geworden. Wij behoren thans tot de groep meest welvarende landen in Europa. Wij bevinden ons onder de landen met een laagste werkeloosheidscijfer, wij hebben betrekkelijk lage inflatiecijfers, en we hebben sociale vrede binnen onze republiek, wat op zichzelf een opvallende prestatie is. Dit zijn ook de redenen, dat internationale zakenkringen zeer geïnteresseerd zijn naar Oostenrijk te komen, omdat wij hier sociale vrede en een stabiel economisch klimaat hebben geschapen.
U krijgt dus investeringen?
Dit is mede het resultaat van een belangrijk geografisch feit. Wij bevinden ons nu eenmaal in het centrum van Europa. Wij leven op de grenslijn tussen twee blokken van staten. Er zijn slechts twee alternatieven: het alternatief waar wij nu bij leven, namelijk een vreedzaam continent dat gebaseerd is op détente: of, een militaire demarcatielijn dwars door het hart van Europa heen - Oostenrijk zou dan immers bestaan in de schaduw van een IJzeren Gordijn? Wanneer dit het geval zou zijn zou niemand hier investeren. Niemand zou naar Oostenrijk willen komen om huizen en fabrieken neer te zetten. Wij zien dus dat over een periode van twintig jaar Oostenrijk zich heeft ontwikkeld als een Europees land waar aanzienlijke investeringen worden gedaan. We proberen momenteel zelfs een teveel aan buitenlandse investeringen wat af te remmen.
Waarom?
Wij moeten ervoor zorgen niet te veel inflatie te importeren. Wij proberen het teveel aan economische activiteiten wat te temperen. Ik geef Amerikaanse senatoren die mij komen bezoeken het antwoord, als zij informeren naar de winstpunten van de politiek van détente, dat wij in Oostenrijk het tastbare bewijs zijn van wat détente in werkelijkheid betekent, zowel in politieke als in economische betekenis.
Ik ben er zelf van overtuigd, ook al ben ik persoonlijk tegen iedere vorm van communisme, dat de politiek van détente een eerlijke politiek is. Voor de communisten is het belangrijk, dat er een machtsevenwicht ontstaat. En wanneer men inderdaad dit machtsevenwicht bereikt, dan heeft het absoluut verder geen zin, ja is het zelfs uitzinnig stom, om grote bedragen in de wapenindustrie te blijven steken. We moeten streven naar een evenwichtspunt in de bewapening aan beide zijden. De supermachten, die tenslotte de zwaarste lasten dragen, vooral wat kostbare bewapening betreft, hebben natuurlijk het meeste belang bij een verdere beperking van steeds hoger oplopende militaire uitgaven. Dit is een kant van het probleem.
De andere is, dat er voor de Sovjets zeer omvangrijke eigen problemen bestaan. Zij hebben soms problemen met Hongarije, Polen,