nodig
heeft, namelijk: grenzen aan de verspilling! In plaats van onrust te zaaien zou
de Club iedereen, zowel in de geïndustrialiseerde als in de onderontwikkelde
wereld, bewust moeten maken van de enorme verspilling die aan ons doen en laten
inherent is. Er is verspilling op elk gebied: ruimte, voedsel, water, kleding... noem maar op. Zelfs bij het produceren van baby's kun je van verspilling
spreken. Een aanpak als grenzen aan de verspilling zou wat het werk van de Club
van Rome betreft, zeer goed een nieuwe fase kunnen inluiden, omdat een dergelijk
project niet aan rijke of arme landen gebonden zou zijn. Dit is een
noodzakelijke voorwaarde voor de Club van Rome, omdat zij anders eindigt waarmee
zij is begonnen: met een rapport en met computers.
Het voornaamste probleem waarmee de Club geconfronteerd wordt, is
hoe laboratoriumresultaten in praktische acties kunnen worden omgezet.
‘Grenzen aan de verspilling’ zou actie betekenen. Het aardige is dat de Japanners
er tijdens het symposium in Tokio in 1973 speciaal op hebben aangedrongen. Ook
de Poolse, Zuidamerikaanse en Afrikaanse afgevaardigden hebben dit punt meerdere
malen naar voren gebracht. Van ‘grenzen aan de groei’ zouden we kunnen komen tot
‘grenzen aan de verspilling’, en tenslotte tot ‘grenzen aan de begerigheid’. Als
we dat punt bereiken, zouden we werkelijk beschaafd kunnen worden, omdat we ons
dan niet meer zouden belasten met de enorme overtollige opsmuk die de welvarende
superstructuur van op 't ogenblik met zich mee brengt. Dan zouden we een leven
kunnen leiden dat inderdaad ook voldoening schept, zodat het individu werkelijk
vrij kan zijn en zijn tijd niet meer hoeft te verspillen met het najagen van
dingen die hij eigenlijk niet nodig heeft. We zullen hier in vrijheid toe moeten
besluiten. Doen we dat niet -
-dan zal de wereld haar problemen op autoritaire wijze
oplossen.
In een wereld vol verspilling - en vol van overbodig gepraat, laten we dat niet
vergeten - zou India bijvoorbeeld geen open maatschappij kunnen blijven. India
kan er alleen in slagen een democratische bevolking te motiveren, wanneer de
rijkere landen deze perspectieven inzien en ernaar handelen. Anders zullen wij
in India vroeg of laat de grenzen moeten sluiten om ons land van dergelijke
normen van verkwisting te vrijwaren. Hoe zou ons volk anders in leven kunnen
blijven? In het Jaar tweeduizend zal het bevolkingsaantal van China en India
samen de twee-miljardgrens gepasseerd zijn. Dat is een gegeven dat we nooit uit
het oog mogen verliezen.
Ja, en terwijl de ene maatschappij op basis van strikte regels
gereglementeerd werd, ontwikkelde de andere zich bijna in volledige
vrijheid.
Weet u, elke maatschappij heeft haar eigen kenmerken. China bezit bijvoorbeeld
een collectief bewustzijn.