Memoires 1986-A
(2016)–Willem Oltmans– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 129]
| |||||||||||||||||
Moskou13 april 1986Hotel AkademiskajaSneeuw, maar ook een straal zon. Op het vliegveld gisterenavond ontstond een enorme rel. Ik moest invullen wat ik aan goud bij me had. Ik vulde in gouden ringen (two), armband en gouden hanger (met de gouden Justinianus-munt van mijn vader). Ik moest two veranderen in het cijfer twee. ‘You do it yourself,’ zei ik. Toen escaleerde alles. Een kerel met een portofoon arriveerde. De persoon die me namens Velikhov kwam afhalen, wist niet wat hij moest doen. Hij had kennelijk nog nooit zoiets meegemaakt. Intussen werd mijn koffer omgespit. Alles lag ernaast, geen gezicht. Daarop arriveerden twee heren in colbertjes. Benjamin Netanyahu, de Israëlische ambassadeur bij de vn, heeft in Time zijn steentje bijgedragen tot Reagans verdraaiingen van de werkelijkheid.Ga naar voetnoot164 ‘International terrorism,’ zegt deze idioot, ‘is not a sporadic phenomenon born of social misery and frustration. It is rooted in the political ambitions and designs of expansionist states and the groups that serve them.’ Zou deze mijnheer werkelijk denken dat Libië en Syrië - de door Reagan uitverkoren terroristische staten - ‘expansionist ambitions’ hebben? Expansionisme zetelt in Washington, waar men van mening is dat ze in de hele wereld kunnen doen en laten wat ze willen. Geen plek op aarde is meer veilig, want de vs achten de hele globe verbonden met ‘het nationale belang van de vs’. Dit zijn nota bene onze bondgenoten, de Rambo's in het Witte Huis. Het is eigenlijk misselijkmakend. | |||||||||||||||||
[pagina 130]
| |||||||||||||||||
Noam Chomsky sprak met Robert Dorsman.Ga naar voetnoot165 Hij noemt de vs een democratie van bevoorrechten. In 1984 werd gesproken over een verpletterende Republikeinse overwinning maar, benadrukt Chomsky, de helft van de stemgerechtigde gingen niet naar het stemlokaal. ‘Van de vijftig procent die wel stemden, stemde 60 procent op Reagan, wat betekent dat hij dertig procent van alle de stemmen kreeg.Ga naar voetnoot166 Olf Praamstra schreef een prachtig artikel over Conrad Busken Huet.Ga naar voetnoot167 ‘Hier heeft het ploertendom zijn zetel opgeslagen,’ aldus Busken Huet, die in 1867 als redacteur werkte bij de Java-Bode in Nederlands-Indië. Hij was monarchist, maar schreef na zijn terugkeer vanuit zijn Parijse ballingschap zijn Europesche Brief van 23 oktober 1885 onder het pseudoniem Fantasio voor het Algemeen Dagblad van Nederlands-Indië over de brochure van het liberale Kamerlid Samuel van HoutenGa naar voetnoot168, waarin deze de Hollanders citeert die Koning Willem iii ‘een in de pijp gebrande nachtkaars’ noemden. Huet geeft aan dat ook koningin Emma door vele Nederlanders vijandig wordt bejegend: ‘Zij kunnen het niet verkroppen dat deze berooide jonge vrouw, die zij zonder omwegen een Keulse pottemeid noemen, hare jeugd uit eerzucht heeft weggeworpen aan een afgeleefd man.’ De officier van justitie in Batavia achtte deze beschouwing echter majesteitsschennis. De hoofdredacteur, Conrads neef Joost L'Ange Huet, ging drie maanden de gevangenis in. Zes weken later, in 1886, bereikte het artikel per schip Nederland. ‘Er ontstond een ware volkswoede. Huet zag het hoofdschuddend aan. Zijn leven lang, vanaf het ogenblik dat hij zich op het schrijven had toegelegd, was hij omstreden geweest,’ aldus Praamstra. Waar heb ik dat meer gehoord? Toen hij in december 1876 naar Europa terugkeerde uit Nederlands-Indië was hij grenzeloos teleurgesteld in Nederland. ‘Lees de Handelingen van de Staten-Generaal en je ziet tot welk peil het parlement is gedaald.’ Als zo vele landgenoten trok hij zich als balling in Parijs terug. Daar schreef hij zijn magnum opus, Het land van RembrandGa naar voetnoot169, dat redelijk werd ont- | |||||||||||||||||
[pagina 131]
| |||||||||||||||||
vangen. Maar van boeken kon hij zijn verblijf in Parijs niet betalen. Zijn verdiensten moesten uit artikelen komen. Men was in Nederland niet rouwig om zijn geïsoleerde positie in den vreemde en liet hem daar rustig ‘wegrotten’. Bij zijn begrafenis op 4 mei 1886 in Montparnasse was vanuit Nederland geen enkele blijk van medeleven. Busken Huet betaalde een hoge prijs voor de waarheid. Ter gelegenheid van zijn dood schreef zijn vriend Hendrik Quack: ‘Holland straft diegenen, met wie ons volk het niet eens is, bedaard, zacht, stil en kalm, doch vast. Een Hollander heeft een geweldig wapen: hij ignoreert, hij verklaart iemand voor dood. Hij laat die iemand, al is hij Huet, al is hij de schitterendste stilist van ons land, rustig in het buitenland zijn brood zoeken. Holland heeft Busken Huet nooit gewaardeerd, maar buiten gesloten en verguisd.’ Nogmaals, waar heb ik dit eerder ervaren? Ik ben rustig bezig, belde Olga Chechotkina en ambassadeur Romanov - die nog altijd niet terug in Nederland is geweest, wat hij zo graag zou willen. Ik laat Volodja Molchanov deze keer bewust links liggen. | |||||||||||||||||
14 april 1986Ik telefoneerde met Balaouzev, de assistent van Velikhov: ‘Yes, I heard something about your spectacular arrival. I don't understand that you were not sent back.’ ‘If you want me to go back, I go now,’ antwoorde ik. ‘Ha, ha, ha,’ was alles wat ik hoorde. Ik zal ze zeggen dat ik al vijftien jaar naar Moskou reis, maar dat wat gisteren gebeurd was me te ver ging. Dit land is geen bedreiging voor wie dan ook in de wereld, want het aantal werkelijk prima geprogrammeerde breinen is er veel te klein voor. Ze verkeren in de waan dat ze een grootmacht zijn. Ze weten niet beter. Ik bezocht van 15:00 tot 15:15 uur ambassadeur Frans van Agt. Volkomen tijdverlies. Hij had nog nooit van Evgeny Velikhov gehoord, wat Van Agt vrijwel zeker moet hebben gezegd om mij te pesten. Voor zo'n ezel houd ik hem nu ook weer niet. Hij had mijn Arbatov-boek nooit gelezen of gezien, en wist niet dat er ook een Sovjeteditie van bestond. Hij had nooit mijn paginagrote interview van vorig jaar in Moscow News gezien, terwijl hij hier dus ambassadeur is. Toen wist ik zeker dat hij loog. ‘Ik geef toe,’ aldus hare majesteits ambassadeur in Moskou, nota bene bij het aanbreken van het tijdperk Gorbatsjov, ‘ik kan de dingen niet meer zo goed herinneren. Ik word | |||||||||||||||||
[pagina 132]
| |||||||||||||||||
ook oud en ga de dienst dit jaar verlaten. Ik ben zes jaar in Moskou geweest.’ Ik dacht: wat doe ik hier? Ik stond op en vertrok. Balaouzev belde of ik om 20:00 uur naar de Academie van Wetenschappen kon komen. Velikhov was erg druk. Later belde hij opnieuw. President Alexandrov had beslag op Velikhov gelegd ‘so I have to cancel you’, zei de man uiterst beleefd. | |||||||||||||||||
15 april 1986Volodja Molchanov heeft me opgespoord. Hij had Friso Endt gebeld, de man die hem eens in nrc Handelsblad als kgb-agent had opgevoerd en met wie hij niet in Den Alerdinck wilde zitten. ‘Laten we met eerlijke mensen werken,’ zei Endt steeds. Daarop had Volodja Frans Lurvink persoonlijk gebeld en had herhaald dat Endt niet acceptabel was. De volgende dag arriveerde een telex van Gerd Ruge met de mededeling dat Friso Endt slechts voor de technische kant van de Alerdinck Tribune verantwoordelijk was. Een nieuwe leugen dus. ‘Nu zouden ze de technische samenwerking bekijken, dus Friso is eruit,’ aldus Volodja. Ik geloof er allemaal niets van. Ik maakte hem duidelijk dat ik geneigd was hem ook niet meer te vertrouwen na de laatste ontwikkelingen. ‘Wij kennen elkaar vijftien jaar. Komt daar nu door Den Alerdinck een einde aan?’ vroeg hij. Ik antwoordde dat ik mijn gevoel niet kon veranderen na aan alle kanten belazerd te zijn, terwijl ik de hele zaak had opgezet. ‘Ik geloof jou en Lomeiko niet meer, want jullie gaan met Lurvink verder nadat hij me schandelijk heeft behandeld en tekort heeft gedaan.’ Nee, zij hadden juist beiden bij Ruge voor mij gepleit. ‘Be my guest, maak maar een fijne reis naar New York met je “ja mijnheer Lurvink” en “nee mijnheer Lurvink”, je houdt toch geen werkelijke vrienden over.’ Ik bracht een bezoek aan Siline, die zei: ‘Niet Lomeiko of Molchanov hebben besloten dat een Sovjetdelegatie voor Den Alerdinck iv naar New York zal gaan. Dat besluit is hier gevallen, bij het Comité voor Europese samenwerking.’ Romanov zou me later toevertrouwen dat het besluit uiteindelijk in het Politburo was gevallen. Ik lunchte met Romanov in het Intourist Hotel, nog steeds razend dat een ussr-delegatie met vijf man naar New York zou reizen. Het scheelde weinig of we hadden werkelijk een twistgesprek gekregen. ‘I am free to tell you, Willem, you are wrong. I am no longer in government service. What do you want Lomeiko en Molchanov to do? They have no say in this. | |||||||||||||||||
[pagina 133]
| |||||||||||||||||
They are simply told by the Party to go. After I had served four years in London, I was told to go to Nigeria. I protested, that I was entitled to a leave of a few years at home, but the Party had already decided.’ Hij wees er bovendien op dat men zich in Moskou niet kon bemoeien ‘with inner turmoil’ bij de leiding van Den Alerdinck. ‘I learned never to be a friend of a communist again,’ zei ik, ‘because when the chips are down, a communist choses the Party not his friend.’ Dat was het cruciale moment waarop onze lunch uit de hand leek te lopen. De oud-ambassadeur zei van mening te zijn dat een boek met Arbatov of met Velikhov slechts ‘window dressing’ was. De werkelijk belangrijke zaak waar het om ging, zou me nog duidelijk worden: Apple. Hij zei het geheel eens te zijn met de buitenlandse politiek van Michail Gorbatsjov maar tegelijkertijd was Gorbatsjov in kwesties rond probleemgebieden niet hard genoeg. Toen ik hem vroeg waarom de ussr niet een eigen vloot naar Libië had gezonden, antwoordde hij verontwaardigd: ‘Dus omdat de Amerikanen die fout hebben gemaakt, moeten wij hetzelfde doen?’ Hij vervolgde: ‘But if such us manoeuvres would take place in the Black Sea or in our territorial waters, we would have to do something.’ Iedere keer dat ik zei Reagan een gevaarlijke gek te vinden, antwoordde Romanov: ‘We know, but tell me what can we do about it? How must we react to these idiots?’ Daar had ik ook geen antwoord op. ‘We sent everybody to America, Arbatov is there now, Dobrynin went. We even go to Den Alerdinck. We grab each and every opportunity to work within the possibilities to help lessen tensions.’ Washington weet natuurlijk ook dat Gorbatsjov een grote schoonmaak is begonnen, dus de Amerikanen permitteren zich wat ze willen. In dit verband zei Romanov: ‘Lenin said already in 1923, that our next war would be the war to fight our own bureaucracy.’ Dat is nu in de ussr in volle gang. De afspraak met Velikhov was nog steeds gepland om 18:00 uur. ‘Shall I send you a car?’ telefoneerde Balaouzev. ‘Don't bother, I walk.’ Maar het begon te regenen dus ik had het aanbod moeten aannemen. Ik leer het ook nooit. Altijd heb ik weer moeite gunsten aan te nemen. Daarbij vergeet ik dat mijn aanwezigheid eerder een gunst van mij jegens Velikhov is, want een bezoek aan Moskou is allesbehalve een traktatie. Ik neem een bandrecorder mee, maar ben bang dat we weer niet zullen werken. Ik wachtte al een uur toen Balaouzev kwam vertellen dat Evgeny Velikhov Moskou reeds had verlaten. Nu heb ik hier vier | |||||||||||||||||
[pagina 134]
| |||||||||||||||||
dagen voor niets gezeten. Dat heeft Arbatov me nooit geflikt. Uit het televisienieuws kon ik opmaken dat de Amerikanen vanuit Groot-Brittannië en vanaf vliegdekschepen nieuwe bombardementsvluchten op Libië zijn begonnen. Het allerergste is dat Reagan gewoon zijn krankzinnige plannen uitvoert en de rest van de wereld zwijgt, omdat Libiërs ‘immers’ terroristen zijn. | |||||||||||||||||
16 april 1986Romanov belde me om 08:30 uur. Hij adviseerde me de kosten die ik heb gemaakt, voornamelijk het vliegticket, want ik verblijf in het gastenverblijf van de Academie, aan Velikhov terug te vragen, nu hij me zo onbeschoft heeft behandeld. ‘Remember, he might be busy with the Lybian matter, or perhaps even higher up,’ aldus Romanov, die waarschijnlijk Gorbatsjov bedoelde.
USSR anno 1986
Om 18:00 uur ging ik opnieuw naar Velikhov bij de Academie van Wetenschappen. Warempel, we hebben gewerkt! Nauwelijks waren we begonnen of hij zei een afspraak te hebben vergeten, of ik vijftien minuten wilde wachten. Uiteindelijk heb ik een gesprek van een uur op de band. Ik heb tot 01:20 uur | |||||||||||||||||
[pagina 135]
| |||||||||||||||||
gewerkt aan het uitschrijven ervan en heb zestien pagina's. Het is een begin. | |||||||||||||||||
17 april 1986Het gesprek verliep gisteren plezierig, als voorheen. Ik overhandigde de brief van Eisenstat. Hij zegde toe hem te zullen opbellen. Ik was verbaasd over het gemak waarmee hij ideeën over ons komende boek naar voren bracht, met veel humor vooral. Hij dacht aan de titel ‘Nuclear Chaos.’Ga naar voetnoot170 Overal worden er rode sterren en verlichting aangebracht in verband met de komende 1-meiviering. Olga Chechotkina informeerde me dat de Amerikanen er bij de bombardementen erin waren geslaagd een huis van kolonel Khadaffi te raken, waarbij een van zijn kinderen was omgekomen, en er twee waren gewond. Moskou had een verklaring uitgegeven van steun aan Libië. ‘Was it strong,’ vroeg ik. ‘It was strong enough. What is this man Reagan doing,’ vroeg zij. Frankrijk, Spanje en Italië gaven geen toestemming voor het overvliegen van het Amerikaanse bombardementseskader. Ik had vanmorgen een korte ontmoeting met Velikhov, die een kopie liet maken van de zestien met de hand geschreven pagina's en mij met het oog op het vinden van een uitgever, en hopelijk een voorschot, een brief mee gaf dat we het boek samen schrijven.Ga naar voetnoot171 Velikhov had zijn reis naar de vs van volgende week afgezegd vanwege de situatie rond Libië. ‘It is madness,’ zei hij. ‘It now is a war situation and particularly dangerous, because of the chance for proliferation. There is no rule of law left after this. What are we to do? The man is mad, to send bombers and kill Qadaffi's children.’ ‘Who is the terrorist here?’ merkte ik droogjes op. ‘I am not a Communist, professor Velikhov,’ zei ik, ‘but the “evil empire” is in Washington, not here.’ | |||||||||||||||||
FrankfurtDe vlucht van Lufthansa was te laat. Ik haalde de aansluiting naar Amsterdam niet meer. Op televisie zegt generaal Vernon Walters, die voor de aanvallen op Libië naar Europa werd gestuurd om de landen van de alliantie om te praten niet teveel heisa te maken over wat Rea- | |||||||||||||||||
[pagina 136]
| |||||||||||||||||
gan zou gaan doen, noemt wat er heeft plaatsgevonden: ‘Amerikaanse zelfverdediging’. | |||||||||||||||||
|