offerd.
De actieve aard van onze Finse politiek is eveneens van een bijzonder soort. Paasiviki, op wiens opvattingen deze politiek voornamelijk is gebaseerd, was als president van mening dat wij tot deze politiek van vriendschap met onze buren konden overgaan. Hij probeerde alle internationale afspraken en verplichtingen uit de weg te gaan. Toen wij bijvoorbeeld het lidmaatschap voor de Verenigde Naties hadden aangevraagd, zei hij: ‘Laten we niet overijld te werk gaan, jongens. Zo belangrijk is het niet. We zullen alleen maar in moeilijkheden komen, wanneer wij bij conflicten tussen de grote mogendheden ons standpunt moeten laten horen.’
Ik stond een andere mening voor. Ik was van oordeel dat wij elke gelegenheid moesten aangrijpen om onze vreedzame neutraliteitspolitiek uiteen te zetten. Van een dergelijke gelegenheid maakten wij bijvoorbeeld gebruik toen wij voorstelden een noordelijke kernvrije zone in te stellen, of toen wij aanboden om de voorbereidingen voor de conferentie voor veiligheid en samenwerking in Europa op ons te nemen.
Deze Finse benadering doet mij in bepaalde opzichten denken aan de historische conferentie van niet-gebonden landen in Bandung, 1955, die door de toenmalige president van Indonesië, Soekarno, werd georganiseerd.
Er zijn inderdaad grote overeenkomsten. Maar aan de andere kant, schijnt deze groep van niet-gebonden landen tot op zekere hoogte in verschillende partijen te zijn verdeeld. Zolang de omstandigheden zich niet wijzigen, zijn wij tevreden met de rol die wij wat dat betreft, op dit moment spelen.
Uit een aantal uitspraken van u maak ik op dat de beschuldiging dat uw land onder Sovjet-druk ‘gefinlandiseerd’ is, door u fel wordt bestreden.
Feitelijk heeft de wijze waarop de betrekkingen tussen de West-europese staten en de Sovjet-Unie zich ontwikkeld hebben, het begrip ‘finlandisering’ zoals dat vaak wordt voorgesteld, van elke inhoud ontdaan. Met andere woorden, op het ogenblik werken alle westelijke staten op dezelfde wijze met de Sovjet-Unie samen als wij.
Ik zou graag willen dat wij in Nederland al zulke positieve relaties met de Sovjet-Unie hadden als u.
Uiteraard verkeren wij niet in dezelfde omstandigheden. Maar elk jaar beseffen wij opnieuw dat er overeenkomsten met de Sovjet-Unie gesloten worden, die tien jaar geleden nog onmogelijk waren geweest. Ja, finlandisatie is voor ons inderdaad aanvaardbaar, maar het heeft