Memoires 1986-B
(2016)–Willem Oltmans– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 102]
| |
Amsterdam23 augustus 1986AmerbosEr lag een brief van Henk Hofland over de affaire Jan van Wieringen.Ga naar voetnoot99 Ik ken tot dusverre inderdaad slechts een kant van de medaille, namelijk het verhaal van de vader van Jan over hoe Henk zich vanuit Amerika tegen hen heeft gedragen na zijn bezoek aan de familie in Putten. Ik moet zeggen de weergave van Jans vader ‘herkenbaar’ te vinden. Ik zal Henk antwoorden.Ga naar voetnoot100 Ronald Gase vertelde dat hij zich zodanig had opgewonden over de wijze waarop Peter Schumacher deel twee van de Memoires had besproken dat hij naar hem toe is gegaan. Ben te moe om alles te noteren. | |
24 augustus 1986Het anti-Bouterse
Nederland wordt overstroomd met misinformatie van dit gehalte. | |
[pagina 103]
| |
Frits Behrendt, die natuurlijk ook expert is over wat zich in Suriname afspeelt, maakte voor Het ParoolGa naar voetnoot101 weer eens op bestelling een passende tekening: De gek Hugo Brandts Corstius heeft in de Haagse Post Lubbers in een adem genoemd met Adolf Hitler. Er schijnt serieus te zijn overwogen juridische stappen tegen de man te nemen. Wijselijk heeft men ervan afgezien. De topagent van de kgb, Oleg Gordievsky, die in 1985 naar het Westen overliep, gaf Ronald Reagan belangrijke informatie over Gorbatsjov en de Sovjetpolitiek, kort voor Reagan en Gorbatsjov elkaar in Genève ontmoetten. Al vijftien jaar werkte deze man als dubbelagent voor het Britse mi-6 in Londen en zelfs enige tijd voor Denemarken. Vervelend verhaal.Ga naar voetnoot102 Ik vind het opmerkelijk dat vijf politieke zwaargewichten een document van 3.500 woorden hebben opgesteld waarin er bij de regering Reagan op wordt aangedrongen om het testen van ruimtewapens tien jaar uit te stellen. Oud-ministers van Defensie Harold Brown, Melvin Laird en James Schlesinger, oud-minister van Buitenlandse Zaken Cyrus Vance en de adviseur voor Nationale Veiligheid van president Gerald Ford, generaal Brent Scowcroft vinden het belangrijker een ontwapeningsverdrag met de Sovjetregering te sluiten.Ga naar voetnoot103 Intussen hebben in een datsja buiten Moskou ontwapeningsgesprekken plaatsgehad. Met aan Amerikaanse zijde ondermeer Paul Nitze en de superhavik Richard Perle. Dit laatste is inderdaad een doorbraak. In Moskou is een rapport verschenen dat een ander licht werpt op de ramp in Tsjernobyl. Het aantal doden zou zijn gestegen tot 28, maar nu wordt het voor mogelijk gehouden dat nog eens 6.300 mensen als direct gevolg van de kernramp zullen overlijden. The New York Times maakte gedetailleerd bekend wat er fout was gegaan.Ga naar voetnoot104 | |
[pagina 104]
| |
25 augustus 1986Arnold Burlage schreef een artikel in De Telegraaf aan de hand van een uit Suriname gesmokkelde bandopname met Ronnie Brunswijk. Het is duidelijk dat Henri Nahar deze band meegenomen heeft. Wie anders? Daarom blijft het onbegrijpelijk dat de Surinaamse overheid deze man laat komen en gaan, ook al doet hij dat onder dekking van de afgezette militair Bhagwandas, zijn zwager. Brunswijk zegt dus het Nationale Bevrijdingsleger voor Suriname samen met Paul Somohardjo, voorzitter van de Stichting Makmur in Rotterdam, te leiden. Wanneer je de dekmantels wegstreept, blijft interventie in Suriname vanuit Nederland een bloot feit. Ik vraag me af of er tussen Eduard en mij nu toch permanent een snaar is gesprongen. Ik hoorde helemaal niets en werkte rustig aan deel vier van de Memoires, toen hij om 15:30 uur gisteren plotseling voor de deur stond. Hij was tot de conclusie gekomen dat onze heerlijke vakantie in Zuid-Frankrijk hem toch weer het gevoel had gegeven door mij overrompeld te zijn geweest, waarmee hij ook seksueel bedoelde. Ik mag niet vergeten dat hij 26 jaar is en ik 61. Onzekerheid over jezelf is maar al te begrijpelijk op die leeftijd, zeker wanneer het om moeilijke homo-erotische gevoelens gaat. | |
[pagina 105]
| |
Ik bezocht Carlo Spier op de Surinaamse ambassade, die me van het treinstation in Den Haag had laten halen. Ik gaf hem een overzicht van wat er was gebeurd en wat mijn indrukken uit Paramaribo waren. Carlo Spier, die ik had verteld dat Harvey Naarendorp mijns inziens meer dan ooit nodig was in Paramaribo, antwoordde: ‘Als je erin zou slagen Harvey in Paramaribo te houden dan zal Herrenberg je dit nooit vergeven.’ Daar had ik nog geen moment over nagedacht. ‘Gaat het om het land of gaat het om persoonlijke spelletjes,’ vroeg ik Spier. Hij was het met me eens dat het een belangrijk winstpunt zou zijn als Naarendorp weer in het machtscentrum ging meedenken. Vanuit Spiers werkkamer belde ik Nahar, die aardig deed, maar tussen neus en lippen benadrukte met mij nooit anders dan over koetjes en kalfjes te hebben gesproken. Hij ontkende glashard ooit te hebben gezegd - ‘kijk je agenda er maar op na’ - dat hij geld wilde geven aan wie dan ook. Zou hij in het vliegtuig naar Suriname op 8 augustus een glaasje teveel hebben op gehad? Hij wist met 95 procent zekerheid te vertellen dat Somohardjo nu in Frans Guyana was. Als ik over een uur belde, zou hij het zeker weten. Hij vermoedde dat ook de Nieuwe Revu geld aan Brunswijk gaf. ‘Laat ze het maar samen uitvechten,’ aldus Nahar. ‘En nadat ik zag dat jij in Paramaribo als een hond behandeld werd, zag ik er ook niets meer in te blijven. Ik bemoei me er niet mee. Ik heb een goed leven. Ze zoeken het maar uit. Desi moet gewoon weggaan.’ Nahar zei ook nog: ‘Bouterse en Brunswijk zijn allebei koppig. Ze moeten praten. Bhagwandas houdt nog altijd van Desi. Maar hij is uit het leger. Hij is niets meer.’ Ik wierp tegen dat de legerleider toch niet kan gaan onderhandelen met de schier analfabete Brunswijk? Nahar gaf toe dat Brunswijk stuntelde en hakkelde toen hij een door anderen opgestelde verklaring voorlas. ‘Hij had beter in eigen bewoordingen kunnen vertellen wat hij te zeggen had,’ zei Nahar. Hij liet zich terloops ontvallen de video - waar Burlage in De Telegraaf aan refereerde - te hebben laten maken, maar hij sprak er snel overheen. Hij keek wel uit om opnieuw naar Suriname te gaan. Onze ontmoeting noemde hij ‘puur toeval’. Hij ontkende dus alles wat hij mij tijdens de vliegreis had gezegd. Intussen meldt Burlage dat de kapiteins en dorpshoofden van de bosnegers hun uniformen zouden hebben ingeleverd uit protest tegen de acties van het Nationale Leger tegen Brunswijk. Ik heb er vorige week in Albina bij gezeten dat de diver- | |
[pagina 106]
| |
se dignitarissen en kapiteins in vol ornaat naar Bouterse kwamen luisteren. Had ik er maar foto's van genomen, ik weet echter nooit hoe met een flitsapparaat te werken. Later, terug op Amerbos belde Nahar. We hadden een lang gesprek. ‘Bouterse vergadert te veel. Het is niet Brunswijk, maar het leger dat zijn nek gaat breken. Hij neemt teveel hooi op zijn vork. Hij heeft geen tijd meer voor de soldaten in het kamp. Hij moet zichzelf mobiliseren, niet het leger. Desi wordt bij iedere klap van Brunswijk zwakker. Hij zakt steeds verder weg. Wie controleert het leger?’ Ik vroeg hem waarom Bouterse en Bhagwandas keet hadden gekregen. ‘Die man (Bouterse) is de baas. Hij heeft hetzelfde karakter als ik. Wij zijn koppig. Vertel me maar, wat ik voor Suriname zou kunnen doen. Er is paniek in het oosten van het land, maar het zal in Paramaribo gebeuren. Het zal van binnenuit het leger komen. Men wil Bouterse gewoon niet langer aan de top hebben. Ze zijn bang voor hem. En het kan allemaal snel gebeuren. Trouwens, geen enkele Surinamer is te vertrouwen. Ik luister naar niemand. Ik heb mijn eigen standpunt. Maar Desi krijgt advies van mijnheer a en loopt er mee naar mijnheer b. Via hem zal er echt niets van Suriname terechtkomen.’ Nahar zei een video van mijn televisiegesprek in Paramaribo te hebben gezien en het ‘goed’ te hebben gevonden. ‘Wanneer jij straks zegt dat Desi met me wil praten, is dat voor mij voldoende en kom ik met het volgende vliegtuig.’ Misschien zou dat moeten gebeuren. Theo arriveerde uit Zwitserland. Ik lichtte hem over alles in en liet hem het televisiegesprek uit Suriname zien, dat hij uitstekend vond. | |
26 augustus 1986Theo heeft een brief aan Iwan Graanoogst geschreven.Ga naar voetnoot105 Cecile van Lennep belde. ‘Je bent volkomen gek Wim, in de goede zin des woords,’ zei ze. Zij begreep niet dat ik mij met een hopeloze en uitzichtloze zaak als Suriname bezighield. Ik ik iets wilde doen om ze te helpen, en dat veel van de problemen door Den Haag waren veroorzaakt. Mienke Schaberg, redactrice bij de Man belde. Simon Verlaat wil in haar blad niet over mijn boekje Zaken doen schrijven vanwege de belangrijke en peperdure advertenties van vooraanstaande bedrijven in het blad. | |
[pagina 107]
| |
Ik kocht voor mijn schildervriendje Cliff Oost-Indische inkt, bijenwasschilfers en andere spullen die hij nodig heeft en die in Paramaribo schaars zijn. Die arrogante rotzak Paul Bremer lazert op als Amerikaans ambassadeur in Den Haag. Hij wordt reizend ambassadeur in de strijd tegen het terrorisme.Ga naar voetnoot106 Past prima bij die mijnheer. Die andere Amerikaanse idioot, ambassadeur Vernon Walters, komt binnenkort opnieuw naar Europa om ‘de bondgenoten’ te overtuigen dat Libië en Khadaffi nieuwe plannen zouden kunnen hebben om het terrorisme verder uit te breiden.Ga naar voetnoot107 Uiteraard komt dan nu ‘specialist’ Gerrit Philip Mok in Elseviers met het kletsverhaal dat Khadaffi's macht tanende is.Ga naar voetnoot108 Bertie Hilverdink stuurde me een pagina uit een Amerikaans blad waar zijn werk als visagist in wordt beschreven. Ik neem mijn petje diep af voor wat hij geheel op eigen kracht heeft weten te bereiken. En dat in een wereldstad als New York waar hij de top in zijn vak bereikte. Albert de Lange van Het Parool belde. ‘U bent de enige Nederlander in werkelijk contact met Desi Bouterse.’ ‘Ja, dat is juist zo treurig. Dat ging in Indië net zo. Niemand wilde met Sukarno praten. Je moest eens weten hoe gemakkelijk het is in contact te treden met Bouterse. Als je serieus bent, wil ik wel met je praten,’ zei ik. Ik ontmoette Nahar en zijn assistent Paul Mungra in Café Americain. Er was ook een fotograaf van De Telegraaf, dezelfde die foto's nam in 1984 bij het incident met Frans Lurvink op Schiphol. Wie had deze man getipt? Ik dacht er verder maar niet over na. De bvd? We spraken 75 minuten. De essentie was dat Bouterse juist nu militair werd aangevallen, omdat hij zwak stond. Zonder Bhagwandas als vervanger was de eenheid in het leger verstoord. Wanneer Desi niet eerst de kracht van het leger herstelt, zal hij over zes maanden weg zijn. ‘En ik neem het ruim,’ aldus Nahar. Ik geef toe, Nahar weet zijn mening met overtuiging uit te dragen. Hij zei dat hij of Paul Mungra informatie doorgaven, tot en met het voorgenomen opblazen van een huis. ‘Maar wat we ook doorgeven, en ik verzeker je, het bereikt hem rechtstreeks, Desi is blind. Bouterse doet niets. Nu wordt er doorgevochten.’ Hij verwachtte dat er bij Hotel Torarica wat zou gebeuren ‘dus ga liever ergens anders heen.’ ‘Misschien zou ik Desi moeten overtuigen om de eenheid in | |
[pagina 108]
| |
het leger te herstellen en musjawarah en mufakat met Bhagwandas en de zijnen te beginnen,’ zei ik. ‘President Sukarno heeft de opstandige generaal Nasution ook altijd weer in de top teruggenomen.’ Maar op het moment dat ik dit zei, dacht ik: maar goed dat Nahar die geschiedenis niet kent, want hij zou geantwoord hebben dat Sukarno daarom door zijn eigen leger werd verraden en afgezet. Nahar antwoordde: ‘Hij neemt Bhagwandas nooit terug. Wil je wedden? Je mag me doodschieten.’ Hij ratelde maar door. Het verzoek van vvd Eerste Kamerleden Guus Zoutendijk en Tom Struick van Bemmelen voor een onderzoek naar de ware rol die Buitenlandse Zaken heeft gespeeld in de zaak Klaas de Jonge, welke nog steeds in Pretoria in een verlaten ambassadegebouw vastzit, werd door minister Hans van den Broek afgewezen omdat de geruchten rond die zaak vaag en ongemotiveerd blijven. Struick van Bemmelen heeft Van den Broek aangeboden zijn bronnen onder vier ogen bekend te maken, maar de minister reageerde niet op dit aanbod. Dit is een vies zaakje. Zo kan de regering Lubbers niet met Kamerleden omspringen. Het slaat nergens op.Ga naar voetnoot109 | |
27 augustus 1986Arnold Burlage did it again. Een levensgrote alarmerende kop in De Telegraaf vanmorgen. Een verklikker bij de Surinaamse geheime dienst zou het verzet hier gewaarschuwd hebben dat er aanslagen zullen worden gepleegd op Paul Somohardjo, Wilfred Lionarons, Glenn Tjon A Kiet, André Haakmat, John Kamperveen en Radio stad Amsterdam medewerker Iwan Bottse. Er zouden zich, onder aanvoering van een zekere Eddy H., een viertal Surinaamse terroristen reeds in Amsterdam ophouden. Justitie en de bvd zijn gealarmeerd. Het zou me niet verbazen als de groep van Henri | |
[pagina 109]
| |
Nahar achter deze desinformatie zit. Vandaar de aanwezigheid van de fotograaf van De Telegraaf toen ik met Nahar sprak. Eigenlijk is het walgelijk wat er gebeurt, en maar al te duidelijk doorgestoken kaart. Maar weet het grote publiek veel? Casper van den Wall Bake kwam gisteravond en bleef logeren. Eindelijk hebben we weer eens kunnen bijpraten. Ook Peter was hier maar trok zich later in zijn eigen kamer terug om Casper en mij samen te laten. We filosofeerden wat ik zou doen als de situatie in Paramaribo uit de hand zou lopen. Ik zou eerst naar de Nederlandse ambassade vluchten, maar als Van Houten me niet zou willen ontvangen, zou ik linea recta naar Igor Bubnov op de ambassade van de ussr gaan. De berichten in Nederland over Suriname zijn zo alarmerend dat ik door de krantenkoppen boven artikelen van Arnold Burlage en andere ophitsers toch wordt meegezogen, terwijl ik weet dat er eigenlijk niets aan de hand is. ‘Je hebt toch wel lef,’ zei Peter nadat we vanmorgen De Telegraaf opensloegen over de moordcommando's van Bouterse in Nederland. Zijn moeder was ook bezorgd dat ik naar Paramaribo terugging en zijn zus Trees, de non, zou voor me bidden. Gisterenavond stelde Peter uitstekende vragen aan Casper. Casper zei volledig bevredigd te zijn door zijn werk. Waarop Peter vroeg hoe het met zijn departement ‘affectie’ stond. Hij haalde zijn hart op aan zijn twee kinderen tijdens het weekeinde. Het botert niet tussen Casper en Carine. Ze wonen voorlopig apart. Het lijkt me afschuwelijk die toestand te moeten beleven. Het weer loskomen van eerst Peter, begin jaren zeventig en daarna Eduard, begin jaren tachtig, heeft mij voorgoed genezen van relaties. Laat staan dat er kinderen bij betrokken zouden zijn. Carlo Spier belde al om 07:15 uur en vroeg of ik straks een pakket mee naar Paramaribo wilde nemen. Hij had ook een aantal brieven voor Jules Wijdenbosch. Ik vertelde hem bekend te hebben gemaakt om 15:00 uur op Schiphol met journalisten over Suriname te zullen praten. Ik belde Henk Venoks. Does zal me afhalen. Ik vertelde precies wat Nahar had aangegeven en dat hij zou komen als ik kon regelen dat hij de bevelhebber zou kunnen spreken. Venoks zei het boek van Turco Westerling gelezen te hebben. Brunswijk schijnt volgens hem Westerling-tactieken te ontplooien, daarom was Venoks geïnteresseerd om te weten waar de vriend van Westerling, Delano Wirth zich op dit moment ophield. | |
[pagina 110]
| |
Amsterdam - ParamariboNahar schitterde door afwezigheid, terwijl hij had aangekondigd dat hij naar Schiphol zou komen. Het persgesprek was echter wel de moeite waard. Er waren twee medewerkers van Veronica Radio, de ene was in Indonesië geboren, de ander woonde tien jaar in Suriname. Er was iemand van de avro, een Indische jongen van de gpd, en een reporter van de Haagsche Courant. Verder waren er ook De Lange van Het Parool en een scherp van de tongriem gesneden journalist van Trouw. Ook was er een anp fotograaf. Een medewerker van het consulaat-generaal van Suriname nam het persgesprek op band op. Dat had ik trouwens zelf aangevraagd. Carlo Spier was er om mij een forse enveloppe voor Jules Wijdenbosch mee te geven. |
|