| |
| |
| |
Daniel Proektor
Daniel Michailowitsch Proektor werd in 1917 in Rostov aan de rivier de Don geboren. Hij doorliep een militaire academie en behaalde hierna zijn doctoraat in de geschiedenis. Sedert 1970 is hij verbonden aan het instituut voor wereldeconomie en de internationale betrekkingen van de Sovjet-Akademie van Wetenschappen. Hij heeft een groot aantal werken gepubliceerd, die handelen over de tweede wereldoorlog. Professor Proektor, die tot 1970 aan de strijdkrachten was verbonden, behaalde de rang van kolonel.
Wat is uw specialiteit in relatie tot het Warschau-pact?
Ik houd me voornamelijk bezig met de vraagstukken van de Europese veiligheid en de militaire betrekkingen in Europa. Ik specialiseer me niet in het bijzonder op het gebied van het thema van het Pact van Warschau. Ik houd me met dit vraagstuk alleen bezig in verband met de genoemde twee onderwerpen.
En de ontwapeningsconferentie in Wenen?
Dat valt binnen het terrein van mijn belangstelling en studie.
Bent u op de hoogte met de Nederlandse positie in Wenen bij de bmfr-onderhandelingen?
Binnen de grenzen waarin dit gepubliceerd wordt in uw en in onze pers: ja.
Maar u weet dus niets van de achtergronden, waarom Nederland een vervelende rol speelt in Wenen?
Ik kan daaromtrent alleen veronderstellen, maar ik heb generlei concrete contacten buiten dat wat in de pers wordt gepubliceerd.
We moeten uit pure noodzaak immers streven naar het vermijden van een militaire confrontatie, werken naar een systeem van collectieve veiligheid met een brede economische, wetenschappelijke en technische samenwerking.
Ik ben van mening dat er met Helsinki een belangrijke verschuiving heeft plaats gehad in de betrekkingen tussen de socialistische landen en de kapitalistische landen. Deze verschuiving had plaats in een hele reeks zeer belangrijke, objectieve en subjectieve omstandigheden. Hiervan zijn volgens mij de belangrijkste: de verandering in de verhouding van de krachten op de wereldarena ten gunste van het socialisme, als een consequentie van de vredelievende politiek van de socialistische staten en de groei van realisme in de politiek van de verantwoordelijke leiders in het Westen. En ook - als we op een breder vlak spreken -
| |
| |
de objectieve eisen, die voortvloeien uit de moderner fase van de wetenschappelijk-technische revolutie. Op deze manier nemen wij in het begin van de jaren zeventig een wezenlijke verschuiving in het systeem van internationale betrekkingen waar.
Deze verschuiving beantwoordt aan de belangen van zowel de socialistische als de kapitalistische staten. Met name het begrip van deze wederzijdse belangen heeft ertoe geleid dat in Helsinki deze algemeen-Europese bijeenkomst over veiligheid en samenwerking mogelijk werd. Wij hechten een zeer grote betekenis aan het feit van deze bijeenkomst zelf en aan de resultaten. Vanuit ons standpunt gezien openen deze resultaten een nieuwe fase in het proces van ontspanning in Europa. En niet alleen in Europa. Deze bijeenkomst geeft immers een stimulans aan een verdere ontwikkeling van de ontspanning op een grotere schaal. Staat u me toe in het kort te zeggen hoe ik me de totale resultaten van de algemeen-Europese bijeenkomst voorstel.
De eerste is het vastleggen van de politieke realiteiten in Europa, die overgebleven zijn na de tweede wereldoorlog. Dit is dus het fixeren van de Europese grenzen. Zoals u weet schenken wij veel aandacht aan dit probleem. Het tweede is het bereiken van een bepaalde balans van belangen tussen alle staten van Europa. Dit betekent dat het in de loop van de bijeenkomst in Helsinki is gelukt zulke compromissen te vinden, die zonder iemands belangen in de knel te brengen, het mogelijk maakten te komen tot algemene uitgebalanceerde resultaten. Een derde belangrijk aspect van Helsinki is de aanneming van de tien principes over de wederzijdse betrekkingen tussen staten, die voortaan de normen voor het algehele gedrag in Europa zullen zijn. Het vierde is dat de algemeen-Europese bijeenkomst nieuwe mogelijkheden heeft geopend voor het oplossen van de problemen rond de militaire ontspanning in Europa, wat op het ogenblik een sleutelopgave voor de algehele ontwikkeling is. Tenslotte het vijfde aspect: de algemeen-Europese bijeenkomst opent nieuwe, brede mogelijkheden voor een algemeen-Europese samenwerking, op veel verschillende terreinen.
Om balans in de belangen van de Europese landen te brengen moet men eerst elkaars belangen kennen. West-Europa begrijpt en kent de belangen van de Sovjet-maatschappij niet. Men weet gewoon niet hoe de Sovjet-maatschappij in elkaar zit.
Ik spreek over de balans van de buitenlands-politieke belangen. Ik geloof dat de langdurige besprekingen, die 22 maanden voortduurden eerst in Helsinki, daarna in Genève en toen weer in Helsinki, het mogelijk maakten op het gebied van buitenlands-politieke problemen (ik beklemtoon buitenlands-politieke problemen) deze gunstige resultaten te bereiken, dus die in het algemeen alle partijen tevreden stellen. Er
| |
| |
is nog een andere, heel belangrijke kant van dit probleem. Hoe zullen de resultaten van Helsinki worden uitgevoerd? Op dit punt ben ik het met u eens dat er een hele reeks moeilijkheden zal komen. Als ik spreek over een balans van belangen, bedoel ik de omstandigheid, dat in Helsinki wegen werden gevonden, die in de toekomst meer dan vroeger een voorkoming zullen bevorderen van het ontstaan in Europa van conflicten of crisistoestanden. Als ik dus spreek over een balans van belangen, bedoel ik wederzijdse belangen bij samenwerking op het gebied van de economie, wetenschap, techniek, bescherming van het milieu, en ook in de humanitaire sectoren. Als ik spreek over een balans van belangen, bedoel ik allereerst met name dit.
Heeft u met mij de indruk, dat het Westen met Helsinki in de grond van de zaak de gedachte koestert van hoe kunnen wij de Sovjet-maatschappij zodanig beïnvloeden, dat zij onze kant opgaat? Dit vind ik een ernstige zaak. Ik heb in de Sovjet-Unie gereisd en als ik éen ding begrijp, dan is het dat het Westen met snelheid zou moeten aanvaarden dat uw maatschappij in wezen onveranderlijk is.
U bent vooruitgelopen op het tweede deel van mijn antwoord. Ik wilde met name hierover spreken. Nog vóor het begin van de Europese bijeenkomst, werkte het Westen een politieke strategie uit, overeenkomstig welke men de Europese bijeenkomst behoorde te gebruiken om de balans van belangen te verstoren ten koste van het socialisme. Om een belangrijke politieke winst te boeken. Meer dan dat: sommige westelijke politieke strategen wilden een poging doen om de socialistische maatschappij te verzwakken met behulp van de Europese bijeenkomst in Helsinki. Wij weten, dat men zelfs op deze bijeenkomst deze strategie tot leven probeerde te brengen. Als deze politieke strategen echter in staat zouden zijn ver in de toekomst te zien, zouden zij begrepen hebben dat deze poging gedoemd was te mislukken.
U gebruikt het woord verzwakken. Ik vind het ergens een poging tot corruptie, tot vervalsing van uw maatschappij, of van de Sovjet-Unie. Dat is wel iets anders dan verzwakken.
Hier zouden veel werkwoorden toegepast kunnen worden, maar de betekenis blijft eender. Men kan het eens zijn met uw werkwoord en men kan ook een hele reeks andere werkwoorden aanvoeren. De betekenis is hetzelfde. Wij botsten tegen deze strategie van het Westen tijdens de bijeenkomst in Helsinki. Vooral bij het beoordelen van vraagstukken van de zogenaamde derde mand. Nu, na afloop van de bijeenkomst, zien wij in het Westen zeer interessante en ingewikkelde tendensen.
Ten eerste: men verklaart nu, dat de bijeenkomst uitsluitend in het
| |
| |
nut van de socialistische landen was, alléen van de Sovjet-Unie, of dat het Westen verloren zou hebben op deze bijeenkomst. De tweede tendens, die wij in het Westen zien, vloeit voort uit de eerste. Ik zou deze tendens willen noemen: een eis dat de socialistische landen betalen voor het succes dat zij op de bijeenkomst hebben bereikt en waarbij het Westen, naar men beweert, iets verloren zou hebben. Deze ‘betaling’ - ik zet het woord betaling tussen aanhalingstekens - moet bestaan uit een of andere beweging van de socialistische landen in de richting van overigens onaanvaardbare eisen van het Westen. De derde tendens, die wij momenteel waarnemen, in het Westen, bestaat erin, gebruikmakend van de resultaten van de Europese bijeenkomst, om van de socialistische landen steeds weer nieuwe concessies te eisen, die voor hen onaanvaardbaar zijn. Deze eisen houden in hoofdzaak verband met dat wat wij uitwisseling noemen op het gebied van cultuur, op het gebied van informatie enzovoort. Dus het hele complex van humanitaire vraagstukken. Wij antwoorden hierop: de resultaten van Helsinki moeten als geheel worden aanvaard. Alle clausules van Helsinki moeten worden uitgevoerd en men mag uit dat totaal van eisen niet éen schakel rukken en daarop éen of andere politiek baseren. Ik veroorloof mij me te refereren aan de woorden van de secretaris-generaal van onze partij, Leonid Brezjnev in Helsinki, toen hij verklaarde dat de resultaten van de bijeenkomst zulke gedragsnormen geven, waarvan het aan niemand gegeven zal zijn aan de vervalsing ervan te beginnen. Hij zei dat iederéen alle in Helsinki aanvaarde verplichtingen moest vervullen. Hieruit volgt dat het onjuist zou zijn de nadruk te leggen op éen punt, éen complex, om dan de rest terzijde te laten liggen. Staat u me nu toe enkele woorden te zeggen over de vraagstukken van militaire ontspanning in Europa, als dat u interesseert.
Dat was mijn volgende vraag, en namelijk deze. Wat voor indruk maakt het op de Sovjet-Unie dat, als Helsinki net is getekend, de Amerikaanse minister van Defensie Schlesinger spreekt over de mogelijkheid van een eerste gebruik van beperkte tactische atoomwapens in Europa?
Ik ben van mening dat de toespraak van minister Schlesinger in de periode van de bijeenkomst over het vraagstuk van toepassing van het atoomwapen in Europa, een poging is om de uitvoering van de besluiten van Helsinki te bemoeilijken. Het was een poging om te onderstrepen dat de Verenigde Staten en bepaalde reactionaire krachten in het Westen, zich niet willen neerleggen bij de resultaten van Helsinki. Hij zei dit om te onderstrepen dat de aspecten van kracht en macht ook in de toekomst een beslissende rol zullen blijven spelen in de politiek van de navo. Ik ben er diep van overtuigd dat dit noch beantwoordt aan de eis van ontspanning in Europa, noch aan de situatie die nu na
| |
| |
Helsinki is ontstaan. Deze uitspraken van Schlesinger zijn niet aan maar éen adres gericht. Deze uitspraken waren natuurlijk allereerst gericht tegen de socialistische landen. Zij waren gericht tegen de vestiging van een balans van belangen in Europa. Tenslotte, wilde Schlesinger met deze uitspraken de navo-bondgenoten tonen, dat de Verenigde Staten ook in de toekomst de leidende militaire macht in het blok zullen blijven. In zekere mate lijkt me dit een indirect dreigement ook aan het adres van ontwikkeling van democratische tendensen - die wij waarnemen in Portugal en in Griekenland of in enkele andere landen. Op zo'n manier hebben deze dreigementen van de minister van de Verenigde Staten vele bestemmingen. Bepaalde reactionaire klingen in het Westen willen tonen, dat détente grenzen moet hebben en liefst zeer beperkte grenzen. Deze grenzen worden dan allereerst bepaald door de factor militaire kracht.
Ik geloof dat in de nabije toekomst de grootste moeilijkheden bij de verdere ontwikkeling van het proces van ontspanning in Europa, verband zullen houden met die kringen in de kapitalistische landen en in de navo, die vooral leunen op het verzekeren van de veiligheid met behulp van militaire krachten.
Hoe moet een verantwoordelijke Sovjet-regering reageren op een verantwoordelijke westelijke regering, Amerika, die enerzijds meneer Ford en meneer Kissinger een handtekening laten zetten onder de akkoorden van Helsinki, en anderzijds een minister van Defensie laten verklaren, dat de oorlogsinspanning sterk moet worden vergroot?
Alles is begrijpelijk. De huidige politiek is zeer ingewikkeld. In de politieke koersen van de westerse landen bevinden zich veel tendensen. Volgens mij bestaat de kunst van politiek daarin om het positieve te zien en dit positieve af te scheiden van het negatieve. Ik denk dat onze politieke koers, bepaald door het 24e partijcongres over het programma van vrede, met name gericht is op het vinden van algemene raakpunten en de politiek van ontspanning juist op deze raakpunten te bouwen. Er zijn drie sferen van wederzijdse betrekkingen tussen staten met de verschillende systemen. De eerste sfeer is de sfeer waarin de belangen erg dicht bij elkaar staan of samenvallen. Dit betreft vraagstukken als het voorkomen van oorlog, het voorkomen van crises en conflictsituaties. Het betreft economische samenwerking en samenwerking op het gebied van techniek en wetenschap enzovoort. Er is ook een tweede sfeer. Hierin kunnen de belangen gedeeltelijk samenvallen en gedeeltelijk niet samenvallen. Deze sfeer heeft een breed spectrum. Men moet de betrokken onderwerpen hier zeer concreet benaderen. Tenslotte is er een derde sfeer, de sfeer waarin de belangen absoluut niet samenvallen. De uitspraken van Schlesinger behoren volgens mij tot deze
| |
| |
derde afdeling. Dit is een bedreiging met geweld, dit is anticommunisme, dit is een streven tot het verkrijgen van eenzijdige voordelen.
Hoe kan men met een tegenpartij internationale politiek bedrijven, die in zichzelf verdeeld en gesloten is?
Als ik u juist heb begrepen, dan geef ik u op de volgende manier antwoord. Wij zijn uitstekend op de hoogte van de gecompliceerdheid en de tegenspraken in de politiek van een reeks westerse landen. Wij weten dat het Atlanticisme de grondslag is, waarop in het Westen ideeën over veiligheid zijn gebouwd. Wij zijn van mening dat er bepaalde objectieve imperatieven bestaan, die alle politici dwingen - ik spreek over hen die reëel denken - deze imperatieven te volgen. En reële politiek, reële diplomatie, moet opgebouwd worden op basis van berekening van deze objectieve imperatieven.
Zeer duidelijk. En wat denkt u van tegenkrachten waar wij in Holland veel mee te maken hebben, bijvoorbeeld. De huidige enigszins progressieve regering van Nederland staat een politiek van ontspanning en vermindering van defensie voor. Onmiddellijk gaat Joseph Luns, vanuit Brussel via een Nederlandse televisiemaatschappij, over de hoofden van iedereen heen, politiek bedrijven om weer zijn stokpaardje te rijden dat de Sovjet-vloot een gevaar voor het leven van Nederland is.
Ik maak er een geheim van wat je met zulke mensen moet doen. Ik heb in 1973 een aantal dagen in Holland doorgebracht. Ik heb in het bijzonder een studie gemaakt van de binnenlandse politiek van dit land. Ik moet zeggen dat wat ik in die dagen heb gezien, indruk op me heeft gemaakt. Ik heb tweemaal een lezing gehouden over het vraagstuk van ontwapening. Een keer voor de jeugd en uit de ontstuimige discussie over dit vraagstuk heb ik begrepen dat er bij een deel van de Nederlanders, nog de geest leeft van de Geuzen uit de periode van de Nederlandse revolutie. Veel trekken van het Nederlandse volk wekken mijn diepe achting, zowel wat betreft de geschiedenis van het Nederlandse volk als de huidige ontwikkeling. Om nader op uw vraag in te gaan het volgende.
In ieder land van het Westen - groot en klein - bestaan verschillende politieke klassekrachten. Ik zie het optreden van Joseph Luns niet als de stem van het Nederlandse volk. Vanuit mijn standpunt als marxist is Luns een vertegenwoordiger van een duidelijk bepaalde politieke klasse, die verbonden is met een complex van politieke krachten.
Zulke krachten als het militair-industriële complex, als de navo, als het grote monopoliekapitaal, waaronder niet alleen Philips, maar ook het internationale kapitaal. Natuurlijk Amerika, natuurlijk het internationale monopoliekapitaal. Als Luns zijn verklaringen aflegt, drukt
| |
| |
hij de belangen van deze kringen uit. Maar toen ik in Nederland was, werd mij verteld dat er in uw kleine land meer dan 30 politieke partijen zijn. Dat is zeer interessant. Dat is misschien ook de geest van de Geuzen. In ieder geval spraken de Nederlanders die ik gesproken heb dingen, heel anders dan Luns. Tegelijkertijd is ons bekend dat de regering van Nederland in een reeks vraagstukken van ontspanning een negatieve positie inneemt. Ik weet dat ook in de periode vóor Helsinki, de Nederlandse regering een om zo te zeggen remmende rol vervulde. Ik weet dat de Nederlandse regering tot nu toe zich bijvoorbeeld keert tegen een opening van een Sovjet-consulaat in Rotterdam.
Ja, wordt gezegd, dan moeten wij ook een consulaat in Leningrad hebben.
Ik wil me niet in details begeven. Volgens mij komt de voornaamste negatieve stellingname van Nederlandse kant. Ik weet, voor zover mij bekend is, dat in Nederland de resultaten van de Europese bijeenkomst in Helsinki niet in de dagbladpers zijn gepubliceerd, zoals bij ons. Ik vind dat jammer. Daarnaast weet ik dat Nederland het initiatief heeft genomen tot inperking van de militaire begrotingen, en de mogelijkheid van een beperking van het aantal tactische atoomkoppen van de Verenigde Staten in Europa heeft geopend. Dit zijn kennelijk positieve elementen. Daarom wil ik alleen maar mijn gedachte bevestigen, dat de huidige politiek zeer ingewikkeld is en zeer veel terreinen omvat. Als in zo'n klein land als Holland al een Joseph Luns bestaat, en tegelijkertijd ook progressieve democratische krachten bestaan, wat gebeurt er dan in de grote mogendheden van het Westen? Daarom herhaal ik de gedachte dat vanuit mijn standpunt gezien de huidige politiek de opgave moet hebben om de progressieve, positieve elementen te steunen en moet proberen de reactionaire, negatieve tendensen te neutraliseren in de politiek van kapitalistische landen. Ik geloof dat hier een belangrijke rol is weggelegd voor de progressieve maatschappelijke kluchten van Europa.
De Atlantische gedachte is erop gebaseerd om Europa verdeeld te houden. Dat West-Europa tot Amerika moet blijven behoren. Kunt u zich voorstellen dat de ontwikkeling in Europa losser van Amerika zal zijn en meer naar een groot Europa, West and East zal groeien, bijvoorbeeld tegen het jaar 1990?
Dit is een zeer grote vraag, die een heel complex afzonderlijke vragen omvat. De eerste zijde en vermoedelijk voornaamste zijde van deze vraag bestaat daarin, dat het politieke systeem, dat op dit ogenblik in Europa gevestigd is, reeds ongeveer 300 jaar bestaat.
| |
| |
Ik herinner mij dat professor Georgi A. Arbatov mij over de angst sprak: er zijn volgens hem twee soorten angst, oprechte angst en kunstmatige angst.
Een van de voorwaarden voor het scheppen van een conceptie van evenwicht van angst, was de schepping van een leugenachtig beeld van de Sovjet-Unie. Ik moet zeggen dat de schepping van dit leugenachtige beeld een lange geschiedenis heeft. Vergeeft u me, ik wil geen enkele analogie maken, maar toen op 22 juni 1941 Hitler de Sovjet-Unie aanviel, toen verklaarde hij via de radio in Duitsland dat hij genoodzaakt was de dreiging van de Sovjet-Unie af te weren, en daarom moest hij wel met zijn legers de Sovjet-Unie binnenvallen. Dit is geen analogie met de huidige situatie. Ik verzoek u mij juist te begrijpen, maar dat zijn de oude methoden van de reactie. Toen in mei 1945 de tweede wereldoorlog ten einde liep en wij alles deden om onze wonden te genezen, schreef Churchill een brief aan Roosevelt, dat men een onmiddellijke opmars van de Sovjet-legers naar het Kanaal moest verwachten en daarom moest in Europa direct een Anglo-Amerikaans defensiesysteem in paraatheid worden gebracht. In de jaren van de koude oorlog werd onophoudelijk een leugenachtig beeld van de Sovjet-Unie geschapen. Het werd gedaan om de bewapeningswedloop te rechtvaardigen. Ik wijk misschien af van uw vraag. Vanuit mijn standpunt gezien is er op het ogenblik een zeker evenwicht van krachten ontstaan, dat een zekere stabiliteit in Europa bevordert in militair opzicht. Maar wij willen niet zeggen, dat dit evenwicht altijd de basis van de vrede in Europa zal zijn en zal moeten zijn. Dat zou een zeer onbetrouwbare basis voor vrede en het handhaven van het evenwicht van kracht zijn en zou een voortdurende bewapeningswedloop, een steeds sterker wordende militaire macht en derhalve de mogelijkheid van het ontstaan van allerlei nieuwe dreigingen betekenen. Dit is nauwelijks een betrouwbare basis voor vrede. Er bestaat een conceptie, zoals in het Westen, die gebaseerd is op bepaalde tegenstellingen en tegenspraken tussen West-Europa en de Verenigde Staten. Op basis van deze conceptie, komt het mij voor,
bestaat er een bepaalde Euro-groep binnen de navo. In dit opzicht zal men voor de toekomst van Europa geleidelijk een nieuw systeem van internationale betrekkingen moeten scheppen. Een systeem van internationale betrekkingen, dat niet op een basis van blokken steunt, maar op een algemeen Europese basis. Dit vloeit ten volle voort uit onze vredesconceptie. Met prognoses probeer ik erg voorzichtig te zijn. Prognoses komen zeer vaak niet uit, maar ik geloof dat de toekomst - als de resultaten van Helsinki uitgevoerd worden, als de ontspanning meer diepte krijgt; de ontspanning zoals wij ons die voorstellen - dat dan de basis van blokken geleidelijk zwakker zal kunnen worden. Dit zal een proces van basen zijn - het proces
| |
| |
van verdieping van de ontspanning. Bij een of andere fase kunnen de militaire functies van de blokken zwakker worden en de politieke functies worden versterkt. Samen met het groeiproces van samenwerking kan een algeheel-Europees veiligheidssysteem in het leven geroepen worden. Hoe ik me dit systeem voorstel? Dat is een ontwikkeling van steeds bredere contacten tussen de socialistische en kapitalistische landen op basis van overeenkomsten, veelzijdige overeenkomsten, tweezijdige overeenkomsten. Op basis van de ideeën die in Helsinki zijn vastgelegd. Op basis van politieke overeenkomsten, overeenkomsten over economische samenwerking en als resultaat hiervan kan een steeds sterker wordend net van wederzijdse betrekkingen ontstaan, van wederzijdse geïnteresseerdheid. Dit zal de basis scheppen voor een toekomstig meer stabiel systeem van veiligheid. Op deze wijze zijn de blokken een realiteit, een historische realiteit. Wij hebben echter uit de geschiedenis geleerd dat niets eeuwig is op deze zondige aarde.
Hoe kan men een maatschappij als de uwe, die is gebaseerd op een pragmatische, logische, concrete, historische en wetenschappelijke analyse verzoenen met een tegenpartij, die zonder fundament opereert. De Amerikaanse buitenlandse politiek kent geen richting. Er is geen analyse, anders dan anticommunisme? Dat is nauwelijks politiek.
Ik zal u openhartig zeggen, dat ik er persoonlijk niets tegen zou hebben dat er overal in de wereld echt socialisme zou bestaan en dat er geen kapitalisme zou zijn. Helaas zijn wij genoodzaakt rekening te houden met de realiteit van het huidige leven. Het kapitalisme bestaat. Wij leveren er kritiek op, maar het is er. Daarom moeten wij rekening houden met die realiteiten, met die partners, welke tegenover ons zitten. Wij zijn niet van plan de revolutie te exporteren. Wij proberen niet om de kapitalistische levenswijze bij ons te importeren. Wij rekenen alleen maar op redelijkheid van die mensen, die verantwoordelijkheid dragen. Meer kunnen we helaas niet doen. Wij begrijpen dat elke willekeurige verantwoordelijke minister in het Westen niet wil dat er een oorlog begint, want hij begrijpt welke dreiging dit inhoudt. Wij herinneren ons dat Eisenhower 20 jaar geleden erkende dat de wereld geen alternatief voor vrede heeft. Wij begrijpen dat er in de situatie van de energiecrisis in het Westen, het Westen belangstelling kan gaan tonen voor onze leverantie van olie, voor onze grondstoffen op dat punt. Wij zijn ook geïnteresseerd in technische ervaring op een aantal gebieden en in uitwisseling op andere gebieden. Dit zijn realiteiten. Er moet een politiek op basis van deze realiteiten worden opgebouwd. Als de westerse maatschappij beter zal worden, en, vergeeft u mij, de mensen verstandiger zullen worden, dan zal de wereld alleen maar beter worden. Maar ik betwijfel of wij alléen daar iets aan kunnen doen.
|
|