Memoires 1984-A
(2015)–Willem Oltmans– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 82]
| |
Havana13 februari 1984Jose Marti Airport06:45 uurAmbassadeur Coen Stork is zo vriendelijk geweest de auto met chauffeur Victor te sturen. Hij was ongeschoren, met openstaand shirt, als een vagebond en mokkend, als gewoonlijk. Het schijnt dat de bejaarde Konstantin Tsjernenko tot opvolger van Joeri Andropov is benoemd. Waarom in godsnaam weer een 73-jarige grijsaard op de bok van het Kremlin? | |
09:30 uur, HavanaCoen kwam in kamerjas naar het hek toen ik als zijn gast op de ambassade arriveerde. We zaten een paar uur te praten. Hij las een brief voor van André Spoor, die een appartement van opperceremoniemeester Pim Osieck in Lausanne of Vevey had geleend, toen hij zich ziek voelde. Small world. Osieck lijkt te zwemmen in de optrekjes: mijn ouders huurden diens bungalow in Huis ter Heide. Ook vertelde de ambassadeur dat Carlos Salsamendi, de assistent van vicepresident Carlos Rafael Rodriguez, tegen hem had gezegd mijn werkwijze te kunnen waarderen. Ik hoop dat dit waar is. | |
14 februari 1984Gisteren was ik kapot. Er waren stortbuien en het onweerde. Coen wees me deze keer een kamer grenzend aan de zijne aan en vroeg heel ontwapenend: ‘Vind je dat okay?’ Natuurlijk vind ik alles okay. Ik ben hem zeer dankbaar voor zijn gastvrijheid. We gebruiken dezelfde badkamer. Ton Regtien en een Belgische journaliste logeren hier ook. De ambassadeur van India, Gita Khanna, kwam lunchen. Hij moest telefonisch aan de afspraak bij Coen worden herinnerd. ‘De vlerk,’ mompelde Hare Majesteits ambassadeur. Coen is net als ik 's ochtends om 06:00 uur beneden en begint dan krantenartikels te knippen. Hij liet me een knipsel uit Le Monde lezen: Paul Valéry heeft 26.600 dagboekpagina's tussen | |
[pagina 83]
| |
1894-1945 geschreven.Ga naar voetnoot114 Valéry schreef van 04:00 tot 07:00 uur in de ochtend. Hij was ook zeer op de wetenschap geconcentreerd. Ton Regtien zei mijn Bouterse-boekje te hebben gelezen. Er stond nuttige informatie in. Hij vroeg zich echter af, ‘In hoeverre is dit nu echt Bouterse, en in welke mate zitten Naarendorp, jij en anderen er in?’ ‘Vergeet niet,’ dat Desi Bouterse de tekst goedkeurde,’ zei ik. Hij hoopt overigens, via mij, Sital te spreken te krijgen. ‘Zamyatin, who runs Moscow's lie factory,’ merkt James Reston op in één van zijn commentaren. Ze doen in Washington altijd alsof er alleen in het Kremlin gelogen wordt. Begrijp zoiets niet. Charlie, het hondje van Coen, is gejat of weggelopen. Ik geloof overigens dat er niet echt naar wordt gezocht. De poes komt steeds bij me. Het jong van de kat is nog steeds wereldvreemd. Ze hebben bovendien vlooien, want er wordt niets aan gedaan. Een ambassade besmet met ongedierte. Leuk. Coen Stork vertelde dat Ruud Lubbers in Washington te kennen had gegeven dat Bouterse het niet lang meer zou maken. Ik hield vol dat dit geklets in de ruimte was en dat de bevelhebber de zaak in Paramaribo aan het reorganiseren was. ‘Nee,’ aldus Coen, ‘ondanks het opzetten van een interim-regering in Suriname, heeft Lubbers in Washington gezegd dat Bouterse op vallen stond.’ Heb vanmiddag drie uur geslapen tot Coen me wekte. De afdeling pers van het ministerie was aan de lijn met de vraag of ze wat voor me konden doen. Ik heb gevraagd of ze me papier en een typemachine zouden kunnen brengen. | |
15 februari 1984Coen ging gisteravond naar een diner bij de Franse ambassadeur. Hij zat tijdens de toespraak van de ambassadeur te wippen en zakte door de stoel in het bijzijn van twintig gasten. De ambassadeur bood hem onmiddellijk zijn eigen stoel aan. Andropov is begraven. Tsjernenko, Gromyko en de minister van Defensie Ustinov hielden een toespraak. Ook George Bush, die namens de vs aanwezig was, legde na afloop een verklaring af. Ronald Reagan deed ook een duit in het zakje. Hij heeft in Washington gezegd dat de toon van Tsjernenko zodanig was ‘that there is an area for us to come to agreement.’ Die man kletst maar wat. Hij heeft zijn eigen evil agenda ten opzichte van | |
[pagina 84]
| |
het evil empire en daar brengt een machtswisseling in het Kremlin geen verandering in. Vrij Nederland wijdt dertien pagina's in een speciale bijlage van Carl Sagan aan de aarde na de kernoorlog.Ga naar voetnoot115 Een wetenschappelijke samenvatting van hoe gek we met z'n allen zijn. Alleen al het feit dat het nodig zijn van de voortdurende herhaling van apocalyptische uitspraken over de nakende totale vernietiging van de mensheid en de aarde op zichzelf al idioot is. ‘Zoals psychiaters dat noemen,’ schrijft Sagan, ‘de mensen verdringen de mogelijkheid van een kernoorlog want ze kunnen er toch niets aan doen. (...) De totale voorraad (strategische plus slagveld en tactische) kernwapens van de twee supermachten ligt dicht bij de vijftigduizend, met een gezamenlijke kracht van bijna vijftienduizend megaton.’ Ik heb het verhaal uitgespeld. ‘Na een kernoorlog komt er op zijn minst een maandenlange periode van extreme kou in een radioactieve duisternis, gevolgd door een periode waarin - als roet en stof uit de atmosfeer zijn neergedaald - veel meer ultraviolet licht op de aardoppervlakte komt.’ Er is geen voorstelling van te maken wat dit betekent als het werkelijk zou gebeuren. Lees dan liever van Daniel Goleman dat ‘experimental psychologists are taking the unconscious seriously in the wake of new and compelling evidence that the unconscious is the site of a far larger portion of mental life than even Freud envisioned. (...) People are piloted far more than they know by the unconscious mind.’ Benjamin Libet, professor psychologie aan de Universiteit van Californië deed een buitengewoon interessante ontdekking. ‘Measurements of a subject's brain waves show that the brain starts to initiate an act about four-tenths of a second before a person is aware of wanting to do it. This means, that you do not initiate voluntary actions consciously, but decide to make them somewhere in the brain outside awareness. The part of the mind, which becomes aware of a decision to act, is not the part that decides. A person's decisions come to him already made.’ Dat noem ik nu pas werkelijk belangwekkend. Leven draait om deze mysterieuze bovenkamer, waar we vrijwel totaal over in het duister tasten.Ga naar voetnoot116 Coen Stork gaat naar Carlos Salsamendi om een 21-jarige Nederlandse jongen proberen vrij te krijgen die hier vast schijnt te | |
[pagina 85]
| |
zitten. Ik heb hem toch wel aan een belangrijk contact aan de top geholpen. Hij neemt een brief voor Salsamendi van mij mee, evenals een exemplaar van het Bouterse-boekje. De Cubaanse vriendin van Sital telefoneerde. Sital logeert momenteel bij Manuel Pineiro Losada van het Cubaanse Centraal Comité. ‘Een belangrijk man,’ zegt Coen, ‘hij is belast met Cubaanse subversieve activiteiten elders.’ Tot groot vermaak van Coen heb ik tot tweemaal toe een kleine hagedis in de tuinuit de bek van de poes gered. Zo'n kat maakt zijn prooi niet direct af, maar speelt het dood. Ik haat zoiets. Heb de hagedis in een zakdoek gevangen en ver weg gebracht. Iedereen is weg. Ik ben alleen in de ambassade. Ik ervaar het als een opluchting en vind het heerlijk. Ik ben trouwens aan een nummer toe. De boy uit de reclame voor het gymnastiektoestel van Soloflex blijft mijn ideaal. | |
16 februari 1984Ben gisteravond naar het Rivièra Hotel gewandeld, en gaf er een brief af voor Badrissein Sital. Hij heeft heel laat teruggebeld, toen ik al sliep, en aan Coen verteld dat hij vanmorgen om 05:30 uur naar Paramaribo zal terugkeren. Hij had tegen de ambassadeur gezegd dat de veranderingen in Suriname ‘for the better’ waren. Intussen gaat ook het gerucht dat hij naar Havana weer zal terugkomen om zijn Cubaanse vriendin te huwen. Werk aan de indeling van het komende boek met de vicepresident. Ik zei tegen Coen dat ik blij zou zijn wanneer de anderen vandaag zouden oplazeren. ‘Wil je mijn gasten niet beledigen?’ antwoordde hij. De ene gast gebruikt puree om zijn bord mee schoon te maken alsof het niet afgewassen zou worden. Regtien scheert zich à priori niet en mummelt meer dan hij praat, terwijl de ordinaire oorbellen van de Belgische journaliste uit Antwerpen, ook geen luister bijzetten aan de lunchtafel. Ja, dan ben ik liever alleen met Coen. De ambassadeur vertelde dat Fidel Castro en Daniel Ortega in Madrid door premier Philippe Gonzalez zijn ontvangen en hebben geluncht bij de koning. Dat is het betere werk. Tot mijn verbazing belde Sital op. Er was weer gedonder met het vliegtuig van Cubana en hij zou later vertrekken. Ik spoedde mij naar het Rivièra Hotel. Hij had het interview met hem in de Haagse Post nog niet gezien. Dat had Coen Stork hem wel | |
[pagina 86]
| |
eens mogen geven. Ik gaf hem twee kopies ervan en twee Bouterse-boekjes. Sital vertelde dat Bhagwandas hem al drie weken geleden had gebeld met de vraag waarom hij eigenlijk in Cuba bleef. Zo zie je wat een tijdschriftartikel teweeg kan brengen. Ik had het ook geschreven met de achterliggende gedachte om ze weer bij elkaar te brengen. Ook vertelde Sital dat Bouterse en Hoekman tweemaal samen hadden geluncht. De Surinaamse revolutie was zeer verzwakt in het bijzonder door de stakingen. Maar de publieke opinie was ook veel kritischer geworden. ‘Wat nu werd bereikt is een compromis ten koste van de revolutie,’ zei Sital. ‘We zullen voorzichtig terug moeten komen. De ramp is dat links in Suriname verdeeld is en blijkbaar verdeeld blijft.’ Sital gaat ervan uit dat het interview met hem in de hp Bouterse ertoe gebracht kan hebben de palu opzij te schuiven. Hij noemde het financieel economische beleid van Alibux en Caldeira ‘een ramp’. Hij wist ook te melden dat sergeant Doedel het hp-artikel rond had gezonden. Terwijl we zaten te praten arriveerde zijn Cubaanse vriendin Olive, een rond tonnetje, met allerlei spullen, dus heb ik me teruggetrokken. Hij zou eerst nog een paar dagen naar Georgetown gaan en met Cheddi Jagan spreken. Zondagavond zou hij in Suriname zijn. | |
17 februari 1984Coen heeft me gisteren ‘als een echte spion-diplomaat’ uitgehoord over mijn gesprek met Sital. Ook las hij de eerste tien pagina's van mijn interviews met Carlos Rafael en gaf als commentaar, ‘heel knap, heel knap.’ Gisteravond zijn we naar Hans Glaubitz, de tweede man op de ambassade, gegaan. Daar logeerde diens broer Hein, een nicht als een paard. Hij heeft als vriendje, de zoon van de Cubaanse ambassadeur in Guinea, een black guy. Een levendige discussie ontwikkelde zich over minderheden op Cuba. Toen ik refereerde aan, wat ik noemde, het binnenhalen in Nederland van Turks en Marokkaans tuig dat in Nederland niet thuis hoorde, was Coen Stork verontwaardigd en zei dit een racistische en rechtse uitspraak te vinden. Ik antwoordde dat tuig, tuig was; dat hij zelf over Hollands tuig had gesproken en dat die kwalificatie nauwelijks iets te maken had met huidskleur of origine. The New York Times meldde dat er nu weer zorgen zijn om de gezondheid van Tsjernenko. David Owen, een arts, heeft gezegd, dat de nieuwe Sovjetleider longemfyseem heeft.Ga naar voetnoot117 | |
[pagina 87]
| |
Joris Voorhoeve (vvd), de brave loopjongen van de Amerikanen, heeft in het parlement andermaal onderstreept dat samenwerking met Bouterse uitgesloten moet worden geacht. Er moet een rechtstaat komen - hij zal wel bedoelen zoiets als bij ons... - en er moet onderzoek komen naar de moorden van 1982. Eegje Schoo voegde eraan toe dat niemand bezorgd hoefde te zijn, want de ontwikkelingshulp aan Suriname zal niet worden hervat. Voor Den Haag blijft Bouterse ‘het knelpunt’.Ga naar voetnoot118 De rvd maakte bekend dat, in overleg met de behandelende arts professor Nijdam, prins Claus zijn werkzaamheden gaat uitbreiden. Klinkenberg heeft dus ongelijk. Wandelde van de residentie van de ambassadeur door villawijken naar hotel Habana Libre. Soms denk je dat er in deze stad zojuist een oorlog heeft plaats gehad. Puin en shit everywhere. De huizen in slechte en niet onderhouden. Lange rijen mensen voor een kraam waar ijs wordt verkocht. In plaats van meer dan één loketje te openen, wordt de kraam door één persoon bediend. Het doet denken aan de Sovjet Unie. Ik wil best voor Cuba opkomen maar the fucking system stinks. Er werd ruimschoots getippeld in het park in de buurt van het Hilton. Mijn oog viel op een jongen, witte broek, rood-wit shirt, en duidelijk verlegen. Onze ogen kruisten elkaar. Hij was nieuwsgierig, maar bang. Ik liep een tijdje achter hem aan, toen hij een vriendje tegenkwam dat veel brutaler was, maar ook minder aantrekkelijk. Ze gingen telefoneren bij een telefooncel, en we raakten toen in gesprek. Ze waren beiden pas zestien jaar. Kid no. 1 - die ik in mijn vingers wilde hebben - heette Aneto, de ander Lazer. Ze wilden mijn walkman kopen. We liepen samen op, maar als er een politieman naderde leken ze angstig te zijn. Ik vond dit aanvankelijk belachelijk. Maar later, ergens anders gekomen, liep een andere agent op hen af en vroeg om hun identiteitsbewijzen. De jongens liepen daarop verder en de cop vroeg me met hem mee te wandelen. Hij waarschuwde me dat dit soort jongens dikwijls misdadigers waren en dat ik voorzichtig moest zijn, en niet met hen moest aanpappen. Even hiervoor hadden de jongens me gewaarschuwd dat als ik werd aangesproken door andere jongens of ik dollars tegen peso's wilde wisselen, ik dan voorzichtig moest zijn, want de politie gebruikt dergelijke jongeren om buitenlanders erbij te lappen. Coen organiseert iedere zaterdagmiddag een soort open dag | |
[pagina 88]
| |
om met vogels van de meest verschillende pluimage van gedachten te wisselen op Nederlands grondgebied in Cuba. An incredible assortment van klaplopers arriveerde. Er werd een grote hoeveelheid aan hapjes en drankjes geserveerd en iedereen scheen een fantastische tijd te hebben. Ik hield me strikt afzijdig, want ik heb een verschrikkelijke hekel aan dergelijke lalen-bral festijnen. Ik werkte in plaats daarvan aan Diplomacy, hoofdstuk 3 van mijn nieuwe boek in wording. Coen las er later in en zei: ‘Je moet toneelschrijver worden, zoals jij de dingen in scène zet.’ | |
19 februari 1984De kleine poes was spoorloos vanmorgen. Moeder kat had drie jongen. Twee werden door chauffeur Victor enkele kilometers van de residentie vandaan uit de auto gezet nabij een nieuw huizenproject. De derde kleine, bruin- en witgevlekt zoals moeder kat, was alleen maar gebleven, omdat het moeilijk was geweest haar te pakken te krijgen. Afschuwelijk. Gisteravond kwam ik om 19:30 uur terug en ontdekte dat gastheer Coen er op de fiets vandoor was, maar dat een Canadees en de andere gasten fris en vrolijk op het terras zaten en de koelkast en drankvoorraad plunderden. Ik zag af van dergelijk gezelschap en ben weer de stad ingegaan. Het wemelde er van de nichten. De standaardtruck is om een vuurtje te vragen, en soms hoe laat het is. Ik had echter geen zin om wie dan ook te ontmoeten. Coen kwam 's avonds laat van een filmvoorstelling terug, en snuffelde in de keuken rond naar wat te schaften. Hij vond een stuk kip dat hij wilde grillen. Hij bood me het op zo'n manier aan dat ik zei heel tevreden te zijn met wat yoghurt. Ik zag hem zitten smikkelen, daarna serveerde hij zichzelf als toetje een ijsje, waar ik niets van kreeg. Ik maakte nadien koffie voor hem. Later vroeg hij of hij de rest van het gereedgekomen manuscript met Carlos Rafael mocht lezen, waar hij met grote ernst aan bezig ging. Coen vertelde dat hij eens in Buenos Aires een conflict had gehad met ook een van Voorst tot Voorst,Ga naar voetnoot119 waardoor zijn carrière geschaad was geweest. Hij knokte echter terug en werd met terugwerkende kracht schadeloos gesteld door het ministerie. | |
[pagina 89]
| |
20 februari 1984Kan vandaag mijn ei niet kwijt. Om 14:00 uur zal ik Carlos Salsamendi ontmoeten. Signora America, de huishoudster van de ambassade, vertelde dat zaterdag, tijdens de wekelijkse jamboree een pot met zeep van het toilet van de ambassade was gestolen. Zeep schijnt schaars te zijn in Cuba. ‘Oh, dat ben ik gewend,’ reageerde de ambassadeur. ‘Mijn moeder gaf me eens een kam-en borstel-set voor in de gang, die ook prompt werd gejat. De vrouw van de Zweedse ambassadeur heeft toen met eigen ogen gezien dat de Cubaanse chef-protocol iets van de ambassade in zijn zak stopte. Hij is al 22 jaar op die post en staat erom bekend dingen mee te pikken.’ Coen voegde er overigens aan toe dat als zijn vriendin, de Cubaanse Marianne - ook een vriendin van mijn vriend Jorge Hernandez, nu niet plat gaat, hij haar voorlopig niet meer op zijn ontvangsten uitnodigt. Rogier Proper schrijft in Vrij Nederland dat het verschijnen van Jan Cremers De Hunnen het best bewaarde geheim van Nederland is geweest. Slechts zes mensen wisten er vanaf. Ik dus ook.Ga naar voetnoot120 Mark Malloch Brown van The Economist kwam lunchen op de ambassade. Het was zijn eerste bezoek aan Cuba sinds de jaren dertig. Hij hoopte als hoogste trofee van zijn trip de onderminister van Buitenlandse Zaken te spreken te krijgen. Carlos Salsamendi stuurde een vrouwelijke assistente met een auto om me naar de Presidencia te brengen. | |
21 februari 1984Voel me gebroken. Gisteravond arriveerden Hans Glaubitz en zijn broer Hein. Ik zat met Hein ergens apart. We spraken over liefdesaffaires. Hij had nu een relatie, die al achttien maanden duurde. Ik vertelde daarop achttien maanden een intense relatie gehad te hebben met een steward van Transavia. Alsof hij het voelde, want hij werkt zelf freelance voor die luchtvaartmaatschappij, begreep hij dat het om Eduard Voorbach ging, met wie hij twee jaar gevlogen had. Hein had zich er altijd over verbaasd hoe Ed er altijd in slaagde van alles bij de leiding gedaan te krijgen, iets wat hem nooit lukte. In december had er inderdaad een briefje op het mededelingenbord gehangen dat Eduard voor onbepaalde tijd naar de vs was vertrokken. Later in bed was ik overstuur van dit gesprek. Ik nam muziek van Van Cliburn op de walkman vandaag mee | |
[pagina 90]
| |
naar het terras, maar was voortdurend in tranen. De hele geschiedenis met Eduard beheerst door dit gesprek van gisteravond weer volledig mijn denken. Vandaag kwam de president van de Academie van Wetenschappen in Santiago de Cuba lunchen op de ambassade. Net als bij de lunch van gisteren lagen er geen servetten op tafel. Deze wetenschapper had nog nooit van minister Luis Alberto Machado van Venezuela gehoord en zijn experiment om de intelligentie van de bevolking op te krikken. Hij was geïnteresseerd, maar Coen deed het af als ‘gevaarlijk’ zonder te weten wat dit experiment in Venezuela in houdt. Terwijl zijn gast en ik nog aan tafel zaten en in gesprek waren verwikkeld, verliet Coen de dis, strekte zich uit op een divan en begon de Time te lezen. Ik dacht dat kan gewoon helemaal niet. Coen is a nice guy, but he sits down at breakfast, gedekt voor één persoon, laat zich de juice goed smaken, eet stapels eieren en alles wat erbij hoort, en ik moet maar avonturieren hoe ik zelf mijn ontbijtkost bij elkaar scharrel. Ik heb andere opvattingen over logeren. In tien dagen is mijn bed nog niet verschoond, noch mijn kamer schoongemaakt. Hij vertelde dat hij Ellen en de kinderen in Londen had achtergelaten, want als hij ze nu in Havana zou hebben hem dit teveel tijd zou hebben gekost en te veel in beslag zou hebben genomen. Hij zou dan zijn werk niet naar behoren kunnen doen. Coen mist op het gebied van achting voor gasten enkele basisregels. Hij staat voortdurend bakken met ijs te eten, en zal er niet over denken om te vragen of een ander een hapje ijs mee zou willen eten. Coen heeft een probleem met een speciaal oas-rapportGa naar voetnoot121 over de mensenrechten op Cuba en zegt niet in een positie te zijn dit aan de hand van de werkelijkheid te toetsen. Buitenlandse Zaken oefent druk op hem uit de gegevens uit het rapport na te trekken, maar hij realiseert zich dat hij zelfs met Carlos Salsamendi beter dit onderwerp kan laten rusten. ‘Ik heb al tweemaal een bericht uit Den Haag gekregen dat als ik hier niets aan zou doen, ik mijn geloofwaardigheid zou verliezen als ambassadeur in Cuba.’ Wat later spraken Coen, een gast uit Chili en ik over kunst. Ik zei dat ik sommige moderne schilderijen voorzien wilde hebben van de instructie this side up, omdat het voor mij totale crap is. Coen: ‘Ik herinner me zulke gesprekken met mijn vader te hebben gehad, maar had niet gedacht, die met jou te zullen hebben.’ | |
[pagina 91]
| |
‘Verwarde crap is van alle tijden en alle generaties,’ antwoordde ik. Heb anderhalf uur doorgebracht met Maria Helena Cespedes Alvarez, de vriendin van Badrissein Sital, die onverwachts aan de deur van de ambassade verscheen. Hij had haar verteld te zullen scheiden van zijn vrouw Agnes. Zij had hem geloofd. Wel had Sital haar verteld dat Desi ook andere vrouwen had en dat zijn vrouw Ingrid Figueira dit accepteerde. Maar Maria zou dat nooit slikken: ‘He has to sleep each night with me.’ Zij voegde er aan toe: ‘I will kill him; strangle him, if he sleeps with someone else.’ Ook de Cubaanse autoriteiten waren tegen haar verhouding met de Surinaamse militair. Maria vroeg of er veel zwarte mensen woonden in Suriname. Ik bevestigde dat, wat zij kennelijk slecht nieuws vond. Haar ogen waren voortdurend gevuld met tranen. Zij is 34 jaar, Sital 37. Zij droeg ook zijn horloge. De Cubaanse autoriteiten geven haar zelfs geen toestemming naar Paramaribo te reizen zolang Sital niet is gescheiden. Zij ontmoedigen haar die romance door te zetten, net als ik trouwens, maar gezien haar gemoedstoestand was ik uitermate voorzichtig. Zij was zeer in de war. ‘I have great difficulty trusting anyone,’ zei ze. ‘I don't even know why I love him so much.’ Ook haar vader was zeer ongelukkig over de affaire met Sital. Oscar Ramirez, die ik de vorige reis had ontmoet, kwam naar de ambassade en bracht drie sombrero strohoedjes mee als souvenir. Hij vond het maar een griezelige onderneming naar een ambassade te gaan en stond doodsangsten uit voor de politie. ‘Be my friend,’ vroeg hij meer dan eens. Door zijn slechte Engels werd het een vermoeiende ontmoeting. Moskou bouwt een gigantische ambassade in Havana die herinneringen oproept aan de donkerste dagen van het West-Europese imperialisme in Azië en Afrika. Ik moet er foto's van maken.Ga naar voetnoot122 Ellen Stork belde op vanuit London, want zij wilde de stem van Coen horen. De ambassadeur was echter uit met ene Ans de Vlaming, met wie hij op het Bussumse Lyceum had gezeten. Ik blijf Ellen aardig vinden. | |
[pagina 92]
| |
maakt waartussen nog aanvullende vragen zijn ingelast. Het is op deze manier wel een vervelende manier van werken. Intussen heeft Carlos Salsamendi mijn vliegbiljet in orde laten maken en kan nu vliegen via Miami, naar Paramaribo dan naar New York, zoals ik het wilde. Nu kan ik Ron Wunderink van de klm het ticket dat ik van hem kreeg ter waarde van 1.500 gulden (omdat ik tenslotte bezig ben met de klm-lobby bij Bouterse) teruggeven. Vanavond kwam ik een nogal aantrekkelijke en gespierde Cubaanse boy tegen, die recht op zijn doel af ging en wiens handen nogal los zaten. Ik zei niet in een hotel, maar op een ambassade te logeren, wat hem geen probleem toescheen. Ook omdat Coen naar een receptie was, dacht ik, wie niet waagt die niet wint, en we vertrokken richting ambassade. We gingen rechtstreeks naar mijn kamer, en hij trok me in één minuut piemelnaakt in bed. Hij begon te masturberen al spelende met mijn fluit. Ik vond het helemaal niets, en dacht maar aan één ding hem zo snel mogelijk weer de straat op te krijgen. Hij vroeg echter om geld, en hij wilde zelfs mijn kamer niet uit. Dit was een kritiek moment. Ik blufte de bewaking van de ambassade te zullen waarschuwen, en hij vertrok. Ik heb een nodeloos risico gelopen. Niet om te herhalen. Toen Coen thuis kwam vroeg hij: ‘Is er nog wat gebeurd?’ Ik dacht wat niet weet wat niet deert. | |
23 februari 1984Victor bracht me na de lunch naar de Presidencia voor een gesprek van een half uur met Carlos Salsamendi. Ik overhandigde hem een gedetailleerd memo over hoe ik meen dat we verder moeten gaan met het Carlos Rafael Rodriguez-manuscript.Ga naar voetnoot123 Hij had hoofdstuk 4 al gelezen en hij zei: ‘I like it very much.’ ‘Please remember, I am a goddamn capitalist journalist trying to understand Cuba,’ antwoordde ik. ‘I did not say damned capitalist journalist,’ aldus Salsamendi, ‘but I did say something to that effect to the boss.’ Ik vertelde hem veel van Sukarno te hebben geleerd. Hij reageerde onmiddellijk en zei zich te herinneren dat Bung Karno het eerste buitenlandse staatshoofd was geweest dat Havana had bezocht. ‘I was assigned to him at the time by the Government. I got to know him well.’ De Indonesische president had hem zelfs gevraagd samen te ontbijten op de dag dat hij Cuba weer verliet. ‘He was very outspoken and straight. Two years | |
[pagina 93]
| |
later I was chargé d'affaires in Tokyo, because at the time we had no ambassador in Japan. When Sukarno arrived for an official visit I was in the line of diplomats to welcome him. I was 23 years at the time. He recognized me and gave me a tick with his swagger stick on each shoulder and then embraced me.’ Intussen bracht een secretaresse koffie en sigaren binnen. Ik zei: ‘I almost stole a cigar for the ambassador.’ Hij riep haar terug en ik kreeg sigaren mee voor Coen. Later werd mijn vliegbiljet op de ambassade bezorgd met Salsamendi's kaartje met ‘Bien Viaje’ erop geschreven. Er zit alleen geen tussenstop in Londen op, want ik wil Peter zien op de terugweg. Wat betreft het verdere werk aan het manuscript zei hij: ‘Donot move, don't do anything, wait for our call.’ Hij liep mee naar de uitgang en ik gebruikte dit moment om het voornaamste probleem van Coen Stork aan te snijden, namelijk het oas-rapport over mensenrechten op Cuba waarover Buitenlandse Zaken de ambassadeur achter zijn broek zit. Salsamendi: ‘Well, I tell you confidentially too, we, Cubans, are not making inquiries anywhere about human rights, about crime, or about anything else. Therefore, we reserve the right to ask others to observe here the same rules. And that is our position, which I already pointed out to ambassador Stork, when I saw him.’ ‘But,’ antwoordde ik, ‘what does he report to the Foreign Office in The Hague?’ ‘Well, just that. That is our position and that if he goes beyond it, he risks seriously to damage Cuban-Dutch relations.’ Teruggekeerd op de ambassade vond ik Coen nog aan tafel met zijn jeugdvriendin Ans de Vlaming. Ik vertelde hem wat Salsamendi me zojuist had verteld. ‘Maar de Fransen is het wel gelukt via contacten er toch enigszins over te spreken hier...’ Ik zou niet graag in Coens schoenen staan. Opnieuw kwam Maria de vriendin van Sital langs. Geen tranen meer. Zij leek zelfs opgewekt. Het Centraal Comité van de Cubaanse Communistische Partij had Sital de suggestie meegegeven dat hij terug zou moeten komen als ambassadeur van Suriname. Hij had geantwoord: ‘In my country, I am a minister, and I want to help to unite my party.’ Later vertrok zij samen met Coen naar een receptie op de ambassade van Guyana. Coen zei dat hij Ellen had geschreven dat hij mij zou missen en dat het interessante dagen waren geweest mij als gast te hebben. | |
[pagina 94]
| |
zegd: ‘Ik vergat om Oltmans te waarschuwen dat hij voorzichtig moet zijn in de vs vanwege de Trading with the enemy Act.’ Coen had hem ook gezegd, niet geweten te hebben dat ik zijn dilemma met Buitenlandse Zaken over het oas-rapport bij hem zou aansnijden. Salsamendi antwoordde Coen dat het als ‘inmenging’ zou worden beschouwd en dat was alles wat hij er over kwijt wilde. | |
VliegveldEr zijn maar drie loketten voor honderden passagiers. Ik heb een scène gemaakt bij mijn begeleider Fernando Garcia dat hij niets deed mijn vertrek te vergemakkelijken. Waarop ik naar een soort van kleine VIP-room mocht gaan. | |
Havana-Mexico CityVreemd eigenlijk hoe we zonder blikken of blozen steeds weer in deze vliegende doodskisten stappen, zoals dit toestel van Sovjetmakelij. Lewis Yablonsky schrijft over tot machines verworden mensen als: ‘the growing dehumanization of people to the point where they have become the walking dead.’ Hij vervolgt: ‘I would coin the term “robopath” to describe people whose pathology entails robot-like behavior and existence.’ En verder: ‘A robopath is a human who has become socially dead. Robopaths are people who function in terms of a pseudo-image. They are automatons...’Ga naar voetnoot124 Coen Storks indrukwekkende bibliotheek roept vraagtekens bij me op. The music he makes does in no way reflect the input, and intake corresponding to the truly fantastic collection of books he has. Ik zag bijvoorbeeld twee boeken van Stendhal in de Pleiade-uitgave, die ik zo mee had willen nemen. Intussen blijft Coen a nice guy. Hij had bij het afscheidnemen vlug brieven aan twee zonen in Californië geschreven en sloot er voor ieder een biljet van 20 dollar bij in. In Miami doe ik ze op de post. In Mexico City verliep het overstappen op panam voor de vlucht naar Miami op rolletjes. Wanneer je alles bijelkaar optelt heeft Fidel Cuba toch wel in een rathole veranderd, ook al draagt de Amerikaanse blokkade daar voor een belangrijk deel aan bij. Coen vroeg me bij een volgend bezoek wat jaargangen van Openbaar Kunstbezit mee te brengen, waarvan hij planken vol verzamelt.Ga naar voetnoot125 | |
[pagina 95]
| |
Ik voeg pagina 33 bij, waarin de Cubaanse vicepresident zich mijns inziens te fel uitdrukte en wat hij ook wel accepteerde als ‘being counterproductive.’Ga naar voetnoot126 Ook neem ik enkele pagina's aantekeningen op aan de hand waarvan ik Carlos Rafael vragen stelde.Ga naar voetnoot127 Ik had een volledig dossier van dergelijk materiaal, waar Coen maar niet genoeg van kon krijgen om in te bladeren. | |
25 februari 1984MiamiArriveerde gisteravond om 21:00 uur in Club Bath in Coral Gables en nam een kamer om te overnachten. Kosten: twintig dollar plus vrije seks, wat wil je nog meer? Ik trok mijn cut-off jeans aan en ging zo liggen dat - met de deur op een kier - de eerste blik mijn bruine benen zou zijn. Er volgde dan ook een lange stoet van gentleman callers. Op een gegeven moment kwamen zelfs twee jonge boys mijn kamer binnen, sloten de deur, en het rotzooien en betasten (en overal handen te voelen) was opwindend. Even later kwam een Cubaan binnen, met lang gekruld haar en een zalig lijf, en vervolgens een Zwitser. Maar ik vond het te vroeg to let the juice flow already. Pas veel later kwam er een kerel binnen, donkere ogen, lange haren, lekkere bek en die begon een blow job waar gewoon geen einde aan kwam. Toch vroeg ik hem na een lange behandeling, of hij niet eerst een wandelingetje wilde gaan maken. Dat deed hij, maar kwam even later terug met poppers, begon te snuiven en werd nog wilder dan voorheen. Wat later ging hij weer weg, en pas toen hij voor de derde keer terugkwam, moet ik zeggen was de explosie die volgde gigantisch. Ik sloot de deur en sliep tot 07:30 uur. Opende de poort opnieuw en nadat ik vijf andere guys op bezoek had gehad kwam er een neger binnen met een extraordinary smooth skin, die me een volgende blow job gaf, waarna ik ging douchen om te vertrekken. Ik zag de black guy weggaan met een camouflage jacket aan: ik had zo weer gekund. Ik telefoneerde met Frits van Eeden in Melbourne, Florida. Ik zal hem op de terugweg gaan bezoeken. Kocht een lading tijdschriften. The Atlantic Magazine wijdde de pagina's 33 tot en met 60 aan het gelazer van Jeffrey Masson over Freud and the Seduction Theory. Ik heb het artikel uitgespeld en concludeerde slechts: wat zou Freud hierop hebben geantwoord? Om de een of andere irrationele reden vertrouw ik deze Masson niet. | |
[pagina 96]
| |
In Suriname is het vandaag feest. De vierde verjaardag van de Revolutie wordt gevierd. Desi Bouterse heeft in een toespraak gezegd: ‘Wij blijven bereid om met Nederland in dialoog te treden, op voorwaarde dat Nederland onze status als soevereine en onafhankelijke natie erkent en respecteert.’Ga naar voetnoot128 Suriname zal richting Nederland een zakelijk beleid voeren, gericht op herstel van de relaties met de Nederlandse regering en het parlement, ondanks alle tot nu toe ervaren provocaties van die zijde, was de boodschap van Bouterse. Wat willen ze in Den Haag nog meer? Wat aan het Binnenhof in belangrijke mate meespeelt, is dat de deftige heren het gewoon verdommen tegenover een voormalige sergeant uit het Nederlandse leger zich net zo op te stellen als tegenover een staatshoofd van een ander land. We zullen maar in het midden laten waar die hoge Haagse heren zelf eigenlijk vandaan komen. The New York Times bericht dat de bossen in de oostelijke staten van Amerika met een sneltrein vaart naar de knoppen gaan. Het zijn dezelfde symptomen, die twintig jaar geleden in Duitsland en Centraal-Europa werden geconstateerd. Ze hebben 7.000 bomen van 34 soorten in 88 bossen van Maine tot Arkansas en Missouri bestudeerd. De oorzaak: ‘air pollution from power plants, factories, motor vehicles and other human | |
[pagina 97]
| |
activities.’Ga naar voetnoot129 Het artikel staat op de voorpagina en veel mensen lezen het, en verder gebeurt er niets. George McGovern heeft in felle bewoordingen Ronald Reagan voor schut gezet en gebruikte het woord ‘fraudulent’ voor de regeringsverklaring over het waarom van de invasie van Grenada. Hij herinnerde aan de achttien op Grenada gesneuvelde mariniers, terwijl vele andere militairen werden gewond. Wat ik niet wist was dat de Amerikanen per vergissing eigen troepen hadden gebombardeerd, evenals een mental hospital. En toch, al roept McGovern moord en brand, de Reagan-kliek gaat gewoon zijn gang en niemand legt ze een strobreed in de weg. Zo werkt ‘democratie’. | |
Miami-ParamariboEr is een jongen aan boord, Charlie Wong, die wel aantrekkelijk is en zegt me te kennen uit Amsterdam.Ga naar voetnoot130 Ik zit naast een Amerikaan. Ik vroeg hem: ‘Bent u verbonden aan Suralco in Suriname?’ ‘I am Suralco,’ antwoordde hij. Zo zie je maar hoe voorzichtig je moet zijn. Hij heet George Stephens. We voerden een lang en diepgaand gesprek. Hij woont naast Desi Bouterse, ‘(...) but he never invited me.’ Niet zo slim. ‘Billiton en wij willen eigenlijk een joint-venture beginnen,’ aldus George Stephens. ‘We don't have to ask permission from the Surinam Government, but we laid our cards on the table and told them, so they would not feel multi-nationals were operating behind their backs.’ Hij noemde Fred Derby een man met twee petten op. ‘One as union-leader and the other as chairman of the Aluminium Council. I met with Bouterse and Minister Tjon Kie Sim last week in the palace. But they donot move and I don't seem able to find out why. You see, in Surinam it is a matter of a patient, that is heavily bleeding, and we want to put a bandage on. If it is not done fast, the patient will bleed to death.’ George F. Stephens | |
[pagina 98]
| |
Ik adviseerde hem een mogelijke oplossing te zoeken in contact met Harvey Naarendorp. Ik bood aan hem met Harvey samen te brengen tijdens een lunch, een aanbod waar hij graag op inging. Hij was positief over de nieuwe premier Wim Udenhout, die voor het eerst verscheen op een receptie van de Amerikaanse ambassadeur. Stephens had gezegd, binnenkort naar Pittsburgh te gaan: ‘Is there anything you want me to tell my boss?’ Udenhout had direct een afspraak voor een gesprek met de Suralcobaas in Suriname gemaakt. Hij vermeed te vertellen of uit dat gesprek resultaten waren gekomen. |
|