KU-315 (datum onbekend)
Zwijndrecht (Z.-H.)
boerderij van W. van Pelt
(geen lijntekening aanwezig)
Het ruwe schetsje op deze veldwerktekening verdient eigenlijk niet de naam opmeting. Vermoedelijk werd deze boerderij door Uilkema en passant even in korte tijd doorlopen, waarbij in een paar lijnen snel het hoofdprincipe van de indeling werd neergekrabbeld.
Het betrof hier een eenvoudige, kleine boerderij, met een merkwaardig laag stenen woonhuis en een veel hogere, tweebeukige schuur met houten wanden en een stenen kopgevel aan de kant van het woonhuis. In het voorhuis vond men een keuken, twee kamertjes en een kleine kelder. Daarachter lag het ‘boenhok’, waar ook de karnmolen stond. De zomerwoning bevond zich in een vrijstaand bijgebouwtje naast het voorhuis, dicht bij de buitendeur van het boenhok. In de tweebeukige schuur lagen de koestal en de paardestal aan de lage kant, en dus vermoedelijk in de zijbeuk. De paardestal grensde aan het middelste gebintvak dat de dorsvloer bevatte. Aan weerszijden van deze dwarsdeel bevond zich een gebintvak met grondtas voor hooiopslag. Verder stond er nog een afzonderlijke hooischuur achter het hoofdgebouw, waarin het hooi blijkens een aantekening alleen op de zolderbalken werd geborgen; de begane grond bleef vrij en diende vermoedelijk als bergruimte voor wagens of gereedschappen. Over de constructie is niets bekend.
Het voorlopige schetsje werd nooit opgevolgd door een uitvoeriger opmeting; er bestaat dus ook geen uitgewerkte lijntekening van. In de concepttekst over de Zuidhollandse ontwikkeling wordt van deze boerderij in het geheel geen melding gemaakt.