staal Van Doorn's hart doorboord heeft, als ik, met zijn bloed bevlekt, vóór haar treed, zal het haar, die mijne hand niet meer waardig is, mogelijk nog meer grieven om de mijne te worden, nadat zij in des geuzen armen gerust heeft.’
Toen viel zijn oog op een handschoen, die met meer andere kleedingstukken op den grond verspreid lag. Dien op te nemen, en het welriekend, met goud en zijde doorgestikte, fijne leder, dat haar molligen arm bedekt had, aan zijne lippen te drukken en aan zijne borst te verbergen, was het werk van een oogenblik. Nog kon hij niet van de plaats scheiden, waar Anna haar verblijf gehad had, en ofschoon het geroep der soldaten en de geuzenmarsch hem ten strijde riepen, stond hij als betooverd bij de tafel. Een triomfgeschal, dat op de trompet werd geblazen, deed hem weder tot zich zelven komen, en onder den uitroep van: ‘Bij San Jago! wat willen die kerels dan?’ stond hij gereed om te gaan, toen zich het gekrijsch van een uil deed hooren, dat hem onwillekeurig deed stilstaan en zijne haren deed te berge rijzen.
‘Vervloekt gekrijsch! ik heb u meer gehoord,’ riep hij driftig. ‘Reeds eenmaal hebt gij de lage muiters in het gebouw gered, waar mijne brave ruiters rusten,’ voegde hij er somber bij, terwijl hij luisterde of het geschreeuw zich nog eens zou doen hooren. Wie beschrijft echter zijne ontsteltenis, toen een uitbarsting, even als die van een mijn, het oude gebouw deed waggelen. De zolderingen kraakten, de muren scheurden, de deur werd door een onzichtbare hand dicht- en weder opengeworpen, en een geheel glasraam naar binnen geslagen.
Voor het eerst van zijn leven ontviel den degen aan zijne hand, en zich met beide handen aan de zware tafel klemmende, hield hij zich met moeite staande tegen den luchtstroom, die hem dreigde omver te werpen.
‘O God! sta mij bij,’ riep hij buiten adem, woest in het rond ziende, ‘wat zal er gebeuren?’
Toen er echter niets volgde dan een verward geschreeuw, raapte hij zijn staal weder op; met de vrees was ook zijn godsdienstig gevoel geweken, en vloekend vloog hij de trap af naar beneden.