te wezen. Maar de drukte is niet navanant. Als je aan zo'n Trosklant vraagt waar het allemaal over gaat, dan komt er een lang stuk tekst over de vrijheid of zo, en als je aan zo'n zuilenfiguur hetzelfde vraagt komt er ook een lang stuk tekst, ik kan d'r geen poppetje van kneden, eerlijk niet. Nou goed, zeg ik dan, ik ben tolerant, altijd geweest, thuis ook, dus ik aanvaard het, en ik zeg, Wim, dat is heel belangrijk, wat heet, het is fundamenteel. Als ik dat dan eenmaal aanvaard heb, dan ga ik nog verder, en ik zeg, als er een kabinetscrisis van moet komen dan moet ie maar komen, want ons volk is verdeeld, dat is het altijd wel, maar als we het zeker willen weten maken wij een kabinetscrisis, dat is zo onze manier om mekaar iets duidelijk te maken. Nou goed, kabinetscrisis, je weet nog wel, Marijnen een pietsie zenuwachtig voor de teevee, maar hij mocht niks zeggen. Logisch, want hij moest eerst naar het Paleis. Nou dat paleis kan ik onderdehand wel dromen. In het begin legden ze de loper nog uit, je weet wel, de groene loper, dat zeggen ze d'r altijd bij, want dat kan je op het apparaat zo niet zien, maar die loper zijn ze nou al lang vergeten. Hier, weet jij nog wanneer het begon. Nee. Niemand weet het, maar mooi dat ik het in m'n agenda heb aangekruist, want ik dacht, dat wordt een lange. Als het ergens over gaat waar ik eigenlijk zo gezegd min of meer geen voeling mee heb, dan duurt het lang. 26 februari is het begonnen. En wat is het nou? December. december! De lente. De zomer. Iedereen met vakantie. Iedereen terug. De herfst. En nou sneeuw. En nog steeds geen kabinet. Ik vind het ziekelijk, nee eerlijk, het zit me niet lekker. In het begin, weet je wat ik bedoel, in het begin had ik er nog een soort aardigheid an. Niet, anders is het altijd elke dag troebelen in van die verre landen,