| |
| |
| |
Nello Celio
Nello Celio werd in het Italiaanssprekende deel van Zwitserland geboren, in het kanton Ticino in 1914. Hij studeerde aan de universiteiten van Basel en Bern en behaalde doctoraten in de rechtswetenschappen en de economie. Na aanvankelijk zich gevestigd te hebben als advocaat bekleedde hij vervolgens de post van secretaris-generaal van het departement van Binnenlandse Zaken van Ticino in Bellinzona. Later werd hij benoemd tot procureur-generaal van Ticino en trad hij toe tot de lokale regering. In 1963 werd hij gekozen als lid van de Nationale Raad. In 1966 trad hij toe tot de Federale Raad van Zwitserland, eerst als minister van Defensie en later als minister van Financiën. Momenteel woont dr. Celio in Bern en treedt op als internationale financiële consultant. Hij is lid van de Club van Rome.
Hoe ziet Europa eruit, gezien vanaf het topje van een Zwitserse Alp?
Wanneer ik op de piek van zo'n Zwitserse berg zou zitten en ik neem een kijkje om me heen dan word ik vervuld met gemengde gevoelens. Ik zie dan dit Europese continent met zijn historische tradities. Ik neem een zeer levende cultuur waar. Ik zie een beschaving, die in feite alle voorwaarden biedt om in vrede met elkaar te leven, om een continent te vertegenwoordigen, dat een zéer belangrijke rol speelt in het wereldgebeuren. Dit is het Europa wat ik zou moeten zien, een land met heldere hemels, zoals bij een mooie zomerse avond. Maar dat zie ik niet. Ik zie een Europa dat in een dikke mist is gehuld. En de reden is volgens mij evenzeer een historische reden, namelijk: Europa heeft nog steeds niet geleerd Europees te denken. Europa zit nog altijd vast aan een verleden, toen het bestond uit een groep nationaliteiten. Europa denkt nog steeds en handelt nog steeds in termen van afgesloten, afzonderlijke delen. Dit is éen der voornaamste redenen dat naar mijn idee de toekomst van Europa er nogal somber uitziet.
De Amerikaanse diplomaat, George Kennan, heeft eens gesproken over de Suicidal Course of Disunity in Europe...
Dat is beslist waar. Europa zou men kunnen vergelijken met een symfonieorkest dat zéer vals speelt. Europa van vandaag is een kakofonie. Nogmaals, ik ben van mening, dat de nationalistische tradities van Europa in de politiek of de economie oplossingen in de weg staan. Ik weet, dat dit een hoogst ernstig oordeel is. Ik ben het mij bewust. Maar wanneer men van dichtbij al de besluiten die tot dusverre sedert de tweede wereldoorlog werden genomen onder de loep neemt, en misschien nog wel het meest het historische besluit van Rome om de eeg te vormen, dan kan men slechts constateren, dat zelfs die beslissing zoals het er nu voorstaat in gevaar verkeert. De politieke doeleinden van de eeg zijn bijna allemaal volkomen verlaten. Ook de
| |
| |
economische sector is in ernstige moeilijkheden. Het lijkt mij uitermate gecompliceerd om met een economische gemeenschap te beginnen om op den duur een politieke gemeenschap te bereiken. Waar het om gaat is om een gemeenschappelijke deler te vinden, die voor alle partijen zowel in de politiek als op het terrein van de sociale orde aanvaardbaar zou zijn. Slechts wanneer dit doel is bereid zou men in staat zijn een werkelijke Europese gemeenschap te vormen. Een economische gemeenschap zal nooit werkelijk kunnen voortbestaan zolang wij niet oplossingen die voor allen aanvaardbaar zijn voor onze politieke problematiek hebben gevonden.
We hebben nu in het westelijke deel van Europa een dertigtal jaren gevochten om zo'n gemeenschappelijke deler te vinden. Waar halen wij het leiderschap vandaan dat Europa in dit kritieke stadium immers dringend nodig heeft?
Dat is zonder twijfel een buitengewoon moeilijke kwestie. Wanneer we de situatie in oostelijk Europa even buiten beschouwing laten, dan geloof ik dat wij in het Westen nog altijd te veel in het zog varen van een groot aantal verschillende ideologieën, die eigenlijk tot het verleden en de geschiedenis behoren. Ik geloof, dat de mensen nog altijd niet voldoende hebben begrepen, dat wij de problemen waar wij ons vandaag aan de dag voor geplaatst zien, niet kunnen oplossen met de bekende ideologieën en tradities van een groot aantal politieke partijen zoals die nog steeds door het Europa van vandaag worden geëntameerd. Wij worden immers geconfronteerd met gigantische problemen, die veel omvangrijker en groter zijn dan de diepgang van onze ideologie. Neemt u de meest voor de hand liggende vraagstukken als voedselvoorziening, ecologie, de gelijke verdeling van de grondstoffen - en ik bedoel hier vraagstukken van een wereldwijde portee - dan zult u toch moeten toegeven dat deze problemen nauwelijks zullen kunnen worden bestreden of aangepakt aan de hand van ideologieën alléen. Problemen als de gelijke verdeling van deelneming aan het produktieproces in de wereld, die zullen beslist niet kunnen worden aangepakt aan de hand van bourgeois ideologie of aan de hand van de marxistische ideologie. Ik ben daarom zéer overtuigd de mening toegedaan, dat de staten van Europa zoals zij vandaag reilen en zeilen, nog altijd veel te veel aan het verleden zijn gebonden.
Ik moet hieraan echter onmiddellijk toevoegen dat er nog een kant aan de zaak is die mij zéer veel zorgen baart. In plaats dat de Europese volkeren argumenten zoeken die zoveel mogelijk onderstrepen wat hen samenbindt, lijkt het alsof men juist die aspecten onderstreept, die de staten en volkeren van Europa nog altijd van elkaar scheiden. Men ziet dit in alle landen van Europa nog steeds gebeuren. We behoeven
| |
| |
hierbij niet alleen aan Italië te denken. Noch behoeven wij de onderstromingen die eigenlijk de meeste politieke partijen bedreigen aan te stippen. Het lijkt wel of men langzamerhand zo onverschillig is geworden ten opzichte van deze zaken, dat men er niet meer de moeite voor schijnt te willen nemen juist te onderzoeken welke factoren ons aan elkaar binden. Iedereen schijnt er eenvoudigweg naar te streven te blijven bestaan, adem te halen en te leven. Wat bovendien een ernstig probleem lijkt te worden, is dat er steeds meer mensen van mening schijnen te zijn, dat zij moeten opvallen door iets speciaals te doen, door anders te zijn of te lijken om vooral maar de aandacht te kunnen trekken of om het gevoel te hebben iets te zijn in het leven. Dit is een zeer misleidende situatie. Het zou aanbevelingswaard zijn wanneer men zich ermee bezig zou houden om na te gaan of reeds bestaande ideëen nog steeds aanvaardbaar en van toepassing kunnen zijn. Een dergelijke heroriëntatie zou een belangrijk element kunnen vormen bij een nieuwe benadering van de Europese problematiek.
Bent u van mening, dat deze benadering van na te gaan wat ons verbindt en niet wat ons scheidt van elkaar eveneens van toepassing is op de betrekkingen met Oost-Europa?
Ja, ik geloof, dat de bereidheid om samen te leven en nieuwe elementen te vinden die ons aan elkaar verbinden, zouden moeten worden toegepast op beide delen van Europa, die weliswaar nog steeds door geheel van elkaar verschillende regimes gescheiden blijven. De moeilijkheden liggen hier eerder in de politieke sfeer en niet zo zeer op economisch terrein. In de economische sector zal men voortgaan met oplossingen vinden en compromissen bereiken. Ook zal de evolutie hier geleidelijk zijn. In de politiek hebben wij echter te maken met elementen als de vrijheid en het respect voor de menselijke persoonlijkheid. Dit zijn elementen die éen en ondeelbaar zijn en daarom niet voor een compromis ontvankelijk zullen zijn. Maar ook hier, met nieuw optredende factoren als het moderne Euro-communisme, dat, wanneer het oprecht wordt gemeend, een veelheid van politieke opvattingen mogelijk maakt, dan zou het wel eens kunnen dat bij een voortdurende coëxistentie tussen de twee helften van Europa op den duur men elkaars verschillende politieke benadering zou gaan aanvaarden. Ik ben niet iemand die in de permanente revolutie gelooft. Daarom heb ik vertrouwen dat wij tenslotte die gemeenschappelijke deler zullen vinden die het mogelijk zal maken dat wij zonder de angst zullen leven door de andere partij te worden overrompeld. Dit zou dan tevens mogelijk maken, dat wij niet eeuwig door behoeven te gaan met zoveel van onze grondstoffen en bronnen in de bewapening te steken, die iedereen trouwens het liefste zou willen afschaffen.
| |
| |
Gelooft u dat de Club van Rome erin slaagt om globale oplossingen voor de globale problematiek te zoeken?
Dat is inderdaad het geval. In Europa zouden wij eveneens oplossingen moeten proberen te vinden voor de globale vraagstukken die ook Europa op haar weg ontmoet. Ik ben van mening, dat de Club van Rome onder leiding van dr. Aurelio Peccei op het goede pad is. Een belangwekkend aspect van deze Club is dat zij uit privé-personen bestaat, namelijk een honderdtal uit alle delen van de wereld. Hun invloed op personen, die de leiders van morgen zullen zijn of op regeringen is vooralsnog bescheiden. Het voornaamste probleem is echter hoe men de ideeën welke de Club van Rome heeft uitgedokterd op de meest efficiënte manier zou kunnen verspreiden of wereldkundig maken. Vooral wanneer het invloedrijke kringen betreft of kringen die aan de touwtjes trekken. De Club van Rome tracht dit bijvoorbeeld te bereiken door ook regeringsleiders naar haar bijeenkomsten uit te nodigen.
Maar als de huidige leiders van Europa bijeen komen, dan leest de burger in zijn krant dat bondskanselier Helmut Schmidt hoogst geirriteerd de bijeenkomst van staatshoofden verliet. Schmidt is zelfs zover gegaan, dat hij zei misselijk te worden van de luiheid van de ambtenarij, die onzinnige dossiers op hun bureaus opstapelen, en die een barrière vormen tussen minister-presidenten en hun beslissingen om iets te bereiken en plannen uit te voeren in Europa.
Ik heb grote bewondering voor Helmut Schmidt. Ik geloof bovendien, dat hij het bij het juiste eind heeft. Inderdaad zit Europa met deze ontzagwekkende bureaucratie opgezadeld. Zij doen hun werk. Maar zij zijn niet degenen, die werkelijk vorm zouden kunnen geven aan een nieuw Europa. We hebben eigenlijk zoveel problemen geschapen. Men zou de meest urgente vraagstukken eerst moeten oplossen. De overblijvende problemen zou men dan aan de specialisten over kunnen laten. Zoals het er nu voor staat, zitten ministers tot midden in de nacht te vergaderen over de invoer van Franse of Italiaanse wijnen.
Tot 3 uur in de ochtend.
Wat? Tot 4 uur en 5 uur in de ochtend. Zou men werkelijk in de veronderstelling verkeren, dat men de wereldproblemen zou weten op te lossen door op ministerieel niveau tot het krieken van de ochtend te bekvechten over wijnen?
Of over de aardappelprijzen.
Precies.
| |
| |
Een persconferentie van de Nederlandse minister-president zal zich rustig tien minuten bezig houden met de stand van de aardappels in Nederland.
Men kan natuurlijk een té perfecte machinerie opzetten. Ik geloof dat er momenteel op het eeg-hoofdkwartier in Brussel acht- of tienduizend ambtenaren werkzaam zijn. Het is een volmaakt topzwaar apparaat geworden. Men zal wellicht oplossingen weten te vinden voor enkele vraagstukken, maar er is geen sprake van dat men daar werkelijk de grote problemen van Europa zal kunnen hanteren. Ik bedoel de werkelijk essentiële problemen.
Dan is er de situatie dat er zeven procent inflatie in de Duitse Bonds-republiek en vierentwintig procent inflatie in het Verenigd Koninkrijk is.
Het zal natuurlijk volmaakt onmogelijk zijn om een economische eenheid te scheppen in West-Europa wanneer men doorgaat in de sector van de politiek stunts uit te halen, zoals dit momenteel nog altijd gebeurt. Gelooft men werkelijk dat men oplossingen zal weten te vinden voor landen die bijvoorbeeld een verschillende produktiviteit hebben, wanneer éen land van West-Europa misschien de helft produceert van een ander, of wanneer, zoals u zegt, de inflatie in het ene land vijf maal zo hoog is als in het andere? Tenslotte hebben auto's ook verschillende versnellingen en hier is een uitdrukkelijke reden voor.
Oost-Europa met haar autoritaire regimes schijnt in dit opzicht een voordeel te vertegenwoordigen, ondanks een al even loodzware bureaucratie, of misschien zelfs een nog groteskere bureaucratie. Maar zal dit strikt in de hand gehouden Oost-Europa niet vroeg of laat botsen met een steeds groeiend en verder chaotisch geworden West-Europa?
Dat zou kunnen. Maar laat ik zeggen. Eén van de meest nadelige kanten van het democratisch geregeerde Europa - dus ik bedoel West-Europa - is het feit dat alle politieke partijen walgelijk verdeeld zijn onderling. Zij hebben de allergrootste moeite om een algemeen aanvaard partijprogramma samen te stellen. Men kan een goed of een slecht programma hebben. Hoe het ook zij, belangrijk is dat het partijprogramma met een zekere overtuiging wordt uitgevoerd. Men moet een partijpolitiek opleggen teneinde haar uitgevoerd te krijgen. Geen van de leiders van het huidige westelijke Europa bevindt zich in een positie om dit ook daadwerkelijk te doen. De leiders van West-Europa regeren dikwijls met een meerderheid van slechts éen of twee procent. De meerderheid zit op de wip en kan gemakkelijk worden omver geworpen. Dat is nu eenmaal het spel der democratie. Maar wanneer de
| |
| |
machtsverschuiving inderdaad plaatsvindt dan bevinden de nieuwe leiders zich in een zwakke positie. Europa begeeft zich van compromis naar compromis, en misschien zelfs van demagogie tot meer demagogie. Dit is niet bepaald de manier om een duidelijk politiek beleid te voeren. Het is een soort politiek die ogenschijnlijk sterk wordt beïnvloed door de mensen zelf. Maar wat denkt het grote publiek in werkelijkheid? Het zou dit of dat kunnen zijn. Men komt in een situatie terecht dat politici tot de conclusie komen dat alhoewel zijzelf zeer goed weten dat hun politiek niet goed is voor het land, zij die toch uitvoeren uit angst een meerderheid te verliezen. Dit is natuurlijk een uitermate ernstige situatie. Het is een situatie, die men alleen maar dan zou kunnen wijzigen, wanneer het grote publiek beter ingelicht zou zijn en een duidelijker beeld zou hebben van de grote politieke vraagstukken van Europa en de toekomst in haar geheel. De mensen zien nu slechts de kleine gefragmenteerde delen van de problematiek, die zich in hun onmiddellijke omgeving afspelen, zoals de vraag of éen of andere sociale wetgeving wel of niet wordt doorgevoerd.
Maar bent u niet van mening, dat wij wanneer wij over het Europa van de Negen spreken wij eigenlijk zouden moeten spreken over een Europa dat reikt tot de Oeral?
U zult zich herinneren hoe de Italianen indertijd hun persoonlijke vrijheid inruilden voor Benito Mussolini. Deze dictator zorgde er toen voor, dat de treinen op tijd liepen. De beslissende vraag in Oost-Europa is de persoonlijke vrijheid, en de vrijheid van het individu. Het is anderzijds natuurlijk een feit, dat de Oosteuropese regimes snelle besluiten kunnen nemen, en deze besluiten eenvoudig opleggen en ze uitvoeren. Ondanks dit is het terrein van de economie het belangrijkste zwakke punt van de Oosteuropese staten. Men heeft de economie ontwikkeld volgens het uitgangspunt, dat de staat alles moet doen. Hierdoor is een enorme bureaucratie opgezet en ontstaan. Een ander negatief aspect van hun systeem is, dat zij geen winstdelingsprogramma hebben. Er bestaat geen stimulans om werkelijk te werken. Er is geen animo.
Ik vraag me af of dit helemaal waar is, maar hiervoor zouden wij een Sovjet-functionaris in ons gesprek moeten betrekken. Gelooft u, dat de vele verschillende interpretaties die wij in het Westen aan onze vrije democratie verbinden, het uitvoeren van de Slot-akte van Helsinki verder zal bemoeilijken?
Hoe bedoelt u dat?
| |
| |
Ik geloof dat behalve dat we zelf enorm innerlijk zijn verdeeld, we steeds meer met een zekere pluralistische interpretatie van het marxistisch leninisme in Oost-Europa te maken zullen krijgen, wat verder zal leiden tot een vertraging van effectieve toenadering en concrete samenwerking tussen Oost en West.
Voor mij betekent democratie, dat de burger zijn eigen regering kan kiezen. De burger is bij dit systeem in staat zich vrijelijk uit te drukken en te denken wat hij wil. Maar regeringen moeten tenslotte in de positie verkeren om werkelijk te regeren. Dikwijls vermoordt men de democratie als gevolg van onderlinge geschillen, of ten gevolge van extreme bewegingen, die het een democratische regering onmogelijk maken een bewind te voeren. Wanneer de staat op die manier het laat afweten, sleept het de ondergang van de economie met zich mee. Men moet goed beseffen dat de economie van een land niet meer op zichzelf staat en los is te denken van de totaliteit. Wij allen tezamen, de arbeiders, de ambtenaren, de zakenmensen en de industriëlen vormen de staat. Wanneer er geen werkelijk beleid wordt gevoerd zal de economie ook niet meer functioneren. Dit leidt tot een ontwrichting van het economische leven. Dit is de richting, die wij thans in het economische leven in de westerse landen waarnemen ten opzichte van Oost-Europa. Het klassieke voorbeeld op het ogenblik is Italië. De mensen in Italië, die zich als tegenstanders van de regering opstellen hebben langzamerhand zoveel aan invloed en macht gewonnen, gedeeltelijk als gevolg van het gebruik van geweld, dat men erin is geslaagd het land onregeerbaar te maken.
Tijdens ons gesprek zijn wij langzaam uw Alpentop afgedaald. Hoe ziet u de toekomst van dit Europa gehuld in de mist van de grond af?
Het is duidelijk dat wij ons in een uitermate ernstige situatie bevinden. We hebben gesproken over de schaduwen die zich over ons leven werpen. Laten we niet vergeten, welke schaduwen er boven Oost-Europa hangen. Ik doel hier op de communistische expansie in de richting van het Westen. Het is een druk die een gevaar voor ons allen inhoudt. Het noodzaakt ons zelfs om een zekere angst te koesteren. Het brengt ons ertoe ontzagwekkende bedragen voor de defensie uit te geven. We zijn eigenlijk betrokken bij een wapenwedloop als gevolg van deze situatie. Wanneer naties steeds meer wapens produceren zal er een moment in hun geschiedenis komen, dat zij ze gaan gebruiken. Desalniettemin geloof ik allerminst in een Sovjet-invasie van West-Europa. Het zou slechts zeer gevaarlijke situaties in Oost-Europa zelf oproepen. Ik geloof dat de Sovjets belang hebben bij een verdere consolidatie van hun binnenlandse situatie. Ik denk dan ook niet dat ze zo gek zouden zijn om een oorlog te beginnen. Zij zouden hiermee alles
| |
| |
weer op het spel zetten wat zij nu juist voor zichzelf hebben opgebouwd. Zij hebben verschrikkelijke ervaringen doorgemaakt tijdens de tweede wereldoorlog. Zij weten wat oorlog betekent. Daarom geloof ik ook, dat hun politiek veel meer is gericht op politieke infiltratie. Tenslotte heeft de Sovjet-Unie de afgelopen twintig jaar bijzonder veel bereikt in de buitenlandse politiek zonder een schot af te vuren. De Sovjets zijn grootmeesters in het scheppen van een situatie waarin andere de strijd voeren terwijl zij zelf aan de kant toezien. Het is eigenlijk een meesterlijk spel wat de Sovjets spelen, gezien vanuit het Kremlin. De meeste landen van Europa, met uitzondering misschien van West-Duitsland, houden zich intensief bezig met deze penetratie en expansie vanuit de Sovjet-Unie. Misschien is tenslotte een finlandisatie van Europa toch denkbaar.
Toen ik met president Urho Kekkonen van Finland sprak bemerkte ik hoe geïrriteerd hij was wanneer Europeanen met een zekere minachting over finlandisatie spreken. De Finnen voelen zich allerminst een sateliet van de Sovjet-Unie.
Zoals ik de Finnen ken geloof ik ook helemaal niet dat zij naar de pijpen van Moskou dansen.
Dit wordt zeer overdreven.
Zeer overdreven, inderdaad. Toch zal een land, dat zich in de geografische positie van Finland bevindt niet geheel de bewegingsvrijheid hebben van andere landen.
De wijze waarop de Nederlandse regeringen in het zog lopen van Washington maakt hen mijns inziens meer de stropoppen van de Amerikanen, dan sommigen in het Finse gedrag zien ten opzichte van Moskou.
Dat is waar. Maar wanneer de Zwitsers en de Nederlanders ge-Amerikaniseerd worden, houdt dit gevaren in die op zeer grote afstand liggen. Ik geef er daarom de voorkeur aan ge-Amerikaniseerd te worden.
Maar wanneer finlandisatie betekent, wat de Finnen er onder verstaan, in een wereld waar wij over geleide projectielen beschikken en atoomkoppen gemonteerd in raketten, dan maakt het langzamerhand ook geografisch gezien nauwelijks meer uit of men zich in Helsinki, Amsterdam of Bern bevindt. Dus u houdt finlandisatie van Europa niet voor uitgesloten?
Ik geloof dat alle communistische partijen, vooral op de wijze waarop het Brezjnev-doctrine functioneert, uiteindelijk toch onder controle
| |
| |
staan van Moskou. De Sovjets hebben uiteindelijk toch de leiding. Zij kunnen nog altijd gemakkelijk de politiek in al onze landen conditioneren via deze partijorganen. Kijkt u maar naar wat er vandaag aan de dag in Italië gebeurt. De Italiaanse democratie schijnt geen andere oplossing meer te bieden, dan zich te laten conditioneren door de Italiaanse communistische partij. Zelfs, indien de Franse socialisten er op een dag in zouden slagen aan de macht te komen, dan zouden zij in belangrijke mate rekening moeten houden met de Franse communistische partij. Marchais en de zijnen zijn machtig en invloedrijk geworden. Ik vraag mij dan ook af wat er onder deze omstandigheden met de navo zal gebeuren, het Atlantisch bondgenootschap. Waar zou deze ontwikkeling de westerse defensie toe leiden?
Maar nogmaals, ik geloof niet dat de Sovjets West-Europa zouden willen bezetten. Het is natuurlijk uitermate moeilijk om in de toekomst te kijken. Maar laten wij een ogenblik stil staan bijvoorbeeld bij het jaar 2030. Ik ben van mening dat wij dan geleidelijk aan concessies zullen zien aan beide zijden van Europa en tot een echte symbiose zullen komen. Wij zullen in staat zijn naast elkaar te leven, ondanks onze verschillen in regeringsvormen. Ik zie geen andere oplossing om in vrede te leven onder de Europese hemel. Het zal zeer intensieve arbeid verlangen aan beide zijden van Europa, maar het is de enige realistische mogelijkheid om te overleven.
|
|