Memoires 1967-1968
(2002)–Willem Oltmans– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 230]
| |
Huis ter Heide24 januari 1968Mam was lief, vrolijk en praatte honderduit. Peter arriveerde om 16:10 uur in Utrecht. De trui die ik had meegebracht vond hij super. De acht platen: ‘Kan ik dat wel allemaal accepteren?’ De Centrale Keuringsraad voor de Dienstplicht had hem op 18 januari 1968 meegedeeld dat hij na een nieuw geneeskundig onderzoek ‘voorgoed ongeschikt’ was bevonden voor de militaire dienst. Ergens had hij zich rot gevoeld door die mededeling. Het belangrijkste is dat hem die onzin bespaard blijft. We praatten uren lang, diner in het Bakhuisje, koffie in Americain. We namen een kamer in Hotel Unique. De stemming kwam terug als in onze dagen in augustus. | |
27 januari 1968Nam vast kamer 17 in Hotel Unique. De gerant van het hotel merkte op dat Peter nu meer ‘zijn kleur’ werd. ‘Hij is niet meer zo piepjong. Hij wordt mooier en volwassener.’ Ontmoeting met Jim Carmichael, die hier op doorreis was. We spraken over onze wederzijdse ervaringen. ‘I am almost envious of you,’ zei Jim. Hij schreef zelfs op de Herald Tribune: ‘Think of Peter before you speed.’ | |
29 januari 1968We hadden een compleet weekeinde samen. Peter: ‘Ik wil gewoon intieme vrienden met je zijn en met je kunnen praten, zoals ik met niemand kan praten.’ Peter: ‘Ik zou best een kind willen krijgen, een scheppend gevoel hebben, een kind, dat “papa” zegt..., maar misschien zeg ik dat ook, omdat ik weet, dat ik geen kind zal krijgen.’ Peter: ‘Een intieme band groeit door liefde en leed.’ Peter: ‘Besef je hoe mensen op je inwerken, bijvoorbeeld in seks? Al die gevoelens en emoties beginnen geïntegreerd te raken en op een praktische manier.’ | |
[pagina 231]
| |
Peter: ‘Misschien, ik weet het niet, maar het zou kunnen, dat ik zo lichamelijk op je reageer, omdat ik onbewust (ik doe dit misschien als afweer) bang ben dat je dan weer verkeerde conclusies zou trekken. Ik ken je gevoelens maar al te goed.’ Peter: ‘Jij en ik raken toch nooit uitgetippeld. Misschien houd ik volgend jaar van een straatveger, wie zal het zeggen?’ Peter: ‘Er zijn mannen, die ik mooi vind, of aardig, misschien zelfs aantrekkelijk, maar, dit wil niet zeggen dat ik van zo'n man houd. Iemand kan lelijk zijn en ik zou toch van hem kunnen houden. Je kunt nooit precies zeggen wat liefhebben is.’ Peter: (ik had geen trek) ‘Eet die biefstuk dan voor mij.’ Ik vroeg hem of hij zich in mijn toestand kon verplaatsen. ‘O, ja, zeker, ik zou radeloos zijn.’ Dit onmiddellijke antwoord overrompelde me compleet. Ging met mam een pannenkoek eten in Zeist. Ik vroeg haar en passant hoe je aan iemand moet uitleggen, dat je nooit een scène en plein publique moet maken.Ga naar voetnoot133 Haar reactie was: ‘Die uitleg moet in jouw gezelschap niet nodig zijn.’ Mam vond dat een conflict tussen geliefden eigenlijk even intiem en privé behoorde te worden beleefd als een lieve, harmonische ervaring. ‘Een dergelijke ervaring is nooit geschikt voor de onwaardige ogen van Jan, Piet of Klaas.’ Haar keuze van het woord ‘onwaardig’ zei me veel. ‘Een explicatie moet gewoon niet nodig zijn,’ liet zij er op volgen. Woonde een stafvergadering bij in Hilversum met de nts-bazen. Harry Hagendorn kwam steeds weer terug op de vraag of ik naar Paramaribo zou willen reizen om premier Pengel te interviewen. We hebben vooral besproken, hoe de televisie de Amerikaanse presidentsverkiezing zou gaan volgen. Gerard Croiset vroeg of ik nog even wilde komen. Mevrouw Croiset is nu stervende. Hij vertelde, dat men hem uit Jeruzalem had opgebeld om hem te vragen waar een verdwenen Israëlische duikboot in de Middellandse Zee ligt. | |
30 januari 1968Haalde Peter in alle vroegte in het bos in Oostelbeers af. ‘Wim, ben jij dat?’ vroeg hij in de duisternis. Ik vond het rot dat hij toch nog schrok. We ontbeten in Tilburg voor hij naar school ging. Hij vroeg of ik Grundbegriffe der pädagogischen Fachsprache van Joseph Dolch voor hem wilde bestellen. | |
[pagina 232]
| |
31 januari 1968Wanneer zullen de Amerikanen nu eindelijk begrijpen dat ze weg moeten uit Vietnam? De Vietcong valt nu rechtstreeks Saigon zelf aan. En tezelfdertijd nota bene zagen ze kans om de steden Kontum, Qui Nhon, Pleiku, Tuy Hoa, Ban Thuot en Nha Trang te bestoken. Clark Clifford (61) is nu definitief Robert McNamara opgevolgd als minister van Defensie. Van de regen in de drup. Ze mogen geen enkel Amerikaanse leven meer aan die waanzin opofferen. Mijn Indonesische vriend Djie Ping Tiong schrijft vanuit het Goethe Instituut in Murnau, West-Duitsland. Hoop hem spoedig te ontmoeten. Haalde Peter in Tilburg af. We waren laat op het dok. Peter werd aangesproken door de schrijver Stephen Membrecht, die tegen mij zei: ‘Je moet niet denken dat je Peter aan de ketting hebt.’ Na enig gesmoes met Peter besloten ze, dat ze samen alleen wilden zijn en ‘praten’. Peter zei dat hij voelde dit te moeten doen. Hij bleef een half uur weg, en kwam terug en zei zeer onder de indruk te zijn van wat hij had gehoord. We waren pas om 04:00 uur op de kamer in Unique. Hij begon oefeningen te doen en vond het te laat om nog te gaan slapen. We lagen naast elkaar op bed. Hij luchtte zijn hart over tal van zaken. De directeur van de kweekschool had hem gedreigd, nadat iemand over Peters homoseksuele contacten had geklikt. Hij vertelde over de jongens en meisjes in de zwemkliek. Ik begon hem anders te zien. Gerard Croiset zei trouwens dat ik door de ervaring met Peter word wedergeboren en dat ik er blij en dankbaar voor moet zijn; over zes maanden beleef ik alles anders. Het is al begonnen. | |
1 februari 1968Croiset: ‘Je waarde als mens zal door alles wat je nu meemaakt alleen nog verder stijgen. Wanneer je er doorheen bent wordt het erg goed.’ Wijzend op een foto van zijn aankomst in de vs in 1965 zei hij: ‘Vanaf dat moment is er zowel in jouw leven als in mijn leven veel veranderd. Wij hebben belangrijke invloed op elkaar gehad.’ Ik antwoordde mij niet bewust te zijn geweest dat ik wat voor hem gedaan zou kunnen hebben. In Jakarta zou een complot zijn ontdekt, om generaal Suharto en zijn bende op te ruimen. Geloof er niets van. Dit soort generaals kondigt zoiets aan om nog meer mensen zonder enige controle te kunnen afslachten. Generaal Suharto schijnt in april een staatsbezoek van drie dagen aan ons land te zullen brengen. | |
[pagina 233]
| |
Dat is altijd Bungkarno's liefste wens geweest, en nu komt de man, die Sukarno heeft verraden en honderdduizenden mensen heeft laten vermoorden. Welke gekken hebben dit in Den Haag bedacht? Peter: ‘Heb weinig aan Philip gedacht deze dagen. Hij wil vrijdags mee naar de sportschool in Amsterdam, maar dan voel ik me niet meer vrij.’ Peter: ‘Een getrouwde vrouw kan toch ook een fijne vriendschap in haar huwelijk hebben met een andere man? Peter: ‘Het gaat er op lijken, dat ik nu degene ben die steeds maar doorpraat.’ Peter: ‘Ik voelde me vandaag zo uitgelaten. Ik ken mezelf zo niet. Heb me eigenlijk nog nooit zo gevoeld. Ik praatte tegen iedereen maar door.’ ‘Ook tegen je moeder?’ ‘Ja.’ Peter: ‘We moeten eigenlijk jubelen met wat we hebben. Zei Croiset dat het over zes maanden goed wordt? Veel zal afhangen hoe evenwichtig we zullen zijn, ook in Amerika.’ Peter: ‘Ik ben soms bang van mezelf, want ik wil, sinds ik jou ken, dingen kapot gooien.’ Peter: ‘Ik zou morgen verliefd kunnen worden, in die zin zit ik niet echt aan Philip vast. Ik weet allang, dat ik me niet meer echt helemaal aan hem geef.’ Peter: ‘Juist omdat jij die gevoelens voor mij had is onze relatie uniek geworden en in ons leven niet meer weg te denken.’ | |
[pagina 234]
| |
de sneeuw en het slechte weer. Ik heb Keedick Lecture Bureau getelegrafeerd. Ze seinen terug dat ik donderdag met twa naar Los Angeles kan doorvliegen. Ben zeer geëmotioneerd en kan Chopin niet verdragen. | |
6 februari 1968Frits van Eeden wilde raad hebben. Hij kan een studiebeurs voor een kunstacademie in Indonesië krijgen. Er zijn enkele mensen uit Jakarta hier. Hij wil dat ik meega om ze te ontmoeten. Zijn moeder en grootvader komen uit Indië. Dat trekt, ik weet het, voor altijd. Ontmoette Peter in de Postelse Hoeve, het motel waar ik bleef slapen, niet ver van zijn huis in Tilburg. | |
7 februari 1968Ga ik vandaag terug naar New York, maar wanneer dan? Wat me zeer pijnlijk heeft getroffen is dat hij blijkbaar toch een afspraak heeft gemaakt met Stephen Membrecht. Hij heeft beloofd te zullen opbellen en doet het ook zeker. ‘Vind je dat rot?’ vroeg hij doodgewoon. Mam is vanmorgen voor het eerst diep ingegaan op mijn relatie met Peter. ‘Ik ken noch van Peter, noch van jou de details of nuances van jullie relatie, maar wat ik wel weet is, dat ik jou zo niet ken en nog nooit eerder zo heb gezien. Ik leef erg met je mee, want ik geloof dat ik begrijp wat je doormaakt. Ik ben zelf zo'n eenling, zo'n mens voor één, dat ik het geloof ik niet zou kunnen verdragen om zo veel van iemand te houden die eigenlijk van anderen is.’ ‘Ik geloof in Peter als in mezelf. Daarom handel ik zo. Daarom is mijn love voor hem ook zo compleet.’ Mam antwoordde dat het haar nu niet meer verbaasde wat ik de laatste maanden had gedaan. Zij begreep het nu volkomen. ‘Ik ken Peter niet,’ zei ze, ‘want wat heb ik nu van hem gezien? Het gaat mij dus op de eerste plaats om jou. En ik vind het naar wanneer je zo diep ongelukkig bent, want nogmaals, ik heb je zó nooit gekend.’ Ze onderstreepte het belang van wederzijds respect in vriendschap. ‘Peter moet toch de kracht van jouw affectie voor hem voelen? Als je die affectie niet wederzijds respecteert, dan heb je niets. Alleen genegenheid aanvaarden en niets teruggeven leidt tot een Aussichtslos dood spoor.’ Ik verwonderde mij grenzeloos over ons gesprek. Ik ken mam. Zij moet er dagenlang over hebben nagedacht. Ik wist totaal niet dat zij zo diep met me meeleefde, want ik dacht steeds dat | |
[pagina 235]
| |
zij mijn liefde voor Peter zonder meer als abnormaal afwees. Vandaar dat ik er nooit echt bij haar op ben ingegaan. Mam zei ook nog: ‘Je weet hoe ik er tegenover sta, ik geloof alleen in natuurlijke dingen. Maar ik merk toch aan jou dat je echt van Peter houdt en dat is voor jou blijkbaar natuurlijk.’ Daar hield het gesprek zo ongeveer mee op. Ze zei ook nog dat ze er absoluut niet met broer Theo over sprak, die gisteravond onverwachts uit Zürich was binnen komen waaien: ‘Want die zou daar allemaal niets van begrijpen, maar ik weet nu echt hoe jij voelt.’ Nog nooit, niet in 42 jaar, heb ik ooit zo'n gesprek met mijn moeder gehad. Ik zal haar er over schrijven. Lees veel. Rousseau: ‘Wat moeten kinderen dan wel leren? Datgene wat zij moeten doen als mens? (...) Een sterke ziel weet schijn van wezen te onderscheiden, schakelt alle illusies uit, houdt vast aan het gestelde doel en weet alle moeilijkheden te overwinnen (...) Kinderen behoren kinderen te zijn voor zij mensen worden, anders worden het vroegrijpe vruchten.’Ga naar voetnoot134 Kwam in Americain Henk Hofland tegen: ‘Wat zie jij er miezerig uit! Van verdriet?’ ‘Henk, ik voel me zalig,’ antwoordde ik. Waar is de tijd gebleven dat ik Henk zonder meer deel gemaakt zou hebben van mijn belevenissen? Peter kwam naar de stad. Ik belde mam, en zei dat alles okay was. ‘Ik ben blij voor je,’ zij ze. Ik heb haar gezegd hoe dankbaar ik was voor ons gesprek en hoe lief zij had gesproken en dat ik nu over deze ervaringen echt met haar kon spreken. Voel me eigenlijk gelukkig dit alles te mogen beleven. Daarna ging Peter uit. Ik reed naar Riche in Zandvoort en las Dostojevski uit.Ga naar voetnoot135 Om 01:30 uur was ik terug in onze kamer in Hotel Unique. Ik vroeg me af waar en met wie hij zou kunnen zijn en hoe hij zich zou gedragen, indien hij eenmaal terugkwam. De hele nacht werd ik wakker wanneer ik stappen in het hotel hoorde. Peter kwam niet. Zeer pijnlijk. Carel Enkelaar zette per brief onze overeenkomst nader uiteen.Ga naar voetnoot136 |
|