Memoires 1959-1961
(1988)–Willem Oltmans– Auteursrechtelijk beschermd
[pagina 304]
| |||||||
Cuba24 november 1960Thanksgivings Day Vloog met een Constellation Super G van Cubana Airlines van Idlewild naar Havana. Ook minister Raoul Roa was aan boord en kwam me groeten. Lees ‘Listen Yankee, The revolution in Cuba’ van prof. C. Wright Mills.Ga naar voetnoot436. Hij bracht drie en een halve dag van 18 uren met Fidel Castro door. ‘One thing is clear,’ schreef hij, ‘we are not getting in the United States sound information about it. Perhaps the truth is: the mass media are often less coordinated by advertising pressures, official handouts, and of-the-record talks than by the ignorance and confusion in the minds of those who are running them. In brief: it is probable that some newspapers are often coordinated: it is certain that many newsmen - like all men - are often self-deceiving.’ | |||||||
26 november 1960Havana, ‘Havana Libre Hotel’ (voormalige Hilton) De zon is warm. Bezoek aan het instituut voor vriendschap van alle mensen. De villa had vroeger een suikermagnaat toebehoord, die 21 bedienden had gehad. Mijn contactman is een jonge militiaman, Raoul. Dr. Anton Constandse en diens vrouw had hij enkele weken geleden begeleid naar Santiago de Cuba. Hij noemde Constandse een reactionair. Bracht een bezoek van twee en een half uur aan de Nederlandse zaakgelastigde, dr. Kasper Reinink, die een uitstekende indruk op me maakte. Hij ergerde zich groen en geel aan de ‘neutrale leiders’, Sukarno en de zijnen, mijn vrienden dus, ‘die zo naïef zijn om te denken, dat ze in staat zijn Khrushchev in de hand te houden, en die altijd het westerse kolonialisme veroordelen zonder ooit werkelijk het Sovjet imperialisme aan te vallen,’ aldus Reinink.Ga naar voetnoot437. Hij ontvouwde de volgende gedachten: | |||||||
[pagina 305]
| |||||||
In de avond bezocht ik Ruby Hart Philips, de correspondent van ‘The New York Times’. Zij was overtuigd, dat Cuba een satelliet van het Sovjet blok was geworden. Ze verwachtte te zullen worden gearresteerd, omdat zij als anticommuniste bekend stond. Zij had gehoord, dat dr. Raoul Roa in New York naar de Amerikanen zou overlopen, ‘maar wij zullen die man in de zee moeten werpen, want hij is een grote schoft en communist’. Nu steunden nog slechts 20 procent van de Cubanen Castro. De gevangenissen waren boordevol en Castro was de slechtste dictator, die het land ooit had voortgebracht. Zij had | |||||||
[pagina 306]
| |||||||
eveneens een memorandum gezonden aan senator Wayne Morse en had ook contact gehad met Chester Bowles, die in de komende regering-Kennedy een belangrijke rol zal gaan spelen. | |||||||
27 november 1960Instituto Cubano de Amistad con los Pueblos Sprak veel mensen, vooral jongeren. Een jonge militair zei, dat Fidel direct nà de revolutie één van zijn medewerkers naar Washington had gezonden om te onderzoeken hoe de regering-Eisenhower op de omwenteling reageerde. ‘De president ontving de afgezant niet en Nixon zag hem slechts kort. Ze hadden gehoopt, dat Fidel zou worden uitgenodigd. Hij heeft toen op eigen initiatief een reis naar de V.S. gemaakt en een tweede poging ondernomen voor een modus vivendi. Maar de regering-Eisenhower ging er van uit, dat Fidel Castro niet lang aan de macht zou blijven. Nu is er geen andere uitweg dan hulp van de Sovjet-Unie te aanvaarden, maar dat was aanvankelijk niet de bedoeling,’ aldus deze soldaat. Om 21:55 arriveerde eindelijk Fidel Castro in hoogst eigen persoon. Men reageerde volkomen spontaan. Het enthousiasme was enorm. Ik moest voortdurend aan Sukarno denken. Wat me opviel was het markante verschil tussen de Indonesiërs van toen en de Latinos hier. Wat me bijvoorbeeld constant verbaasde was de mengelmoes van rassen in de zaal, maar ook in Havana in het algemeen. Een kapitein met een baard voerde eerst het woord. Fidel was rusteloos. Ik observeerde hem nauwkeurig. Hij had een telegram in zijn hand en liet een vrouw komen. Soms zat hij te wippen, leunde voor- en achterover en leek last te hebben van de tv-lampen. Ik vond hem eigenlijk oprecht verlegen reageren op het fenomenale enthousiasme van de aanwezigen, het merendeel studenten. Om 22:30 hoorden we een ontploffing en terwijl ik dit opschreef, volgde een tweede klap. Het orkest speelde het lied van de 26 juli-beweging. Daarop braken spreekkoren los. Minutenlang juichten de aanwezigen. Een dergelijk wild enthousiasme had ik nooit eerder ergens gezien. Fidel onderhield zich met president Osvaldo Dorticos. Het is 23:15. Fidel Castro begint te spreken. Zijn techniek is perfect, onvergelijkelijk met de vorige redenaars. Om 23:45 werd Cola alléén voor journalisten geserveerd. Achter me zat een jongen, die ik mijn glas gaf. Ik had geen zin zelf te zitten drinken en dat joch achter me had niets. Ik lette vooral op de ogen van de mensen: opnieuw herinneringen aan Indonesië: | |||||||
[pagina 307]
| |||||||
eerlijke mensen. Sommige kinderen sliepen al. Fidel sprak verder. Om 00:50 een nieuwe bomontploffing. Fidel maande de mensen er geen aandacht aan te besteden. ‘Dat zijn de contrarevolutionairen die tegen de mensen zijn en tegen de coöperatieve bedrijven,’ zei hij. Hij werkte naar een apotheose en kreeg tenslotte een donderend applaus.Ga naar voetnoot438. | |||||||
28 november 1960Heerlijk met open balkondeuren geslapen om de zeelucht op te vangen. Geen wonder, dat dit eiland een geliefd verpozingsoord voor Yankee-touristen uit het noorden was met een industrie van casino's en hoerententen. De radio galmt dag in dag uit de slogans van de revolutie. Ik ben er nog niet zo zeker van, dat Fidels plannen niet op één of andere manier toch zullen slagen. Het lijkt wel of de golf van sociale omwentelingen, die nu in Afrika plaats heeft, overslaat naar Latijns Amerika. Nu zijn het Russen, in ouderwetse zwembroeken, met bleke basten, die in de zon van de Hilton liggen te bakken. Tad Szulc schreef: ‘At this crucial juncture of Latin American history, Cuban “Fidelismo” and Latin-American Communism have joined forces in working for the failure of orderly progress in the hemisphere...’Ga naar voetnoot439. In de avond gaf een Algerijnse delegatie een receptie, waarvoor ik was uitgenodigd en waar de leiders van de revolutie, Fidel, zijn broer Raul, Che Guevarra, en alle anderen bij aanwezig waren. Ik stuitte op een Cubaan met een puntbaardje, dr. Carlos Rafael Rodriguez, de communist die naar Fidel in de Sierra Maestra was gegaan en de steun van zijn toenmalige kleine, achtervolgde partij, toezegde. Vrijwel onmiddellijk had ik een uitstekend contact met hem.Ga naar voetnoot440. Hij scheen optimistisch gestemd jegens de aanstaande president John F. Kennedy en verwachtte, dat deze een politieke lijn in Latijns Amerika zou volgen geïnspireerd op de denkbeelden van diplomaat Chester Bowles. ‘I, as a communist, have no objection to negotiation with the Kennedy administration,’ zei hij. Carlos Rafael RodriguezGa naar voetnoot441.: ‘The New York Times’ published an editorial, in which the paper referred to ‘an interview’ with meGa naar voetnoot442. by Max Frankel. They called it ‘extraordinary’. I have | |||||||
[pagina 308]
| |||||||
had bad experiences with journalists. Frankel wrote three articles, all three lies. One day after he arrived in Havana he wrote that we were councilling Fidel moderation. Then, he went to interview president Dorticos, who is now in the same position as I am. Dorticos now simply ignores Frankel, but after all he is president of the Republic. I will write an editorial in ‘Hoy’ about it.Ga naar voetnoot443. Frankel was introduced to me by letter through Herbert Matthews.Ga naar voetnoot444. I assumed he was an honest reporter. But, since the ‘Times’ wanted to imply that Fidel is in the hands of the communists, they wanted to print that no negotiations with Cuba are impossible prior to Fidel loosten his ties with the communists in the first place. But remember, Fidel is moving by himself! When Frankel therefore writes, we have him in Our pocket, it is exactly the other way around.’ Ik sprak met dr. Carlos Rafael op deze receptie samen met Christopher Pfrommer van de ‘Baltimore Sun’. Ik vroeg opnieuw naar de mogelijkheid met Kennedy te onderhandelen. ‘If the position of Kennedy is, like Chester Bowles seems to advise him, to negotiate, we are prepared to do so. We, communistst, are always in favor of negotiation. We are in full agreement with Fidel's position as set forth in his speech last night. Where would we meet? What is the position of Janio Quadros?’ (the new president of Brasil.) ‘Let Kennedy come to Rio. Mr. Frankel also wrote, that I was supposed to have disagreements with Fidel. May be at first, but there are no disagreements now whatsoever. Frankel wrote about left and right wings in our party. Everybody in Cuba knows that is a lie. I will not meet American journalists again (while he was also speaking with Pfrommer), I will forget my english.’ Carlos Rafael zei D.N. Aidit van de PKI in Indonesië te kennen. Ik onderstreepte, dat hij mij aan de woorden van Aidit deed herinneren: de natie eerst, de PKI op de tweede plaats. | |||||||
29 november 1960Een Sovjet tanker vaart langzaam de haven binnen. De radio hamert voortdurend op het thema ‘Cuba: territoria libre de America’. We bezochten vanmorgen nieuwe door Fidel Castro gebouwde woonwijken. Toen ik een opname maakte, vroeg een arbeider: ‘Kom ik nu in de Sovjet-Unie op de film?’ Ben al eerder voor een Rus aangezien. Gerrardo Leon was naar het Hilton gekomen. De eerste drie | |||||||
[pagina 309]
| |||||||
maanden nà onze ontmoeting in januari had hij naar me verlangd. Nu had hij een vriendin en een vriend tezelfdertijd, maar voelde zich beter bij zijn vriend. Hij was zwijgzamer geworden ten aanzien van de revolutie. ‘Vooral ouderen en zij, die hun hersens gebruiken,’ zei hij, ‘zijn nu zéér ontevreden.’ Later werd ik op straat aangesproken door een neger, die vroeg of ik met hem mee wilde een paar straten verderop om ‘superman’ te ontmoeten, die een ‘mac-coy’ had van 14 inches. Ik antwoordde beleefd niet geïnteresseerd te zijn en vroeg me af hoeveel mensenkennis de man had. | |||||||
30 november 1960Autotocht naar de coöperatieve boerderij ‘Jesus Menendez’, genoemd naar een vakbondsleider van de suikerplantagearbeiders, die streed om het monopolie van de grootgrondbezitters te breken. Mannen met rieten hoeden berijden kleine paardjes. De kinderen maken de meeste indruk op mij, met hun lieve, onbeschadigde oogopslag. De mensen zijn straatarm. We bezochten ook enkele woningen. Ik wandelde in de suikerrietvelden. De mensen zijn buitengewoon vriendelijk. ‘The New York Times’ nam gisteren het ‘Hoy’-hoofdartikel van Carlos Rafael over, dat de titel droeg ‘Vipers also bite’, Frankel was niet beschikbaar geweest voor commentaar. | |||||||
1 december 1960Bezoek aan een coöperatieve boerderij, ‘Hermanos Saiz’. Met kinderen op een school gepraat en foto's genomen. Hier in Pinar del Rio wordt tabak verbouwd. Ontmoette een arbeider in diens woning. De neger heeft zeven kinderen, waarvan vijf dochters. Hij verdient 3 peso's per dag. Ik vraag me nog steeds af hoe het nu verder met de revolutie moet. Ik zou willen dat Fidel Castro in zijn kruistocht om lotsverbetering van deze mensen zal slagen. Zal het hem lukken? Ben benieuwd naar de conclusies van Anton Constandse, die hier nu ook op reis is. | |||||||
2 december 1960Opnieuw een lang gesprek met Kasper Reinink, de Nederlandse zaakgelastigde hier. ‘Fidel Castro heeft niet een revolutie geleid om de Cubaanse communisten in het zadel te helpen,’ aldus de Nederlandse diplomaat ter plekke. ‘Hij is 33 jaar en het slachtofffer van eigen onkundigheid. De revolutie heeft geen staatslieden. Het is vallen en opstaan. Ze willen alles zelf doen. Che Guevarra, van huis uit een medicus, leidt nu de staatsfinanciën. Hij bracht het niet op om tegen Fidel Castro te | |||||||
[pagina 310]
| |||||||
zeggen: “Geld is mijn vak niet.” De meeste bekwame anti-Batista figuren zijn uitgeweken, dus de revolutie hield de beschikking over snotneuzen en amateurs. Wat Max Frankel in “The New York Times” heeft willen aangeven en waar Carlos Rafael Rodriguez zich zo over heeft opgewonden is de teneur in dit land om ook plaats in te ruimen voor de communisten. De propaganda van dit regime tegen de V.S. is pathologisch. Fanatisme is een slechte raadgever. Het Cubaanse volk wordt in een psychose gevangen gehouden.’ Reinink meende, dat Castro's politiek rechtstreeks had geleid tot het leggen van een ‘cordon sanitaire’ rond het eiland. ‘Wat was dommer dan om het westen tegen zich in het harnas te jagen?’ Castro had Cuba in een isolement gemanoeuvreerd. Aanvankelijk stond Latijns-Amerika positief tegenover de Cubaanse revolutie, maar nà inmenging van uit Havana in de binnenlandse aangelegenheden in bijvoorbeeld Brazilië en Argentinië had Fidel Castro het continent terug in de armen van Washington gedreven, met uitzondering van Mexico. ‘Nu is hier een Algerijnse delegatie op bezoek,’ aldus de heer Reinink. ‘Wat verwacht Cuba van de heer Ferhat Abbas? Wat kan hij voor Cuba doen?’ Reinink maakte de indruk van een bekwaam diplomaat, al analyseerde hij de Cubaanse situatie zuiver en alléén vanuit een westers standpunt naar westerse maatstaven. Intussen is de naar Noordwest-Kasai gevluchte Patrice Lumumba aldaar door soldaten van kolonel Mobutu gearresteerd en geboeid naar Leopoldville teruggebracht. Hij werd in een vrachtwagen door de straten van de Congolese hoofdstad gereden en uitgejouwd, volgens Paul Hofmann in ‘The New York Times’. Mobutu had gezegd, dat de rechters maar over zijn lot moesten beslissen. Dag Hammerskjold zond namens de UNO een dringende boodschap Lumumba geen haar te krenken en de rechtspraak haar gang te laten gaan. | |||||||
3 december 1960Bezoek aan Maria Oltmans (60). Haar vader, Willem Arnoldus Oltmans, werd 31 maart 1848 in Groningen geboren en was kapitein bij de marine. Hij vestigde zich nà een ongeluk op Cuba en had er 44 jaar lang een juwelierszaak. Ze was anti-Castro en een dame in goede doen blijkbaar. Ruby Hart Philips zei toen ik afscheid ging nemen, dat zij in Cuba een bloedbad verwachtte. Er zouden zich in de bergen reeds 900 contrarevolutionairen bevinden. Er ontploften bovendien teveel bommen en explosieven in Havana zelf. In de avond zag ik een voorstelling van het nationale ballet van | |||||||
[pagina 311]
| |||||||
Mexico in het Theatro Nacional. Nà de pauze ben ik vertrokken. Op het moment, dat ik een taxi aanriep ontmoette ik een Cubaanse jongen, Andres, klein van stuk, gespierd, een mooi lichaam en onbetaalbare ogen. Hij ging meteen mee naar de ‘Habana Libre’. Hij zeepte mijn rug in onder de douche, zoals Martin dat vroeger deed. Hij ging in de vroege ochtenduren naar huis. Zijn vriend was al naar Miami uitgeweken. Hij verdiende erg weinig en kon zijn reis naar Amerika niet betalen. Ik ging slapen en dacht aan Cubaanse vrienden als Raoul, Everardo, Henriquez, Eladio, Guillen, Gerrardo en nu Andres. | |||||||
4 december 1960Laatste ontbijt. De golven slaan tegen de zeewering bij de boulevard. Er staat een zachte bries. Ik tuurde van de zestiende verdieping over de stad. Cubana Airlines, super Constellation, met slechts 31 passagiers voor New York aan boord. Een Cubaanse jongen werd uitgeleide gedaan door zijn moeder en familie. Veel tranen. Bij thuiskomst lag er een brief van dr. M. van Blankenstein: ‘Hierbij een brief met het verzoek die te overhandigen aan ambassadeur Sukardjo Wirjopranoto. Was indertijd, in 1952, mijn rapport aan president Sukarno, na mijn thuiskomst veel ongunstiger dan ik had kunnen verwachten, nu is het omgekeerd. Er zal geduld nodig zijn, maar ik zie licht en wat beweging. Ik heb ook een zeer lang en zeer openhartig gesprek gehad (van beide kanten), ik zou haast zeggen uitputtend openhartig, waarin van mijn kant niets ongezegd bleef, met De Quay, maar ook met tal van andere belangrijke lieden. Ik ga door en anderen gaan ook door. Belangrijke dingen voor het begrip hier heeft Hatta in Bonn aan Van Konijnenburg gezegd. Ik kan er veel mee doen. Vriendelijke gegroet, V.B.’Ga naar voetnoot445. Patrice Lumumba is door Mobutu naar een garnizoensplaats, Thysville, 90 kilometer ten zuiden van de hoofdstad gebracht. De ‘Times’ meldde, dat Lumumba zwaar was mishandeld, en dat terwijl dit gebeurde, kolonel Mobutu met gevouwen armen naar het miserabele schouwspel had staan kijken. De militairen rukten aan Lumumba's haar om zijn geschonden gezicht aan de fotografen te tonen in de aanwezigheid van Mobutu. Een andere soldaat frommelde een papier in een prop en stopte het in Lumumba's mond. | |||||||
[pagina 312]
| |||||||
Het ‘International Press’-Ball in het Waldorf, waar ik voor werd uitgenodigd, kost 50 dollars. Dat kan ik dus niet betalen. Ik heb 300 dollars op de bank. |
|