarvan de beantwoording tot mijn spijt even moest wachten. Mijn nrc-bijdrage over de steeds agressiever wordende pers beoogde veeleer aandacht te vragen voor de bescherming van de privé-levenssfeer van de gewone burger en het gewone bedrijfsleven dan van de ‘hoogsten in den lande’. Deze laatsten zijn de hoge bomen die veel wind vangen en daar over het algemeen bestand tegen (moeten) zijn.
Uw zaak handelt niet over een onrechtmatige publicatie over Uw persoon, maar juist over het tegendeel, namelijk over een verzwegen en dus nimmer openbaar gemaakte actie tegen Uw persoon en Uw werk. In dat stadium past het mij niet op de mérites van die zaak in te gaan, omdat mijn rol als mogelijke bemiddelaar daarmee niet is te verenigen. Wèl wil ik U gaarne geluk wensen met Uw recente succes bij de Raad van State, waarover ik via de krant vernam.
Met vriendelijke groet,
hoogachtend
|
|