de verzekering van de natuurkundigen dat de aarde een bol was?
Op een dag luwde de storm enigszins. Ook vroor het nu niet. Je kon weer aan de zeilen werken. Ze zetten koers naar het oosten, in de hoop in die richting te kunnen avanceren zolang het weer dat toeliet. Want de lucht voorspelde weinig goeds. Er zou wel opnieuw storm komen.
Toen ging er op de Michaël, die evenals de Rafaël bij alle wanweer achter het admiraalsschip was gebleven, een sein omhoog. Zarco las de boodschap en bracht haar over aan de admiraal in zijn kajuit: ‘Kapitein Martin de Coelho wenst u te spreken.’
Vasco da Gama keek schichtig op. ‘Wat wil ie?’
Zarco kon het niet zeggen. De seinvlag vroeg alleen om een bespreking met de admiraal.
‘Er valt niets te bespreken. Ik zet toch door.’
‘Moet ik seinen dat u zijn verzoek afslaat, admiraal?’
‘Nee, ik zal hem te woord staan. Laat bijdraaien.’
Zarco liet bijdraaien. De beide schepen naderden elkaar zo dicht als bij de hoge zee toelaatbaar was. Intussen was Vasco da Gama op de kampanje gekomen. Met de scheepsroeper in de hand stond hij bij de verschansing.
Kapitein de Coelho schreeuwde zijn boodschap van boord naar boord. ‘Mijn bemanning wil naar huis, admiraal!’
Zarco zag dat Vasco da Gama het slecht opnam. ‘Wie commandeert er op jouw schip, jij of je volk?’ vroeg hij bits door de scheepsroeper.
‘Ik ben het met mijn mannen eens, admiraal,’ antwoordde de Coelho. ‘We kunnen niet verder, onmogelijk!’
De admiraal werd vuurrood in het gezicht. ‘Wat klets je van onmogelijk?!’ knetterde het uit zijn scheepsroeper. ‘Àlles is mogelijk, als je maar wìlt!’
Hij wendde zich af van zijn tegenstrevende kapitein.
‘Zet de zeilen naar de wind!’ beval hij scherp aan Zarco.
Zarco gaf orders aan de roergangers en aan het volk in het want. De Gabriël hernam zijn koers. De Michaël volgde in zijn zog. Kapitein de Coelho gehoorzaamde dus aan de admiraal. Maar de Rafaël volgde hen niet; de pinas ging op tegenkoers, naar huis.
Zarco keek naar de admiraal. Hoe nam die dit op?
De aders van Vasco da Gama's slapen waren sterk gezwollen; zijn ogen schoten vuur; hij knarste de tanden. Zou hij laten schieten op het schip dat zijn orders in de wind sloeg?