| |
| |
| |
Tweede gesprek
Foudraine In ons vorige gesprek constateerden we dat in de hersenen, de biocomputer, een gigantische hoeveelheid informatie is opgeslagen.
Oltmans Ja, ‘brains’ weten onvoorstelbaar veel meer dan zij kunnen vertellen. Die informatie ligt te rotten in de catacomben, als een Oost-Indiëvaarder, gedeeltelijk beladen met gouden munten, op de bodem van de oceaan.
Informatieprocessors (neuronen) pompen uit eigener beweging herinneringen naar het bewustzijn, en wanneer zich in het nu een incident voordoet dat associaties met het verleden oproept, springt een van die 280.000.000.000.000.000.000 stukjes informatie uit de gemiddelde ‘brain’ op je ‘mind-screen’ en herinner je je wat twintig, dertig jaar eerder werd gecodeerd.
Foudraine Maar de werkelijkheid is altijd NU. Realiteit is NU. We leven niet gisteren of morgen. Gisteren en morgen bestaan niet. Die zijn nooit actueel. Het zijn plaatjes in de geest die NU worden waargenomen. We leven altijd in het nu-moment. In confrontatie met de werkelijkheid, moet dan op snelle wijze informatie, altijd uit het verleden, beschikbaar komen teneinde daarmee actie te kunnen ontplooien.
Laat ik eerst iets zeggen over die informatie. Er is natuurlijk informatie, die een mens nodig heeft om adequaat te kunnen functioneren.
Oltmans Stoppen bij het rode licht.
Foudraine Precies. Ook taal die je hebt geleerd, behoort tot die informatie. Iemand die als chirurg wil functioneren, heeft kennis nodig voor het ontwikkelen van zijn beroepsvaardigheid. Er is informatie nodig om de weg naar huis te vinden. Wanneer we alle informatie op slag zouden verliezen, al onze kennis dus, zouden we totaal gedesoriënteerd raken. Ik kan mij op jou als ‘Willem Oltmans’ oriënteren. Dat is weliswaar een naam, maar het geeft mij de gelegenheid om tot een vorm van oriëntatie in communicatie te komen. We beschikken dus over een hoeveel- | |
| |
heid informatie, toepasbaar op de feitelijke situatie, van de werkelijkheid NU. Uiteraard moeten we die informatie beschouwen als een belangrijke mogelijkheid voor actie en gedrag, voor het functioneren in de wereld.
Oltmans En hoe scheid je het kaf van het koren?
Foudraine Dat is de kernvraag. Het kaf - daar zullen we het wel over eens zijn - is de smurrie die in de hersens is gepompt, zoals de ideologische en godsdienstige concepten. Zo staat de ‘jood’ tegenover de ‘Palestijn’. Aan de hand van voorgeprogrammeerde godsdienstige informatie springt de ‘Palestijn’ de ‘jood’ - of omgekeerd - naar de strot. Godsdienst met alle associatieve verbindingen - en we kunnen er meteen nationalisme aan toevoegen - is terug te leiden tot die in de jeugdjaren in de biocomputer binnen-gebrachte informatie. De ‘jood’ associeert met ‘holocaust’ of de ‘veiligheid van Israël’. De ‘Palestijn’ meent dat hij verdreven zou zijn en dat Allah hem opdraagt om als martelaar naar het islamitische paradijs te komen. Deze uit de databank voortgekomen gedachten zijn in feite geënt op nationalisme en godsdienst. Hier heb je dus een aanwijsbare dosis kaf. De hersenen zitten er vol mee. Alle ideologieën, onwrikbare meningen en heilige overtuigingen zijn ons van kindsbeen aangereikt. Er was toen nog geen intelligent onderscheidingsvermogen voorhanden. Ze zijn dus klakkeloos en zonder objectiverende tegenkrachten ingeprogrammeerd.
Oltmans Je bedoelt dat die fatale smurrie nooit onze eigen keuze is geweest. We worden met uit het verleden gedateerde hallucinaties opgezadeld, waar we als baby's en kinderen weerloos tegenover staan. Het is alsof je een prachtige, gezonde, van God gegeven akker voor de landbouw al bij voorbaat met pesticiden bewerkt, als om zeker te zijn dat de groei van een natuurlijke oogst onmogelijk wordt. We moeten weer organisch gaan denken.
Foudraine Zeker. Een kind wordt niet als ‘jood’ of ‘christen’ geboren. De begrippen ‘jood’ en ‘christen’ worden in die biocomputer gestampt. Ze worden ingeprent vanaf het moment dat de nieuwgeborene de ogen opent. Zo worden ‘brains’ van vijf miljard wezens in oneindige variaties geconditioneerd.
| |
| |
Oltmans De Amerikaanse psycho-historie verricht belangwekkend onderzoek naar de origine en het ontstaan van dergelijke ontsporingen en vat dit werk samen als ‘Fantasy Analyses’. Rimbaud meende dat ‘love had to be reinvented’. Psycho-historie houdt zich bezig met het herontdekken van de geschiedenis, grijpt terug en analyseert er de psychische wortels van en dan zie je pas wat voor smurrie er uiteindelijk komt bovendrijven.
Foudraine Hier komen alle meningen en overtuigingen uit voort. Identiteiten, zoals ‘christen’, ‘Hindoe’, ‘boeddhist’, ‘moslim’, ‘jood’, ‘communist’, ‘socialist’, noem maar op. Al deze geloofsartikelen werden in de ‘mind’ opgeslagen, in een ver verleden, terwijl de werkelijkheid zich altijd afspeelt NU. Dít, dit moment van waarneming, speelt zich af in het heden. NU, op dit moment, worden we geconfronteerd met de realiteit.
Overigens, dit is een formulering waar de Zelf-Gerealiseerde wel over zal glimlachen. Want als ‘ik’ weg ben, als zelfs de ervaring van subjectiviteit in de zin van het ervaren van een vaag soort ‘zelf’ als aparte entiteit is opgelost, waar is dan de confrontatie?
Als de ervaring van subjectiviteit wegvalt, valt ook de ervaring van object weg. Er ontvouwt zich dan een non-duale staat van bewustzijn, van eenheid, een ervaren dat altijd NU is. De mysticus Douglas Harding noemde het ‘Leven zonder Hoofd’. Leven als Leegte waarin al het veranderlijke, dat wat is en telkens weer anders is, verschijnt in het onveranderlijke. Dat onveranderlijke, vormloze, lege bewustzijn is een levende leegte en ze kan worden gevuld met de ene waarneming na de andere, omdat bewustzijn een oneindig potentieel heeft. Daarom zegt de mysticus: ‘De hele wereld verschijnt in mij.’
Een ding is zeker, de in de hersenen opgeslagen informatie, die mijn gedrag, waarneming of actie nu zo dwingend bepalen, is verleden tijd. Je zou kunnen zeggen: ik ben met mijn volgepropte hersenen, als zelf-bewustzijn, volledig geïdentificeerd, daarmee in de ban van die informatie en zo totaal gescheiden van het leven. Zo is men een wandelende gevangene van het verleden. Ik leef in en existeer als het verleden, zoals Lazarus in zijn graf.
| |
| |
Het is nog erger. ‘Ik’ ís het verleden! Zolang dat ‘ik’ regeert als dominante identiteit kan de realisatie van dat eeuwige NU niet tot stand komen. (Deze passage voegde Foudraine later bij, zonder dat Oltmans weerwoord kon geven.)
Oltmans Wat die informatie betreft, er is ook nog altijd de factor van overgedragen genetische informatie. Zelfs een nationaal bindend symbool kan de gevangene zijn van een reeds lang achterhaald sprookje. Veel nonsens zit in de neuronen gekerfd en is niet meer weg te branden. Deze symptomen voltrekken zich wereldwijd. Dus eigenlijk zijn we met zijn allen niet alleen beschadigd, maar huiveringwekkend in het verleden gevangen. De tekenen zijn er dan ook naar.
Er zou een radicaal ander aap-noot-mies moeten komen. Piagets onderzoek heeft uitgewezen dat de gemiddelde jonge mens vanaf zijn twaalfde jaar zelfstandig begint te denken en functioneren. Dus zeker vanaf de middelbare school moet er een ‘crash-program’ worden ontwikkeld om de opgroeiende jeugd ervan te doordringen, hoeveel klinkklare onzin en waanideeën bij voorbaat werden geprogrammeerd, temeer omdat de jeugd nog onmondig is. Neuronen coderen is betrekkelijk eenvoudig, maar hoe decodeer je de ‘mind’.
Foudraine Laten we hier even stoppen en samenvatten.
Wat ik hier probeer te verduidelijken is hoe een radicale omwenteling in het bewustzijn, als laatste optie, tot stand kan komen. Het mag ‘onrealistisch’ klinken, daar ben ik mij wel degelijk van bewust. Jij beluistert mij en vraagt of er niet een totaal ander aap-noot-mies zou moeten komen. Zie je hoe ver we nog van elkaar verwijderd zijn? Je duikt, overigens begrijpelijk, terug naar een visie die de menselijke toestand qua bewustzijn geheel onverlet laat. Je begint over heropvoeding te praten.
Oltmans Helemaal niet. Heropvoeding impliceert dat je, nadat eerst in het wilde weg de grootst mogelijke onzin in de ‘chip’ van het kind is gebracht, later probeert de warwinkel door andere informatie bij te sturen of bij te slijpen. Wat ik stel is dat die generatie, die de verantwoordelijkheid draagt voor de software van kinderbreinen, de koppen bij elkaar zou moeten ste- | |
| |
ken om in gezamenlijk overleg tot de conclusie te komen dat het niet langer aangaat om de meest irrationele noties in kinderbreinen te drammen.
Foudraine Een radicaal andere opvoeding impliceert radicaal andere opvoeders. Je visie stoelt helaas op een idealisme zonder enige basis. Duidelijk is dat jouw radicaal andere opvoeding de structuur van de mens, de opvoeder, buiten beschouwing laat. Het blijft een functioneren in de oude structuur, de structuur van een denker en diens, nu nieuwe, gedachtenpatronen.
Laten we er niet omheen draaien. Een denker is nooit NU. Hij is óf in de toekomst, óf in het verleden. Dát is de ervaring.
Oltmans Maar als mensen werkelijk hebben begrepen dat zij malfunctioneren op basis van achterhaalde en niet meer ter zake doende informatie, dan pas kan men beginnen aan het werken met een nieuwe lei.
Je ontkomt immers niet aan gecodeerde onzin, die je als informatie, als weten en geloven, mee in je kop draagt? Alles wat we denken en doen komt voort uit die privé-encyclopedie, onze databank. Bedenk even, de Amerikaan Morton Hunt meldde dat we vijfhonderd Encyclopedias Britannica in ons hoofd meedragen. Intussen is het merendeel van deze kennis achterhaald of onwáár. En dan vraagt men zich in opperste verwondering af waarom er in de beschaafde wereld de meest krankzinnige dingen gebeuren. Men pompt immers zijn wijsheid voornamelijk uit eigen brein. Je ontkomt niet aan de eigen databank. Alles wat we denken en doen halen we uit die warrelpoel. Hoe kan men zich nog verbazen over de huidige chaos?
Foudraine Denkprocessen zijn nu eenmaal nodig. Denken gebruikt men bij communicatie, taal, de weg vinden, een beroep uitoefenen en wetenschappelijke activiteit. Zou er een mogelijkheid zijn dat mensen in het leven van alledag, in het NU-moment, vanuit een direct waarnemen, zonder enig denken, althans zonder bij voortduring al die opgeslagen informatie in te schakelen, en er de gevangene van te zijn, functioneren?
Oltmans Dat kan natuurlijk nooit. Dat kan neuro-fysiologisch immers niet? Wanneer we niet rigoureus blijven uitgaan van de biologie en het vaststaande functioneren van de ‘mind’
| |
| |
komen we hier nooit uit. Primair ligt vast hoe hersens functioneren, bij een orang-oetan en bij ons.
Foudraine Zou het neurofysiologisch ondenkbaar zijn om waar te nemen, te responderen, NU, zonder het inschakelen of aan de leiband lopen van de databank in de hersens? Dat zou pas echte spontaniteit zijn of ‘right action’, waar Krishnamurti telkens naar verwees. ‘Response’ in tegenstelling tot ‘reaction’.
Oltmans Sorry, maar wat is volgens jou het verschil tussen ‘response’ en ‘reaction’?
Foudraine Reactie is gedrag dat gedetermineerd wordt door het verleden. ‘Response’ is nu en komt voort uit puur bewustzijn dat niet langer in de greep van het verleden is. In zijn gedrag is de mysticus ook volmaakt onvoorspelbaar.
Oltmans Niet denken, het uitschakelen van de elektro-chemische werking van neuro-transmitters en de ganse hersenmachinerie, lijkt mij ondenkbaar. Ik luister naar de bel, ik herinner me onze afspraak, ik weet wie jij bent, ik ga naar beneden, ik laat jou binnen, we beginnen te werken, want ik herinner me dat we afspraken onze gesprekken op te nemen en ik zit nu naar jou te luisteren, ondanks misschien eigen en andere opvattingen, probeer je te begrijpen en luister naar jouw visie die ik afweeg tegen mijn eigen kennis en overtuiging. En jij wil zeggen dat dit mogelijk zou zijn bij uitschakeling van mijn chip?
Foudraine Het lijkt mij essentieel om in te zien dat veel van wat je zegt pas echt mogelijk is door het uitschakelen van de chip. Het is namelijk niet waar wat je stelt. Juist doordat je denkt, doordat je afweegt en telkens vergelijkt met eigen kennis en overtuigingen, kán je niet echt luisteren. Wij zijn voortdurend bezig met denken, in gedachten verzonken. Daardoor zouden wij wel eens niet efficiënt en intelligent kunnen handelen. Denken is dromen met open ogen. Dat is de essentie van het probleem. Jij zegt dat een staat van niet-denken ondenkbaar is. Als je over die staat van niet-denken gaat nadenken ben je al verloren. Je kunt je die staat van niet-denken niet voorstellen. Wanneer je er een voorstelling van maakt, ben je al uit die staat van niet-denken.
Je komt in opstand ten aanzien van de staat van niet-denken,
| |
| |
vooral omdat zo'n stilte zou worden weersproken door neurofysiologische interventies. We botsen hierover, dat gebeurde ook tijdens ons eerste gesprek. In feite komt dit meningsverschil voort uit een materialistisch standpunt, gedragen door de wetenschapper en door de bewustzijnsbeschouwing van de mysticus. Aan die laatste beschouwing wordt door de wetenschapper de eis gesteld om deze met harde feiten, liefst als uitkomst van een wetenschappelijke methodologie, te bewijzen.
Ik moet je er overigens op wijzen dat je een groot deel van je leven in die zegenrijke staat van opperste stilte, vrede, harmonie - van niet-denken - hebt doorgebracht.
Oltmans Jij blijft volharden in de mogelijkheid van het uitschakelen van de werking van ‘brain-mind’. Het is bewezen dat die werking zelfs plaatsheeft wanneer we zogenaamd slapen. We hebben dan misschien geen controle over de gedachtenstroom want de lichten van de ‘mind’ flikkeren en staan op oranje. Hierdoor lopen gedachtenprocessen dan door elkaar. Niets klopt meer echt. De ‘mind’ draaft door, zelfs wanneer men denkt te rusten. Die elektro-chemische machinerie staat nu eenmaal nooit stil. Die draai je niet zo maar af. Een staat van niet-denken verkrijgt men misschien door bewusteloosheid, maar wat jij voorstaat is een staat van bewustzijns-loosheid bij het volle bewustzijn. Dat is toch in strijd met de biologische werkelijkheid.
Foudraine Had je gedroomd. Jij verwart inhoudsloosheid met wat jij noemt bewustzijnsloosheid. Maar waar het nu precies om gaat, is dat inhoudsloos bewustzijn leeg of puur bewustzijn is in de zin dat inhoud dan is overstegen. Daarom spreken we ook wel over transcendentaal bewustzijn.
Uiteraard gaan in een droomtoestand symboliserende processen in beelden door. Maar besef je, dat er ook nog een fase is tijdens je slaap dat je niet droomt? Dat noemen we de diepe droomloze slaap. Dan moet het denken toch tot stilstand zijn gekomen? Een mens bevindt zich dan in een staat van volledige rust en ontspanning. Het is een toestand waarin wereld en lichaam en ‘ik’ geheel zijn vertrokken. Tijdens die droomloze slaap kan er geen andere toestand dan van puur Zijn bestaan.
| |
| |
Daardoor ervaar je in de ochtend het gevoel van lekker te hebben geslapen. Het is niet voor niets dat Verlichten ons telkens weer wijzen op die toestand van diepe droomloze slaap, omdat dít op zichzelf al een staat van Verlichting zou zijn. Alléén deze zou bewust moeten worden ervaren. Het geheugen kan daar ook niet bij. Daarom herinner je je die fase niet. Maar een gat in je geheugen is geen gat in je bestaan, zoals ik eens heb horen zeggen.
Oltmans Maar op welk moment van de dag zou bij mensen, die om half zeven de wekker laten afgaan om tegen half negen achter het loket op het postkantoor te kunnen zitten, of die om half zeven thuiskomen, pantoffels aantrekken en in een stoel zakken om naar de televisie te kijken, zich deze denkloze toestand moeten manifesteren?
Foudraine Daar zijn we het over eens. Zoals het nu is zijn mensen ratelende biocomputers, die non-stop denken. Ze handelen voortdurend op basis van die produktie, van die denkprocessen waar ze volledig mee geïdentificeerd zijn. Er is inderdaad nooit rust in de hersenen, behalve in die toestand van diepe droomloze slaap.
Oltmans Ik weet wat mensen zouden kunnen doen. In plaats van op zondagochtend naar het anachronistische gebazel van pastoors en dominees te gaan luisteren, zou men die uurtjes kunnen aanwenden om in een denkloze bewustzijnstoestand, als door jou aanbevolen, te geraken. Pas dan zou men tot zijn zinnen komen ná de rat-race van de afgelopen week!
Foudraine Zeker. Dat zou het begin van meditatie zijn. Pas dan zouden mensen in contact komen met wat ik ‘waarachtige Intelligentie’ zou willen noemen. Ze bevinden zich natuurlijk al in dat denkloze bewustzijn, maar ze hebben deze primaire identiteit niet in de gaten. Ze zijn, zoals iedereen, in een staat van ‘forgetfullness’. Ze zijn dit objectloze bewustzijn ‘vergeten’ door die totaal overheersende identificatieneiging. Pas wanneer dat mechanisme wordt doorzien, zal het zich ontbinden en ontstaat er een ‘Self-remembering’. De spirituele leermeester, de goeroe in de hoogste zin van het woord, zal altijd een frontale aanval doen op de hardnekkige identificatie met de ‘body-mind’. Zo
| |
| |
zou men de ontwakende activiteiten van de Verlichte leermeester kunnen samenvatten. Die ‘Self-remembering’ maakt de uitspraak ‘God (of het Koninkrijk der Hemelen) is in U’ letterlijk waar. Als je dit een wetenschapper probeert duidelijk te maken, begint hij waarschijnlijk hartelijk te lachen. Maar dit lachen berust op een beduidende arrogantie en een wezenlijk gebrek aan informatie over - en ook inzicht in - wat mystici werkelijk te zeggen hebben.
De vraag blijft: wanneer een mens zich in een toestand van volkomen leegte zou kunnen verwerkelijken, dus een uiteindelijke staat van ‘niet-zelf’ zou bereiken waarin geen enkele egocentrische beweging meer plaats zou vinden, zou hij dan wellicht open staan voor die super-Intelligentie, die tevens universeel bewustzijn is waar de mystici over spreken? Begrijp je, dat dit een totaal andere staat van bewustzijn is?
Oltmans Denk jij dat George Bush of Mikhail Gorbatsjov dit zou kunnen volgen? Of anders de achterneefjes Ruud Lubbers en Wim Kok?
Foudraine Jij en ik zijn toch niet voor niets tot de conclusie gekomen dat de mens in zijn huidige, geïdentificeerde, staat van zelf-bewustzijn hopeloos vast zit aan een grote hoeveelheid opgestapelde informatie die meestal pure onzin en fantasie is?
Het voorbeeld van de ‘jood’ en de ‘Palestijn’ is daarvoor klassiek. Als ik zeg: ‘Ik ben een christen’, betekent dit dat Intelligentie al buiten spel staat. Ik kan eenvoudig geen ‘christen’ zijn én Intelligent functioneren. Het mag vreemd klinken, maar probeer het te begrijpen. De geringste identificatie, bijvoorbeeld met een geloofsovertuiging, houdt al een gescheidenzijn in. Het vult de leegte van het objectloze bewustzijn als totale beschikbaarheid onmiddellijk op. Iedere identificatie met ‘iets’, een herinneringsplaatje, een denkbeeld, een emotionele energie doet dat immers? Alléén de totale overgave aan die leegte kan de vervloeiing met die universele Intelligentie tot stand brengen.
Aan geloofsactiviteiten, moraal, geboden en verboden, aan een of andere ethiek vastkleven en er door voortgestuwd worden, heeft niets met Intelligent functioneren te maken. Ik kan ook geen ‘Nederlander’ zijn (en echt menen dat ik dit ben) en
| |
| |
denken dat ik Intelligent bezig ben. Ik kan ook mijn naam niet zijn. Dat is niets anders dan een etiket dat aan mijn grote teen werd gebonden toen ik ter wereld kwam. Ik ben niet wezenlijk die naam.
Oltmans Misschien is het toch beter om te proberen Jan Foudraine te blijven, vooral met het oog op je pensioen van Willem Drees.
Summa summarum: er is dus een andere bron, een super-Intelligentie, die niet tot ons doordringt doordat we overstemd worden door die chip vol kakelende onzin.
Foudraine Ja. Of liever, wij zijn nu die chips. Dat ‘ik’ ís die chip. We zijn constant bezet als gevolg van die ratelende biocomputer waarmee we volledig geïdenticeerd zijn. Anders gezegd, wij zijn, als ik-bewustzijn, afgescheiden van werkelijk Leven. Leven, maar nu met een hoofdletter L. Dat werkelijke Leven zou wel eens Intelligentie kunnen zijn. Het zou ook Liefde kunnen zijn. Je hoeft maar naar de natuur te kijken. Leven of Intelligentie bruisen om ons heen en kloppen voortdurend aan onze poort, maar wij, afgescheiden van alle contact met de bron waar al het gevormde uit voortkomt, weten niets beters te doen dan die natuur te vernietigen.
Oltmans Jij wilt dus met een soort computervirus de ‘mind’ uitwissen, om daarna weer de stekker in het stopcontact te steken.
Foudraine Was die ‘mind’ maar uit te wissen! Dat kan inderdaad niet. Ik noemde daarstraks het begrip identificatie. Uitwissen is in feite de-identificatie.
Geen enkele mysticus loopt rond met een ‘uitgewiste mind’. De mysticus drukt zich immers op een geheel eigen wijze uit? Ook zijn eigenschappen en psychologische kenmerken zijn uitdrukking van een levenservaring, die eerder werd geregistreerd. Sommigen van hen hebben weinig kennis opgeslagen en beschikken dus ook over een beperkt vocabulaire. Osho beschikte over een gigantische bibliotheek zowel voor als na zijn Verlichting. Ik denk dat hij mede hierdoor erin slaagde een maximaal effectieve oproep te doen. Da Free John is een echte Amerikaan. Zijn conditionering is overduidelijk. Osho, geboren en getogen
| |
| |
in India, droeg vele kenmerken van de Oosterse mens. Al deze mystici stellen dat ‘mind’, inclusief de conditionering, zijn heerschappij kan verliezen en wel wanneer de identificatie ermee definitief wordt doorbroken. Dan pas raak je aangesloten op de hoofdwaterleiding. Licht - om het zo te zeggen - wordt dan je ware identiteit. Een Licht (of Intelligentie) zal vanaf het moment dat het de mens doorstroomt, er één mee wordt, alle onzin van zijn dwingende kracht ontdoen en tegelijkertijd de adequate informatie weten te mobiliseren.
Oltmans Je ontwijkt nog steeds het cruciale punt van hoe een mens die routineuze identificatie zou kunnen verliezen. Identificatie met wat eigenlijk? Is dat de enige manier om Verlicht te worden?
Foudraine Wacht er nog even mee. We komen er dieper over te spreken. Maar geloof me, ieder mens is een potentiële Verlichte. Het is zijn geboorterecht.
Het enige wat ik nog ten aanzien van die codering (of programmering) zou willen opmerken, is dat een werkelijk verankerd, geworteld zijn in Puur Bewustzijn (waarbij de codering haar heerschappij dus verliest) een weldadige uitwerking blijkt te hebben. De mysticus spreekt van transfiguratie. Ik heb begrepen dat zich cellulaire veranderingen voordoen bij het persisteren in deze hoogste staat van bewustzijn. Zelfs een verandering in het functioneren van hersencellen, misschien wel van alle cellen, werd door Krishnamurti frequent genoemd.
Oltmans Nog even over dat geboorterecht. Volgens mij is het een ieders geboorterecht om niet weerloos voor je zesde jaar vergiftigd te worden met de opeengehoopte shit der eeuwen.
Foudraine Zeker, dat is óók een geboorterecht. Maar de stand van zaken is dat ‘de cultuur’ eenvoudig doorwalst, zichzelf in het denken wil handhaven en niemand toestaat er definitief en permanent uit te vallen. De ‘maatschappij’, de ‘samenleving’, verdicht zich als ‘mind’ en verzet zich daartegen.
Oltmans Wat zegt jouw Meester Osho overigens over de bescherming van dit geboorterecht van onschuldige kinderen?
Foudraine Op dat niveau - niet bepaald het hoogste - zou hij antwoorden dat mensen voorlopig maar eens zouden moeten
| |
| |
ophouden met kinderen krijgen, althans tot na ze werkelijk volwassen zijn geworden.
Oltmans Maar wordt een mens ooit werkelijk volwassen? En waarom keerde Osho zich zo fel tegen homosexualiteit?
Foudraine Een interessante observatie. De mens is pas volwassen als hij Zelf-gerealiseerd is. Dat betekent dat de gehele mensheid, inclusief jij en ik, niet alleen debiel is maar ook nog infantiel.
Oltmans Gezellig, maar waarschijnlijk wel waar. Welk ‘mind’-proces voltrekt zich opdat die Intelligentie het functioneren van de mens werkelijk bereikt?
Foudraine Dat kan alléén als ‘jij’ wegvalt. We zouden deze propositie existentieel kunnen maken en de vraag opperen - ik stel die nu aan jou, maar zou die ook aan mezelf kunnen stellen: wil jij Intelligent worden? De formulering is wel niet helemaal juist, maar vooruit. Intelligent ‘worden’ zou wel eens de kern van onintelligentie of domheid kunnen zijn.
Oltmans Ik heb er geen bezwaar tegen. Slim worden is nooit weg.
Foudraine Ik bedoel niet slim, nee, ik doel op Intelligent zijn. Het gaat in deze beschouwing niet langer om het vermeerderen van informatie. Je maakt steeds opnieuw de associatie met beschikbare informatie, die dan vermeerderd, gezuiverd, heroverdacht zou moeten worden.
De vraag is of een mens bereid is de prijs te betalen om die Intelligentie deelachtig te worden - dus een te worden met die Intelligentie. Het draait steeds weer om dat ‘ik’, dat ‘zelf-bewustzijn’, die ‘mind’, de heerschappij van dat denken. Dát is de uiteindelijke prijs die moet worden betaald. Dát is waar de Wijzen over spreken.
Oltmans Klinkt voor mij een beetje on-wijs, die wijzen. Een wijs man is een contradictio in terminis in deze wereld. Zelfs wijzen zijn te onaf om wijs te zijn.
Foudraine Een wijs mens is een ik-loos mens. Of je het nu leuk vindt of niet, ze bestaan.
Oltmans Dus zelfs jij gelooft in sprookjes.
Foudraine Ja, ik ben bereid de onmogelijke droom te dromen.
| |
| |
Wanneer de identificatie met de persoonlijkheid met al haar conditioneringen totaal is doorbroken, zou, zoals in het geval van de eerder genoemde ‘jood’ en ‘Palestijn’, een ‘niemand’ staan tegenover een ‘niemand’. Dan bevinden zich twee ‘human beings’ in het landschap tegenover elkaar. Die twee ‘niemanden’ zullen dan gelijk zijn aan elkaar omdat zij beiden zijn vervuld van eenzelfde superieure Intelligentie. Zijn mensen bereid om die ‘niemand’ te zijn, waarbij het vroegere ‘ik’ is uitgedoofd, zijn zij bereid ‘niets’ te zijn?
Oltmans Dat nieuwe ‘niets’ is dus niet-iets. Het betekent op geen enkele wijze verzopen zijn in de verwarrende databank?
Foudraine Precies. Zonder enige binding, in de zin van identificatie, met het verleden. Zonder enige identificatie met ‘iets’. Dat nieuwe ‘niets’ is niet-iets. Het is de staat voorbij het denken. Welke weg zou moeten worden bewandeld om die niet-iets-staat of uiteindelijk de niet-zelf-staat te realiseren?
Oltmans Geen hond is daartoe bereid, aangenomen, dat men zou begrijpen waar wij het hier over hebben. Onze hoofden worden dermate gemaltraiteerd dat het eigenlijk een wonder genoemd kan worden, dat we niet al veel verder in de puree zijn. Ik denk dus dat maar weinigen in het psychische klimaat existeren om die razende biocomputer, al was het maar één uurtje per dag, op een lager pitje te laten draaien. Laat staan uit te schakelen.
Foudraine Men is, zoals je zegt, geneigd in de veilige haven van het bekende te blijven. Dit bekende is een ieders mentale wereld, ‘mind’ is die veilige omheining. Het is een functioneren via geloofsovertuigingen, waarden en normen, het worden voortgedreven door concepten, ethiek of ideologie. Om die veilige haven of ‘mind’, gedefinieerd als het bewustzijn zoals we het nu kennen, te verlaten, daar is zeker moed voor nodig. Maar wie is geïnteresseerd in een grondig zelf-onderzoek?
Oltmans Men is dermate verweven met de veilige eigen wereld dat er geen ruimte is om in te zien dat het een dwingend eigenbelang is andere wegen te zoeken, nieuw terrein te ontdekken, en eigen waarden te heronderzoeken, om uiteindelijk te kunnen overleven op deze planeet.
| |
| |
Foudraine De vraag is of het mogelijk is hier basisinformatie over te verschaffen. Het gaat er om dat mensen zich bewust worden van het feit dat hun doordrammende biocomputer, waarmee ze denken de werkelijkheid te ervaren, juist de gescheidenheid van Werkelijkheid veroorzaakt. ‘Mind’ is een alléénheerschappij, een gevangenis, die bestaat uit verleden en misinformatie. De vraag is of er informatiespreiding mogelijk zou zijn om belangstelling voor een radicale revolutie van het bewustzijn in de enkeling te wekken.
Oltmans Wanneer ik daar niet in geloofde, zat ik hier niet.
Foudraine Bedenk wel, we spreken hier over een laatste optie. We praten niet over meer van hetzelfde, meer informatie, een betere opvoeding of de vervanging van leiders, een nieuw politiek systeem, een andere levensbeschouwing of een ander geloof. Wanneer je trouwens al een ‘levensbeschouwing’ hebt, geef je daarmee aan dat je niet werkelijk leeft. Leven is niet om van een afstand te beschouwen. Leven is er om nu en totaal te leven. We werpen bij deze laatste optie dus alles het raam uit, alle heilige schriften, alle idealen, alle moraal, zoals godsdienst en ook de heerschappij van het tot godsdienst verheven wetenschappelijk materialisme. Wat we hier bezien, is de mogelijkheid van een biologische mutant, een radicaal, tot in de cellen veranderd mens. Als ik over mutatie spreek, bedoel ik dus niet een huis-tuin-en-keukenverandering. Osho heeft bijvoorbeeld gezegd, ‘Wat is verandering anders dan van het bekende naar het bekende gaan?’. Hij vervolgt dan: ‘Verandering kun je bewerkstelligen, maar mutatie niet. Alleen het bekende kan bewerkstelligd worden. Dan zal iedere verandering alleen maar gewijzigd verleden zijn, omdat bij verandering het verleden gewoon wordt voortgezet’. Osho doelde dus op het feit dat verandering altijd een beweging binnen het bekende is. Daarentegen is een mutatie een explosie. Er bestaat tegen de mogelijkheid van een explosief verschijnen van een menselijke mutant - en dát is de Zelf-Gerealiseerde - een grote weerstand. De meeste mensen lijden aan een ingekankerd minderwaardigheidsgevoel. Wij zijn allen zondaars. We kunnen niet fundamenteel veranderen. Ook al zijn er Verlichte mensen geweest, en zij zijn er nog,
| |
| |
veel mensen nemen a priori aan dat zij altijd hetzelfde zullen blijven. We leren dat Jezus van Nazareth, zo hij ooit geleefd heeft, een Intelligent mens was, maar Jan de Man kan nooit Jan Boeddha zijn, of Jan Lao Tze, Jan Rinzai, Jan Eckehart, noem alle Oosterse en Westerse mystici maar op. Waarom is men niet geïnteresseerd in dit soort informatie?
Oltmans Velen zeggen van jou - van mij trouwens ook - dat je ze niet allemaal op een rij hebt. Je komt met iets nieuws, iets ongewoons, met iets totaal anders. Je betreedt andere dan afgetrapte paden van de geest. Je hebt een Jules Vernes-mentaliteit. Jij luistert naar Rajneesh vóór je beweert dat de man gek is omdat hij een lange grijze baard draagt en zich in Oosterse gewaden hult.
Foudraine De eerste stap zou het introduceren van een nieuwe denkinhoud kunnen zijn, het wekken van belangstelling voor de ‘mind’ en voor de mogelijkheid de menselijke geest te overstijgen. Dat is de bedoeling van deze gesprekken.
Oltmans Er moeten eerst nog meer Tsjernobyls exploderen of miljoenen liters ruwe petroleum in de wereldzeeën leeglopen voor men zich ooit bewust zal worden, in de zin van tot drastisch handelen overgaan. We wachten niet op Godot, maar op de volgende milieuramp.
Daarbij komt ook nog het psychische verschijnsel, door Robert Jay Lifton, de psychiater uit New York, als ‘immuniteitseffect’ omschreven. De wereld stond op haar kop toen John F. Kennedy werd vermoord. Bij Robert Kennedy was de consternatie veel minder, bij Martin Luther King nog veel minder (of omgekeerd) en later werd tweemaal op Gerald Ford geschoten en eenmaal op Ronald Reagan. Men was alweer aan schieten gewend. Bovendien had Ronnie in Hollywood geleerd bij knallen door te lopen, dus hij zag kans aangeschoten en wel in zijn limousine te belanden. De olieramp bij Alaska veroorzaakte aanzienlijke deining. Ik wed dat de volgende olieramp ná het half-zes journaal van de buis verdwijnt.
Foudraine En vrijwel niemand spreekt over de menselijke conditie als de werkelijke milieuramp. Niemand stelt zich de vraag of die menselijke conditie radicaal te veranderen is. Het gaat
| |
| |
immers niet alléén over het milieu? Hoeveel tot fanatisme opgezweepte fundamentalistische versies zijn er niet van aan elkaar tegengestelde godsdiensten?
We zitten opgescheept met een onbekende lading atoombommen, waarmee alles kan worden opgeblazen. We zwemmen in de schijnheiligheid van politici die de massa hoop geven tegen beter weten in. Er heerst een wereldwijde stijgende criminaliteit. Jaarlijks sterven vijftig miljoen mensen door volmaakt onnodige ziekten. We spreken nu over een veel fundamenteler vraagstuk dan indertijd door de Club van Rome werd aangeroerd.
Oltmans We moeten zeker alles op alles zetten om ons zodanig begrijpelijk uit te drukken dat een wijder publiek ons gesprek kan volgen. Van het rapport Grenzen aan de Groei van de Club van Rome werd in Nederland een half miljoen exemplaren verkocht. Misschien duurde de rage rond de Club niet lang. De tekst werd bovendien afgekraakt door mensen die haar niet hadden gelezen of begrepen. Toch is de discussie, in de jaren zeventig door de Club van Rome aangezwengeld, uiterst nuttig geweest. Het was een eerste aanzet naar de bewustwording dat we buitengewoon veel zuiniger op de aarde dienen te zijn.
Foudraine Wat de Club van Rome verkondigde was nog niet zó gek. Waar wij nu over spreken is véél gekker. Je moet goed begrijpen: onze discussie is voor iemand die verankerd is in een godsdienstideologie, vrijwel onaanvaardbaar. Dit geldt helaas ook voor wetenschappers wier denken via wetenschappelijk materialisme, misschien zonder dit zelf te beseffen, óók tot een ideologie is geworden. De geschiedenis van de mensheid is krankzinnig geweest. Het was één onafgebroken bloedbad. Er is oneindig veel lijden geweest, en dat zet zich in onze dagen onverminderd voort. Het is niet alléén onze huidige crisissituatie waarop wij ons bezinnen. Mensen functioneren al duizenden jaren op een uiterst destructieve wijze. Nu is de situatie kritiek, niet alléén doordat er miljarden mensen zijn bijgekomen, maar daarnaast doordat wetenschap en techniek zijn geëxplodeerd.
Oltmans Hoe zal de mensheid in het jaar 3000 arriveren? Men denkt er maar liever niet over na. Wanneer we 2000 halen, zullen we in ieder geval van deze aarde een gigantische vuilnis- | |
| |
belt hebben gemaakt. De meeste dieren zullen zijn verdwenen. De oceanen zullen onherstelbaar zijn vernield. De oerwouden zullen zijn neergemaaid. De natuurlijke hulpbronnen zullen verder zijn geplunderd. Noem maar op. Ziekten grijpen om zich heen en intussen stijgt het bevolkingstal op absurde wijze, terwijl sommige goed-heiligmannen en andere mensen met achtergeraakte en vervuilde chips tégen voorbehoedmiddelen of abortus strijden. Voor hen is er weinig veranderd sinds de farao's meenden naar de stemmen van hun goden te moeten luisteren bij het nemen van beslissingen. Welke drama's en wreedheden hebben zich niet afgespeeld in de naam van Jezus Christus? Ze maken nu kabaal over een meneer Rushdie, maar wat bezielde de kruisvaarders, die in de naam van het christendom meenden te moeten optrekken naar Constantinopel om de islam uit te roeien? Nietzsche schreef toch al in 1888 in Twilight of the Idols, the Anti-Christ - dat ‘to live means to be a long time sick...’. Nietzsche waarschuwde dat hoofden waren volgepropt met ‘conceptuele mummies’. Hij ontketende een mentale oorlog tegen het godsdienstige instinct, dus tegen het afschuiven van het onbegrepene uit de menselijke geest naar bovennatuurlijke machten. En wat doet men nu, honderd jaar later? Men is nog altijd even ziek en nu bovendien in levensgevaar.
Foudraine Het is de mens zelf, in zijn huidige staat van bewustzijn, die levensgevaarlijk is. Daarom is de mensheid in levensgevaar. Hoe kan de bewustwording van deze catastrofale situatie tot stand komen?
Oltmans Hoe zie jij onvolwassenheid?
Foudraine Onvolwassen betekent afhankelijk. De meeste mensen gaan er vanzelfsprekend van uit dat men van elkaar afhankelijk zou zijn. Mensen zijn afhankelijk van zuurstof in de lucht, van zonlicht en van vruchten van deze aarde. Maar is afhankelijkheid in de zin van gebondenheid aan elkaar niet het basismerk van onvolwassenheid, zoals het zoeken van veiligheid bij de ander? Mensen durven zich niet te realiseren, niet te aanvaarden dat in het individu de bron ligt voor de totale ontplooiing. Wij zijn verslaafd aan de ander. Die ideologie, die de hele mensheid doortrekt, is ‘fijn samen’, togetherness. Ik en
| |
| |
jij. Men meent liefde van de ander nodig te hebben. Toevoer van gevoelens en emoties van de ander. Steun van de ander. Altijd wordt tegen die ander aangeleund. Daarom vind ik Osho's interpretatie van de woorden van Jezus belangwekkend. Hij zegt: ‘Heb Uzelve zó lief dat ge uiteindelijk de Liefde zelf kunt zijn’. In deze formulering valt ‘de ander’ weg. Volwassenheid zou betekenen dat de mens ervan overtuigd raakt dat hij, in zijn autonomie, in zijn alléén-zijn, alle ingrediënten reeds beschikbaar heeft voor die explosie van Intelligentie.
Oltmans In onvolwassenheid zijn mensen afhankelijk van sprookjes gebleven.
Foudraine Ieder mens is gevangene van de ‘mind’. Jij en ik ook! En de mens is niet té afhankelijk: hij is überhaupt afhankelijk. De psycho-analyse kent het begrip van neurotische afhankelijkheid, in de zin dat hier de ander wordt geëxploiteerd. Intussen houdt de psycho-analyse wel degelijk vast aan het concept van wederzijdse, zogenaamde rijpe, interdependentie, of onderlinge afhankelijkheid. Als ego-psychologie gaat de psycho-analyse ervan uit, dat afhankelijkheid normaal is. Wij zoeken altijd naar een oplossing buiten onszelf wanneer het om de hedendaagse overweldigende problematiek gaat. We verwachten oplossingen van gezagsdragers, in wier handen we ons lot toevertrouwen. Altijd weer oriënteren wij ons naar buiten toe, op de ander. Wij zijn bezeten van een absoluut ongeloof in de feitelijkheid dat de oplossing reeds binnen onszelf zou zijn gegeven. Men durft die autonomie, dat alléén-zijn, gewoon niet aan. Ik herinner me wat de mysticus Eckehart hierover zei. Hij zat onder een boom, verzonken in die leegte van totale beschikbaarheid. Een man kwam naast hem zitten en zei: ‘Meester Eckehart, u zit er zo eenzaam bij. Kan ik u gezelschap houden?’ Waarop Eckehart antwoordde: ‘Ik zat hier alléén met mijzelf. Uw komst doet mij eenzaam voelen.’
Oltmans Wil jij zeggen dat de oplossing niet alleen binnen onszelf ligt, maar reeds binnen onszelf is gegeven?
Foudraine Dat laatste.
Oltmans Je kunt me nog meer vertellen. Waar? Hoe?
Foudraine Het bewustzijn dat je reeds bent. Dat is je kapitaal.
| |
| |
Oltmans Wijs mij de weg hoe met dat kapitaal vijf miljard aardse stervelingen dat zouden kunnen bewerkstelligen.
Foudraine Als we verder praten, komen we vanzelf ook aan dit onderwerp. Ik ben het met je uitgangspunt van die vijf miljard niet eens. Jij wil je richten op een zo wijd mogelijk lezerspubliek. Ik geloof daar niet in. Onze dialoog kan voor een beperkt aantal individuen toegankelijk zijn.
Oltmans Grenzen aan de Groei was zodanig opgesteld dat het voor miljoenen begrijpelijk was en in tientallen talen werd verspreid. Ik ben het zéér met je oneens, dat we ons zouden moeten verheugen op een kleine groep Verlichte zielen. Je kunt je mijns inziens niet op een wijd genoeg publiek richten. Welke is toch die barrière die mensen ervan weerhoudt dóór te denken over hoe we naar het jaar 3000 moeten toeleven? Intussen resulteren onze illusies in nog meer illusies, plus de consequenties van dit illusionaire denken en daaruit voortkomende irrationele handelen.
Foudraine Al deze ellende komt uit hetzelfde gebrek aan intelligentie voort. Laat ik je herinneren aan de uitspraak van de mystici dat de staat van niet-weten, niet-kennis het hoogste Weten, de hoogste Kennis is. ‘I don't know’ is één van de eerste werkelijk intelligente opmerkingen, die een mens kan maken. Wanneer men het woord ‘liefde’ hoort gebruiken, is het intelligent om te zeggen: ‘Ik weet niet wat dat is - I don't know.’ Op het moment, dat ik zou verkondigen te weten wat ‘liefde’ is, ben ik al oliedom. Liefde kan immers, wanneer ik er werkelijk over nadenk, als ik werkelijk onderzoek, nooit afhankelijkheid zijn, nooit exploitatie van de ander. Liefde kan nooit behoefte of lustgedrevenheid zijn. Liefde kan nooit een verlangen naar steun zijn. Sommigen, die dit lezen, zullen zeggen: ‘Nee, natuurlijk, daar heb je gelijk in, dat is geen liefde.’ Degeen die dat constateert, lijkt daarmee aan te geven dat hij in zijn diepste innerlijk wel degelijk weet heeft van wat liefde wel is. Het uitgangspunt bij een begrip als liefde zou moeten zijn: ‘Ik weet niet wat het is, maar ik ben geïnteresseerd om’ - en nu komt het belangrijkste woord - ‘te onderzoeken.’ De meest wezenlijke vraag is of we bereid zijn te onderzoeken. Wat we met onze
| |
| |
onderzoekende geest hebben gedaan, is deze inruilen voor geloven.
Oltmans Er wordt geloofd, omdat men te lui is zijn hersens te gebruiken.
Foudraine Hersens gebruiken, lui of niet, brengt géén oplossing. Hersens gebruiken is ook een vorm van geloven in wat het denken je voortovert. Waar liet om gaat is dat wij, geheel geïdentificeerd, die hersenen steeds weer op dezelfde manier gebruiken. Natuurlijk brengt onze afhankelijkheid van geloven ons niet verder. Dat is het vuile badwater van ‘godsdienst’ die de wetenschapper terecht heeft weggeworpen.
De vraag is: kunnen wij komen tot nauwgezette innerlijke observatie, nauwgezet onderzoek van het functioneren van de eigen geest? Onderzoek is het kernwoord. De wetenschapper beschikt over die onderzoekende geest, maar hij richt zijn onderzoek voortdurend en allereerst op uitwendige materie. Hij haast zich naar de maan. Er is echter één stuk materie dat hij koppig weigert te onderzoeken. Zichzelf. Hij dringt in de materie buiten hem door, tracht de diepste geheimen van het atoom en het universum te ontdekken, maar weigert door te dringen in zichzelf.
Oltmans Dat is dus zijn eigen geest.
Foudraine Ja. De wetenschapper blijft weigeren een diepgaand onderzoek in te stellen naar zijn diepste subjectiviteit. Hoe zijn we in een situatie beland, dat we gevangenen van die ‘mind’ zijn geworden? Hoe zijn we ontmoedigd geraakt, waarom hebben we de houding van onderzoek opgegeven? We hebben alles ingeruild voor blindelings geloven.
Oltmans De angst overheerst dat we eens zullen ontdekken dat wat we nu voor wáár aannemen, klinkklare onzin is. Wat werkelijk dringend nodig is, ik heb het eerder een nieuw aap-noot-mies genoemd, maar wat ik dus werkelijk bedoel, is het volgende: willen we overleven, dan is een radicale herformulering van de meest fundamentele aspecten van de werkelijkheid broodnodig.
Foudraine De belangrijkste herformulering van het meest fundamentele aspect van de werkelijkheid is dat het ‘ik’ niet be- | |
| |
staat. Onderzoek zal ons onherroepelijk tot die realisatie voeren. Iedere andere poging tot herformulering van aspecten der werkelijkheid is vastklampen aan een illusie. Wij kennen de werkelijkheid niet. Wij leven in symbolische, mentale werkelijkheden. Daarom is hersymboliseren, herprogrammeren, géén oplossing. De laatste optie begint in de houding van onderzoek naar het eigen denken, naar denkprocessen, naar afhankelijkheid, hechting en binding. Men kan de voortgaande identificatie met de inhoud van het bewustzijn onderzoeken. Wanneer men in dat alles geïnteresseerd zou raken, zou men niet alléén uiterst belangrijke ontdekkingen doen, maar men zou ook tot een realisatie kunnen komen, die plotseling duizenden grijze hersencellen anders zou doen functioneren. Onderzoek, gedreven door niets ontziende twijfel, welke kan uitmonden in diep inzicht, zal de deur naar Intelligentie openen.
Oltmans Via het aandragen van informatie?
Foudraine Nee, dat is het juist niet. Hartstochtelijk onderzoek...
Oltmans ...leidt tot het winnen van informatie!
Foudraine Nee. Zie je hoe je aan dat informatie vergaren blijft vasthouden? Dat is de gewone definitie van het leerproces, het vermeerderen van kennis. Dat is van het bekende naar het bekende gaan. Dat heeft niets met mutatie te maken. Er zijn twee definities van leren: de meest gangbare definitie is het optasten van kennis, het verkrijgen van informatie. Er is een ander type van leren mogelijk, welke voortvloeit uit zelfonderzoek. Dit type leren heeft met informatie vergaren niets te maken. Het is moeilijk om dat andere type leren - die discipline - onder woorden te brengen.
Oltmans Een nieuwe ontdekking?
Foudraine Inderdaad. Een realisatie.
Oltmans Dan heb je toch op het moment dat je iets nieuws ontdekt, nieuwe informatie gekregen, verwerkt en opgeslagen?
Foudraine Nee, je hebt juist geen nieuwe informatie gekregen. Je bent veranderd, tot in de cellen. Wat ik voortdurend benadruk, is dat informatie die wordt toegevoegd, in essentie niets verandert. ‘Knowledge does not change man,’ zoals Krishna- | |
| |
murti telkens weer uitriep. Dit is essentieel.
Oltmans Natuurlijk verander je door het verkrijgen van nieuwe informatie, of althans bij het verwerven van nieuwe kennis zou men behoren te veranderen.
Foudraine Integendeel. Het blijkt ook absoluut niet het geval te zijn. Kijk toch om je heen! Onze kennis heeft zich explosief vermeerderd. Heeft het de mens radicaal veranderd? Kennis is altijd beperkt. Ik stel, dat het vergaren van informatie niets met door inzicht geboren, diepgaande verandering, met mutatie te maken heeft. Er is een type onderzoek mogelijk dat tot realisatie voert. Met realisatie bedoel ik een sprong in bewustzijn maken. Dát is mutatie. Die kwantumsprong kán zich alleen voltrekken in een houding van onderzoek. Dit betekent niet, dat je dan meer hebt geleerd in de zin dat je meer kennis hebt verkregen. Bewustzijn kan ook geen kennis zijn. Licht is licht. Bewustzijn is wat je reeds bent. Je zou kunnen zeggen, met die sprong in het bewustzijn stijg je in je Ben-heid. In Kennend-heid. Er ontvouwt zich een presentie. Een hier-en-nu aanwezig zijn. Dit andere type leren, waar we nu over spreken, heeft een mutatieve, existentiële betekenis. Het verandert wezenlijk de existentie van de mens, en nogmaals, niet door het krijgen van meer informatie. De mens begint door dit onderzoek de vlinder in de rups - die hij tot dan toe was - te actualiseren. Een rups wordt geen vlinder doordat de rups meer informatie krijgt aangeboden, die hem van het bestaan en de kenmerken van de vlinder op de hoogte stelt. Het is een alchemistisch proces dat in gang wordt gezet. Een proces, dat het wezen van de mens radicaal doet veranderen, zonder dat er een sikkepitje nieuwe informatie aan te pas komt.
Oltmans Ik heb moeite je hier te volgen. Of liever, ik ben je kwijt.
Foudraine Laat ik er een voorbeeld van geven. Het opvlammen van de houding van onderzoek was bij mij de vrucht van vele jaren voorbereiding. Zo bevond ik mij eens in een situatie waarin ik, ten gevolge van een bepaald conflict, gescheiden van mijn geliefde was geraakt. Ik werd in die periode overvallen door een groot gevoel van vrijheid. Het was een bijzonder
| |
| |
prettige toestand. Zoals je weet, zijn wij bang voor vrijheid. Op een dag wandelde ik in de ochtend door het hoge gras. Ik woonde prinsheerlijk op mijzelf in een klein houten huisje. Plotseling dacht ik aan haar. Ik noteerde dat ik dacht. Deze keer werd ik mij opeens bewust van het ratelen van die biocomputer, die omtrent haar een serie gedachten uitstootte. Tezelfder tijd noteerde ik een vlam van nostalgie, van heimwee, van verlangen, die mij zéér ongelukkig maakte. Ik was kennelijk dermate aanwezig, dat ik plotseling en helder het verband zag tussen denken en de emoties, die ik zojuist beschreef en die in het bewustzijn hun dansje dansten. Ik realiseerde me, dat het denken als een vel op de melk was van deze smartelijke emotie van sterk terugverlangen. Dat was de vrucht van onderzoek. Ik werd mij, nu uit persoonlijke ervaring, bewust van dat denken, nu als bron van lijden. Op dat ene moment was er een flits van dieper inzicht - hier past slechts het woord inzicht - het koppelde zich daaraan vast, een inzicht in wat we ‘sorrow’ noemen, leed. Dat was geen nieuwe informatie, verre van dat. Het was een plotseling zien hoe de hersenen werkten. Er was dus het denken - een plaatje - en opeens was er, zeg maar, hartepijn. Ik kreeg zicht, niet alléén op mijn lijden, maar op het lijden van ieder mens! Het was het denken zelf dat het verlangen en het lijden veroorzaakte. Het denken schiep toekomst. Dit betekent niet dat ik daarna niet heb nagedacht, maar - hoe zal ik het zeggen - het denken werd zich op dat moment van zichzelf bewust.
Oltmans En dat had dus niets met het verwerven van nieuwe informatie te maken. Maar was dit nieuwe inzicht eerder een produkt van onbewuste denkprocessen?
Foudraine Nee. Het was de resultante van groeiende nieuwsgierigheid. Ik introduceer nu het woord nieuwsgierigheid als variant op onderzoek. Als je me vraagt waar die nieuwsgierigheid, die samenhangt met die houding van onderzoek, vandaan komt, dan zeg ik, en ik kán het ook niet anders zeggen: die nieuwsgierigheid ontstond door het jarenlang luisteren naar een paar mensen. Die mensen hebben mij weliswaar enige informatie verstrekt, maar dat was zeker niet het wezenlijke ingrediënt.
| |
| |
Zij gaven mij, ook al gebruikten zij veel woorden, de besmetting met nieuwsgierigheid. Ze wekten mijn belangstelling voor observatie. Ze hebben me niet zozeer iets geleerd. Ze hebben mij gestimuleerd in mijn onderzoekende houding. Dát was de vrucht van het luisteren. Osho, later ook Krishnamurti, heeft mij tot op de dag van vandaag gepassioneerd nieuwsgierig gemaakt naar het denken zelf. Ik kan dit onderwerp niet meer loslaten. Beiden maakten me nieuwsgierig naar afhankelijkheidsprocessen, hechting, binding. Beiden hebben me nieuwsgierig gemaakt omtrent talloze aspecten van mijn functioneren als mens, in de greep van de ‘chip’. Ik ontwikkelde een eenvormige, geconcentreerde aandacht voor hun woorden als pointers, die ik als uiterst bevruchtend heb ervaren, met als gevolg die toenemende drang tot onderzoek.
Oltmans Je stelde je open voor betekenisvolle denkers.
Foudraine Het spijt me, maar je trekt ze meteen naar het laagste niveau. Onder geen beding kunnen wij deze mensen ‘denkers’ noemen. Zij zijn nóch filosofen, nóch denkers. Het zijn ‘Zieners’! Dat is precies waar deze hele discussie over gaat: het rechtstreeks functioneren van Intelligentie als Bewustzijn en dat heeft met denken niets te maken. Het heeft te maken met alles-doordringend-bewustzijn. Het is ‘Being-Knowledge’, wat betekent dat zij in staat zijn te zien, nu als uitdrukking van hun Zijn, met een hoofdletter Z. Dat is die revolutionaire sprong, waar ik over sprak en die deze mensen hebben volvoerd. Hij geeft hun het vermogen tot ‘zien’, als uitdrukking van hun Zijn. Het biedt een ‘global vision’ op de veelomvattendheid van de menselijke problematiek, zoals ‘global vision’ ook zicht geeft op de oplossing van alle problemen. Stel - ik probeer met een voorbeeld te verduidelijken - dat je in een bos staat, walkietalkie in de hand en er is een bosbrand. Men vraagt je dringend informatie te geven teneinde de brand te bestrijden. Waar is de brandhaard? Waar zijn de toevoerwegen? Waar is water? Maar je kunt geen hand voor ogen zien. Stel, er is een helicopter die je een kilometer boven dat bos doet uitstijgen, boven dat platte vlak der problematiek. Plotseling zie je alles. Je weet nu precies wat er moet gebeuren. Toevoerwegen, water, het is alles duide- | |
| |
lijk te zien. Die verticale sprong in bewustzijn, dat is die helicopter.
Oltmans En die walkie-talkie is de ‘mind’?
Foudraine Die nu pas creatief kan worden gebruikt, ná die sprong.
Oltmans Maar we zitten nog altijd met die conditionering...
Foudraine Conditionering is deel van het zelf-beeld. De mens in de helicopter is puur bewustzijn en is, zoals ik telkens herhaal, niet langer met die conditionering vereenzelvigd. Dat is zijn hervonden ware identiteit, nu met walkie-talkie, ‘mind’, als instrument. Begrijp je wat ik wil zeggen? Het is zó eenvoudig. De priesters, zo heeft Osho vaak gezegd, hebben één aspect van de mens nooit met hun geloofsartikelen kunnen vervuilen. Het bewustzijn zelf, wat Licht is. Dat is immers niet te besmeuren. De ramp van het denken, van het symboliseren, heeft mij bewust gemaakt van de voortdurende gerichtheid op het zelf. Het heeft mij wakker geschud om die ‘naar-binnen-gerichtheid’, die continue zelf-preoccupatie, die mij de gevangene houdt van het verleden, nauwgezet te observeren. Dat krankzinnigengesticht van het constant doordravende denken, in die biocomputer, kan nader onder de loep worden genomen. Dan komt er onvermijdelijk een moment dat je die kakofonie van het denken als het ware met open ogen ziet. Hierdoor ontstaat dieper inzicht. Je ziet. Je ziet hoe die vijf miljard mensen, jij en ik incluis, als robotten, als zelfzuchtige emotionele reactie-machines, op deze aarde rondlopen. Dit onderzoek voert zeker niet tot scepsis of cynisme.
Oltmans Je ziet een feit. Wanneer je dan ook nog in aanmerking neemt dat onze fameuze databank bepaald niet als een Xerox opereert, kom je weer terug bij de observatie van Kant, dat er weinig kans op zou zijn dat we ooit de werkelijke wereld zouden kennen vanwege de discrepantie in onze hoofden tussen realiteit en wat zich daarover aan chaos in de diverse biocomputers heeft verzameld. We zijn eigenlijk bezig met te onderzoeken hoe het mentale leven van mensen zich voltrekt, met daarbij in acht genomen het fysieke functioneren van de ‘mind’. Dat is beslist geen handeling van scepsis of cynisme.
| |
| |
Foudraine Nee, misschien is het wel een begin van compassie, hoewel je met dat woord voorzichtig moet zijn. Compassie is uitdrukking van totale transformatie. Daarom weet ik nu niet wat liefde is. Alleen weet ik zeker dat liefde er zal zijn, wanneer ‘ik’ er niet meer ben, ‘Love is there, when the lover is not’. Vele jaren geleden tijdens een gesprek met de nu overleden Jiddu Krishnamurti - ik verzeker je dat één uur met die mens in een kamer zitten de confrontatie is met een vulkaan van Intelligentie - hoorde ik hem tegen mij zeggen - want hij wist dat ik boeken schreef - ‘Meneer, denk er aan, die boeken zijn niet van u’. Die opmerking werd in mijn hersenen gegrift en was van enorme betekenis. Wat hij mij wilde zeggen was: laat dat ego niet voortdurend die manifestatie voor zichzelf claimen. Wanneer je voor zo'n opmerking openstaat, wanneer die onderzoekende geest in je op oorlogspad is, dan word je van zo'n uitspraak ‘zwanger’. Ik wil niet beweren dat ik altijd zo'n aartsonderzoeker ben geweest, hoewel je in mijn eerste boek, Wie is van hout, enige tekenen kunt zien van een beginnende onderzoekende geest. Mijn werkelijke onderzoekspassie is zonder twijfel geboren - en wordt nog steeds groter - door de bevruchting van een aantal mensen. In de eerste plaats natuurlijk Osho (die vroeger Bhagwan Shree Rajneesh heette), maar ook Jiddu Krishnamurti, Ramana Maharshi, Gurdjieff, Ramakrishna, Nisargadatta Maharaj, Da Free John, Jean Klein, Wolter Keers, Douglas Harding en Alexander Smit.
Wat Osho betreft, ik ben hem door de jaren meer en meer gaan ervaren als een orkest en anderen, die ik uit geschriften of levend leerde kennen, als solo-fluitisten. Wat Osho in Poona in gang heeft gezet, ervaar ik als van een huiveringwekkende veelomvattendheid. Zijn manifestatie is volstrekt uniek in de geschiedenis van de mensheid. Eens zal men dat weten.
|
|