6 september 1996
Opgelucht antwoordt Verploeg onmiddellijk dat ik ‘vanaf heden’ geen materiële steun meer van de nvj zal ontvangen, ook omdat ik niet instem met een bindend advies akkoord te gaan bij een bemiddeling van het geschil. Dit willen mijn advocaten absoluut niet, dus Verploeg stelt een eis die ik op advies van de door hem betaalde juristen naast me neer moet leggen, wetende op die manier definitief van me af te komen. Hij memoreert aan het feit dat de nvj 110 duizend gulden aan Nicolaï en Pasman heeft overgemaakt - wat inderdaad een flink bedrag is - wat hij, als ik het win, geretourneerd hoopt te krijgen. En of ik lid blijf van de nvj? Ik zal hem antwoorden dat ik na de waanzin van Luns mijn Nederlanderschap ook niet heb opgezegd.